The Trials of Darryl Hunt (2006)

Regie: Ricky Stern, Anne Sundberg | 106 minuten | documentaire

In 1984 werd in Winston-Salem, North Carolina de blanke vrouw Deborah Sykes verkracht en vermoord. Door een telefoontje van iemand naar het alarmnummer 911, werd de zwarte Darryl Hunt al snel als verdachte aangewezen. Hoewel er geen fysiek bewijs was, werd hij wel veroordeeld voor moord. Hunt beweerde altijd zelf dat hij onschuldig was en wilde dan ook geen ‘deal’ sluiten. In plaats daarvan bleef hij strijden om zijn onschuld te bewijzen.

De documentaire ‘The Trials of Darryl Hunt’ neemt je mee in deze gebeurtenissen en de verschillende rechtszaken. Interviews met personen die betrokken waren bij de zaak worden afgewisseld met beelden uit de periode van het proces. Hieruit wordt al snel duidelijk dat een aantal dingen in de procedure niet kloppen. De zaak is voornamelijk gebaseerd op een aantal getuigenissen, aangezien er geen fysiek bewijs was. Eén getuigenis van een jonge prostituee wordt echter bijna afgedwongen, omdat ze in de rechtszaak zelf continue blijft ontkennen. Een andere getuige wijst Hunt als dader aan, maar wel maanden nadat het misdrijf is gepleegd. Normaal gesproken zou deze verzameling bewijzen te weinig zijn om iemand te veroordelen, maar de bijna volledig blanke jury veroordeelt Hunt toch. Hij krijgt een levenslange gevangenisstraf.  In 1994 – tien jaar na Hunts veroordeling – is een DNA-test mogelijk, waaruit blijkt dat Hunt niet degene is die Sykes heeft verkracht. Maar ook dit zorgt niet voor een vrijlating: het feit dat er geen sporen van hem in het slachtoffer zijn aangetroffen, wil immers niet zeggen dat hij haar niet heeft misbruikt of vermoord. Pas jaren later – en na veel pijn en moeite – wordt hij vrijgesproken. De DNA-test is nu wel genoeg bewijs en een andere man, die al jaren in de gevangenis zit, bekent de moord te hebben gepleegd.

De toon van de documentaire is op sommige momenten nogal melodramatisch. Er wordt makkelijk met het woord racisme gestrooid en één geïnterviewd persoon huilt zelfs krokodillentranen. Ook mist een zekere mate van nuance en objectiviteit. De getoonde informatie is op enkele vlakken beperkt, waardoor je als kijker al snel een kant uit gestuurd wordt. Duidelijk is dat de racistische ideeën van de inwoners van Winston-Salem een grote invloed hebben op hun oordeel, maar interessant is juist welke stappen precies door deze vooroordelen zijn genomen door politie en justitie. Slechts tussen neus en lippen door wordt gemeld dat sommige getuigen een valse verklaring hebben afgelegd en dat getuigen van de verdediging zijn gechanteerd om juist niet in de rechtszaal te verschijnen. Andere fouten en keuzes worden zelfs nauwelijks uitgelicht. Anderzijds geeft de selectie van beelden ook weer kleur aan het verhaal.

Het is bijzonder om te zien dat de advocaten die Hunts zaak in het begin behandelden aan zijn zijde blijven staan en twintig jaar lang voor hem strijden. Het moment waarop één van hen stil in een hoekje zijn tranen wegveegt als het ze weer een keer niet lukt om Hunt vrijgesproken te krijgen, is ontroerend. De andere betrokkenen staren verslagen voor zich uit en Hunt zelf kan door de telefoon niet meer dan een tamme reactie geven: hij lijkt de hoop al opgegeven te hebben. Dan besef je dat dit werkelijk is gebeurd en dat twintig jaar van het leven van Darryl Hunt is verpest. En dat alleen door de nalatigheid en discriminerende ideeën van de inwoners van Winston-Salem. Het is een wonder dat Darryl Hunt nog zo positief is gebleven.

Karin van der Laan