The Vanguard (2008)

Regie: Matthew Hope | 90 minuten | actie, horror | Acteurs: Ray Bullock Jr., Jack Bailey, Karen Admiraal, Emma Choy, Terry Cole, Che Conroy, Rob Cooper, Bahi Ghubril, Shiv Grewal, Christopher Hatherall, Martin Hobbs, Farhan Khan, Steve Weston, Simon Whyman, Leigh Stevenson

Er is altijd iets sympathieks aan B-films van beginnende filmers. Daarnaast laten dergelijke producties (bijna) altijd doorschemeren of de regisseur in kwestie talent heeft of het te maken in de filmindustrie of dat het bij aanrommelen in de marge blijft. ‘The Vanguard’ van Matthew Hope valt in de eerste categorie.

‘The Vanguard’ gaat over eenling Max (Ray Bullock Jr.). De bebaarde krijger heeft zich in een bos teruggetrokken, nadat de mensheid bijna ten onder ging aan de Apocalyps. Max is een van de weinige overlevers en slaat met alle geweld een horde gemuteerde zombies van zich af. Ondertussen is het leger ook bezig om die gevaarlijke ondoden om te leggen.

Dat Hope ambitieus is, kun je al vanaf het begin af aan merken. ‘The Vanguard’ trapt namelijk af met een ellenlange introtekst (à la ‘Star Wars’). In die tekst wordt gesproken over een Apocalyps en chaos. Zodra de film echt begint, zie je dat Hope misschien veel wil vertellen, maar geen geld heeft. Het bos is uiteraard een mooie – en goedkope – locatie, maar zodra de zombies in beeld komen valt op hoe beperkt het budget was. Goedkope schmink en waterverf moeten voor wonden en aderen doorgaan, maar ogen nergens overtuigend. Ook de geweldsscènes zien eruit alsof ze gesponsord zijn door een ketchupfabrikant. Gelukkig was er wel geld voor lenzen, zodat de monsters nog enigszins gevaarlijk over komen. Ook wist Hope een legervoertuig te huren, zodat de militairen er redelijk machtig en georganiseerd uit zien.

Hope weet met weinig middelen wel een beklemmende sfeer neer te zetten. Als Max in zijn uppie door uitgestrekte weilanden loopt, levert dat een gevoel van eenzaamheid op. Vooral met een opgaande zon – en mooie herfstkleuren – op de achtergrond. ‘The Vanguard’ oogt somber, sober en melancholisch. Ook het gegeven dat de zwijgzame antiheld geen krachtpatser met een uitgebreid wapenarsenaal is, maakt de ambiance beklemmend. Elk gevecht kan het laatste zijn. Max moet de monsters van zich afslaan met een set handbijlen, een puntige staak en met zijn reflexen. Guerrillatactieken en een goed stel benen zijn Max’ modus operandi. Bullock acteert prima en de voice over voegt ook echt wat toe, omdat Max amper spreekt (met wie zou hij dat ook moeten doen?). De acteur acteert vooral lijfelijk en laat het jagersinstinct en de atletische capaciteiten van Max mooi naar voren komen. De soundtrack versterkt de desolate sfeer.

In hoeverre je van ‘The Vanguard’ kunt genieten, hangt van je vergevingsgezindheid af. De zombies zien er wel erg amateuristisch uit en ook de militairen ogen niet erg overtuigend. Als je je over het karige budget heen zet, zie je een atmosferische zombiefilm die het erg van de sfeer moet hebben. Die sfeer is er zeker. Ook is het knap hoe Hope zijn hoofdrolspeler tot zo’n knappe acteerprestatie heeft weten te motiveren. Met meer budget kan Hope waarschijnlijk een hoop mooie dingen doen. Benieuwd hoe zijn carrière zich verder gaat ontwikkelen.

Frank v.d. Ven