Toen ik je zag (2023)
Regie: Ben Verbong | 118 minuten | drama | Acteurs: Noortje Herlaar, Egbert-Jan Weeber, David Hofland, Keet Padberg, Matthijs van de Sande Bakhuyzen, Hanne Arendzen, Robbert Bleij, Anneke Blok, Vincent Croiset, Theo de Groot, Helen Juurlink, Gonca Karasu, Sadettin Kirmiziyuz, Jasper Langelaan
Hoe heftig het is om te leven met een partner met een bipolaire stoornis, dat weet Isa Hoes als geen ander. De actrice zag haar echtgenoot Antonie Kamerling jarenlang worstelen met zijn manische depressies, probeerde hem zo goed mogelijk te helpen maar kon niet voorkomen dat haar geliefde, de vader van hun twee kinderen, op 6 oktober 2010 een einde aan zijn leven maakte. Na een paar loodzware jaren probeerde Hoes haar verdriet te verwerken door haar verhaal zo veel mogelijk te delen. Haar openhartige boek ‘Toen ik je zag: mijn leven met Antonie’, vernoemd naar dat ene liedje uit de film ‘All Stars’ (1997) waarmee Kamerling een grote hit scoorde, werd in 2013 een bestseller. Hun inmiddels volwassen zoon Merlijn publiceerde in 2020 in samenspraak met zijn moeder, zijn eigen verhaal, getiteld ‘Nu ik je zie. Op zoek naar mijn vader’. Dat Hoes zich kwetsbaar durft op te stellen, spreekt velen tot de verbeelding. Het is dan ook niet verwonderlijk dat ‘Toen ik je zag’ aan de basis lag voor de gelijknamige film. Het is onmiskenbaar het verhaal van haar en haar man, daar is geen twijfel over mogelijk. Dat de namen van de personages voor de film zijn aangepast – Isa en Antonie heten in de film Esther en Bastiaan – doet daar niets aan af. Het maakt het verhaal hooguit universeler. Hoofdrolspelers Noortje Herlaar en Egbert Jan Weeber lijken ook totaal niet op Isa en Antonie, zodat je op momenten even vergeet dat je naar hún verhaal zit te kijken.
Producent Denis Wigman wist regisseur Ben Verbong te strikken voor ‘Toen ik je zag’ (2023). De Limburger werd in de jaren tachtig en negentig bekend met speelfilms als ‘Het meisje met het rode haar’ (1981), ‘De kassière’ (1989) en het geflopte ‘De flat’ (1994), maar vertrok in 1997 naar de oosterburen waar hij ruim twintig jaar lang succes had op zowel het grote als het kleine scherm en onder meer een Duitse versie van de Nederlandse bioscoophit ‘Soof’ (2013) maakte. Met ‘Toen ik je zag’ maakt Verbong zijn comeback in Nederland. Hoes en Wigman gaven hem de vrijheid om er zijn eigen film van te maken. Het boek is uiteraard geschreven vanuit het perspectief van Hoes, en daar blijft de film logischerwijs trouw aan. ‘Had ik je beter moeten vasthouden? Was ik er wel genoeg toen je me echt nodig had?’, vraagt Esther zich aan het begin van de film via voice-over vertwijfeld af. Vragen die eenieder die een dierbare verloor door zelfdoding zichzelf zal stellen. De film volgt Bastiaan en haar gedurende zijn laatste levensjaar. Continu worstelt hij met de demonen in zijn hoofd. Dat betekent niet dat er geen momenten zijn waarop ze niet van elkaar kunnen genieten. Gezellig met hun kinderen in de achtertuin van hun lieflijke boerderijtje bijvoorbeeld, of wanneer Bastiaan en Esther hun huwelijksreis in Italië nog eens dunnetjes overdoen. Maar het monster dat depressie heet loert altijd op de achtergrond, om op onverwachte momenten genadeloos toe te slaan.
Esther kijkt wanhopig toe hoe haar geliefde steeds verder afglijdt in een steeds dieper zwart gat. Ze probeert hem te helpen, ervoor te zorgen dat hij een psychiater opzoekt, zijn pillen trouw slikt. Maar het mag niet baten. Intussen probeert ze er tegelijkertijd voor haar kinderen te zijn en haar eigen carrière als actrice draaiende te houden. Telkens als ze thuiskomt van een theatervoorstelling, is ze huiverig. Hoe zal ze Bastiaan aantreffen; zal hij überhaupt thuis zijn of is hij in een onbesuisde bui de auto ingestapt. Haar onmacht om Bastiaan te behoeden voor het onvermijdelijke wordt steeds schrijnender. In een manische toestand werkt hij nachtenlang door aan een musical, om niet veel later weg te zakken in tergende onzekerheid: zitten de mensen hier wel op te wachten? Ben ik wel goed genoeg? Val ik straks niet keihard door de mand? Het is dit soort onzekerheid dat de al sluimerende depressie weer opnieuw aan slingert. Die paniek slaat over op Esther, die de doodswens van haar man probeert af te wenden door alle middelen die ze in huis kan vinden die hem daarbij zouden kunnen helpen, weg te gooien, door te spoelen of te verstoppen. Dat soort scènes komt keihard binnen. De wanhoop die Esther voelt, grijpt je als kijker bij de strot. Met haar invoelende spel weet Herlaar de radeloosheid en vertwijfeling van Esther knap weer te geven. Ook Weeber is verrassend sterk in een van zijn beste, meest intense rollen.
Niet alle verhaallijntjes zijn even sterk uitgewerkt. Met de moeizame relatie van Esther met haar moeder wordt maar weinig gedaan en de bijrol van Matthijs van de Sande Bakhuyzen als Bastiaans broer Maurits komt niet lekker uit de verf. Daar staat tegenover dat Verbong zijn twee hoofdrolspelers alle ruimte geeft om te schitteren. Dankzij de sterke en overtuigende dialogen wordt het tragische van hun relatie pijnlijk duidelijk. Tegelijkertijd spreekt er de onverwoestbaarheid van hun liefde uit, die minstens zo luid klinkt als de tragiek. En dat je vooraf al weet hoe de film zal aflopen, maakt de slotscènes er niet minder hartverscheurend om!
Patricia Smagge
Waardering: 3.5
Bioscooprelease: 2 maart 2023
VOD-release: 25 mei 2023 (Pathé Thuis)
VOD-release: 24 augustus 2023 (Netflix)