Toast (2010)
Regie: S.J. Clarkson | 96 minuten | drama, komedie | Acteurs: Freddie Highmore, Victoria Hamilton, Colin Prockter, Ken Stott, Oscar Kennedy, Matthew McNulty, Frasier Huckle, Kia Pegg, Rielly Newbold, Roger Walker, Rob Jarvis, Amy Marston, Helena Bonham Carter, Selina Cadell, Louise Mardenborough, Corrinne Wicks, Marion Bailey, Tracey Wilkinson, Clare Higgins, Ben Aldridge, Sarah Middleton, Nigel Slater
In Groot-Brittannië is Nigel Slater een fenomeen. Nadat hij in de keuken van diverse toprestaurants het vak had geleerd, begon hij een culinaire column in het tijdschrift Marie Claire. Daarna volgde een vaste bijdrage in ‘The Observer’. Zijn kookboeken vol ongecompliceerde recepten spraken een groot publiek aan. Sinds 1998 verschijnt de culinair journalist met eigen programma’s op de Britse tv. In 2004 verscheen zijn autobiografie ‘Toast: The Story of a Boy’s Hunger’, waarin hij niet alleen zijn liefde voor lekker eten deelt met de lezer, maar ook terugblikt op zijn turbulente jeugd vol drama. Zijn moeder stierf toen hij negen jaar oud was, zijn vader hertrouwde met een vrouw waar hij niet warm voor liep en bovendien moest de jonge Nigel zien om te gaan met zijn eigen seksualiteit. De biografie werd een bestseller in het Verenigd Koninkrijk en won verschillende literaire prijzen. Een verfilming, in typische fletse jaren-zeventigtinten, kon dan ook niet uitblijven.
De film ‘Toast’ (2010) werd geregisseerd door S.J. Clarkson. De jonge Nigel (Oscar Kennedy) groeit op in de middenklasse van de Engelse Midlands. Al van jongs af aan is hij gefascineerd door voedsel. Van zijn lieve maar kwetsbare moeder (Victoria Hamilton) leert hij niet veel; zij zou zelfs water nog kunnen laten aanbranden. Haar beste gerecht? Toast! Nigels moeder gaat gebukt onder haar zware astma, die uiteindelijk haar dood zal worden. Na haar overlijden wordt de relatie tussen Nigel en zijn overheersende vader (Ken Stott) er niet beter op. Zeker niet wanneer hij de ordinaire, kettingrokende huishoudster Mrs. Potter (Helena Bonham Carter) in huis haalt. Nigel haalt zijn neus voor haar op. Maar koken dat ze kan! Vooral haar citroenschuimtaart is verrukkelijk. Als zijn vader vertelt dat hij en Mrs. Potter verliefd op elkaar zijn geworden (zij is nog getrouwd ook) en ze met zijn drietjes in het landelijke (en afgelegen) Herefordshire gaan wonen, ziet Nigel (als tiener gespeeld door Freddie Highmore) zijn wereld instorten. Zeker als hij met Mrs. Potter moet gaan wedijveren om de aandacht en liefde van zijn alsmaar uitdijende vader…
Slaters levensverhaal biedt genoeg aanknopingspunten voor een onderhoudende film. Behalve de complexe familieverhoudingen is er ook nog zijn ontluikende homoseksualiteit. In de film wordt hier verrassend genoeg vrij luchtig over gedaan. Als negenjarige voelt Nigel zich aangetrokken tot de jonge tuinman met het gespierde lichaam, klasgenootjes op de middelbare school lachen hem uit omdat hij als enige jongen huishoudkunde als examenvak kiest – meer is het niet. De kus met een collega-leerlingkok komt al helemaal uit de lucht vallen. De momenten waarop Nigels seksualiteit zich ontwikkelt komen heel willekeurig voorbij en hebben niet genoeg ‘body’. Meer aandacht heeft Clarkson voor de gecompliceerde verhoudingen binnen de familie Slater. De jonge Nigel doet zichtbaar zijn best om bij zijn vader in een goed daglicht te komen, maar slaagt daar nauwelijks in. Des te indringender is het enige moment waarop de twee daadwerkelijk toenadering tot elkaar zoeken – nadat Nigels moeder is overleden. Het is een van de weinige momenten waarop de film de diepte ingaat, want verder houdt men het luchtig als een schuimtaart.
Gelukkig zijn er sterke acteurs die de film overeind houden. Hoewel de duidelijk ouder geworden Freddie Highmore (‘Charlie and the Chocolate Factory’, 2005) meer ervaring heeft, is het de jonge Oscar Kennedy die de meest overtuigende Nigel weet neer te zetten. Ook al gedraagt hij zich – zeker nadat Mrs. Potter haar intrede heeft gedaan in zijn leven – zo nu en dan een snobistisch etterbakje. Ken Stott en Victoria Hamilton zijn betrouwbaar als altijd, maar het is de altijd heerlijk excentrieke Helena Bonham Carter die haar stempel echt weet te drukken op ‘Toast’. Ze zet haar tanden in de volkse Mrs. Potter en laat de rol niet meer los. Het huishouden – en dan vooral de keuken – zijn haar terrein, daar duldt ze geen concurrentie. En zeker niet van zo’n snotaap. De vileine blikken, het vinnige pasje – het mag dan neigen naar een karikatuur, maar alles eraan klopt. Daarom is het zo jammer dat ‘Toast’ als een nachtkaars uitgaat en een bittere smaak nalaat. Het laatste kwartier wordt afgeraffeld en de climax waar je op zit te wachten blijft uit. Aangezien het verhaal gebaseerd is op de memoires van Slater (die zelf overigens nog in een cameo te zien is, als restauranteigenaar) zal het echt zo gebeurd zijn, maar van een speelfilm verwacht je net iets meer.
‘Toast’ begint veelbelovend, met een prachtige openingssequentie waarin de jonge Nigel in de supermarkt gefascineerd de verpakkingen bewondert (en de credits hier op speelse wijze in zijn verwerkt), maar deze biografische film weet de verwachtingen jammer genoeg niet waar te maken. Diepgang ontbreekt, de protagonist is niet altijd even sympathiek en het verwachte daverende slotakkoord blijft uit. Blijft over een film met een stevige dosis Britse nostalgische charme (compleet met het zoetsappige oeuvre van Dusty Springfield als soundtrack) en een zeer degelijke cast, met een op dreef zijnde Helena Bonham Carter als onbetwist hoogtepunt. De spreekwoordelijke kers is er, alleen die taart ontbreekt…
Patricia Smagge