The Two Popes (2019)

Recensie The Two Popes CinemagazineRegie: Fernando Meirelles | 125 minuten | drama, biografie | Acteurs: Anthony Hopkins, Jonathan Pryce, Juan Minujín, Luis Gnecco, Cristina Banegas, María Ucedo, Renato Scarpa, Sidney Cole, Achille Brugnini, Federico Torre, Germán de Silva

De Argentijnse kardinaal Jorge Bergoglio (Jonathan Pryce) wil zijn functie als kardinaal-aartsbisschop van Buenos Aires neerleggen en als een eenvoudige pastoor voor een parochie zorgen. Zijn brieven om toestemming daarvoor aan Paus Benedictus XVI (Anthony Hopkins) blijven echter onbeantwoord. Hij boekt een vliegticket naar Rome om zijn zaak persoonlijk te bepleiten als hij door Benedictus wordt uitgenodigd voor een gesprek. Niet in het Vaticaan, maar op het Pauselijk zomerverblijf in Castel Gandolfo. Telkens als Bergoglio zijn ontslagbrief wil aanbieden, ontwijkt of negeert Benedictus dat. De reden wordt algauw duidelijk: de 83-jarige Paus denkt er serieus over om zelf te stoppen en ziet in Bergoglio een kansrijke opvolger. Bij het Conclaaf in 2005 om een nieuwe Paus te kiezen, eindigde Bergoglio al als tweede achter de toenmalige kardinaal Joseph Ratzinger. Destijds zag de conservatieve, doctrinaire Ratzinger, die Benedictus XVI werd bij zijn verkiezing, de losse en meer progressieve stijl van Bergoglio als een bedreiging. In hun gesprekken kruisen ze de filosofische en religieuze degens over de koers van de Rooms-Katholieke Kerk en ontstaat er – ondanks hun verschillen – een voorzichtige vriendschap. Hoewel de titel anders doet vermoeden, ligt het zwaartepunt bij de overtuigingen en de carrière van Bergoglio voor zijn verkiezing in 2013 tot Paus Franciscus.

De hele setting is (jammer genoeg) grotendeels fictief, maar de makers hebben wel de geschriften en woorden van de Benedictus en Franciscus gebruikt om de dialogen vorm te geven. Wie denkt dat inhoudelijke gesprekken tussen twee oudere geestelijk leiders saai is om naar te kijken, zal zeker aangenaam verrast worden. ‘The Two Popes’ bruist, sprankelt en is overgoten met tal van humoristische kwinkslagen zonder de serieuze materie die er onder ligt uit het oog te verliezen. Het intelligente scenario is van de hand van Anthony McCarten, die zichzelf in de voorgaande jaren tot een meester van de biografische film heeft gemaakt (‘The Theory of Everything’ over Stephen Hawking in 2014; ‘Darkest Hour’ over Winston Churchill in 2017; en ‘Bohemian Rhapsody over Freddie Mercury in 2018).

Oppervlakkig gezien lijkt het vooral een strijd tussen de meer naar binnen gekeerde en behoudende stroming binnen de Kerk versus een meer open en vooruitstrevende stroming, maar de film graaft dieper: het is zeker geen kritiekloze ode aan Franciscus’ stijl, maar de film legt de zwakheden van beide Pausen bloot. Hun karakters zijn totaal verschillend, maar de meest verbindende overeenkomst is dat beiden het gevoel hebben dat ze niet geschikt zijn om een wereldkerk met 1,3 miljard gelovigen te leiden. Benedictus torst het misbruikschandaal met zich mee dat tijdens zijn Pausdom ten volle openbaart, evenals het lekken van allerlei vertrouwelijke informatie door zijn naaste assistent. Bergoglio vindt dat de Kerk zich teveel van de wereld heeft afgekeerd, te weinig streng is opgetreden tegen misbruikende priesters en de uitdagingen van de 21e eeuw negeert, maar vindt zichzelf ongeschikt om daar als Paus verandering in aan te brengen.

‘The Two Popes’ biedt ook een interessante kijk achter de schermen bij het Conclaaf (Latijn voor ‘met de sleutel’ oftewel achter gesloten deuren) en hoe de procedure om een nieuwe bisschop van Rome / Paus te kiezen. De makers hebben de Sixtijnse Kapel minutieus nagebouwd – de set schijnt zelf een paar centimeter groter te zijn – om de beraadslaging van de Kardinalen én een cruciaal gesprek tussen Benedictus en Bergoglio goed in beeld te brengen. De aankleding is over de hele linie prachtig, of het nu de rijk versierde ruimtes in het Vaticaan zijn, de tuin van Castel Gandolfo of de sloppenwijken in Buenos Aires zijn.

Regisseur Fernando Meirelles houdt een grotendeels lichtvoetige toon aan en geeft zijn hoofdrolspelers alle ruimte om te schitteren. Pryce en Hopkins zetten beiden hoogstaande prestaties neer, met een eervolle vermelding voor Juan Minujín als de jongere versie van Bergoglio in uitvoerige flashbacks naar zijn rol ten tijde van de Argentijnse junta onder dictator Jorge Videla. Niet voor niets kiest Meirelles ervoor om deze scènes in zwart-wit te filmen, wat ook sterk contrasteert met de felle kleurenpracht van Michelangelo’s schilderingen in de Sixtijnse Kapel. De makers lopen niet weg voor de controverses die Bergoglio omringden: heeft hij gecollaboreerd met het regime van Videla en Jezuïeten onder zijn verantwoordelijkheid in de steek gelaten, of heeft hij het beste gemaakt van een onmogelijke situatie en kon hij niets anders doen?

Pryce heeft in zijn berouwvolle twijfel over zijn handelen destijds emotioneel de meest zware rol, maar Hopkins weet zo ook zijn momenten te pakken in een rol die om een andere reden weer lastig is: hoe geef je wat kleur aan een wereldvreemde studeerkamergeleerde als Benedictus? Het is genieten geblazen om het tweetal elkaar te zien testen, af te troeven en te zien zoeken naar wat hen verbindt: de liefde voor God en hoe de Rooms-Katholieke kerk het beste de wereld kan dienen. Ondanks het feit dat ‘The Two Popes’ over twee Pausen gaat en hun discussies grotendeels over religie en doctrine gaat, komt de film nergens prekerig over. Dat is al een prestatie op zich, maar de film mag door de masterclass acteren van Pryce en Hopkins, ondersteund met een sterk script tot één van de beste van 2019 worden gerekend.

Hans Geurts

Waardering: 4

Bioscooprelease: 12 december 2019