Twenty-Four Eyes – Nijushi no hitomi (1954)

Regie: Keisuke Kinoshita | 154 minuten | drama | Acteurs: Hideki Goko, Hideko Takamine, Yukio Watanabe, Makoto Miyagawa, Takero Terashita, Kunio Sato, Hiroko Ishii, Yasuko Koike, Setsuko Kusano, Kaoko Kase, Yumiko Tanabe, Ikuko Kambara, Hiroko Uehara, Hitobumi Goko, Shirô Watanabe

Niet Kurosawa’s ‘Seven Samurai’, maar Kinoshita’s ‘Twenty-Four Eyes’ kreeg in 1954 de Kinemo Junpo award voor beste Japanse film. Nog altijd wordt deze film in Japan geschaard onder de beste tien producties ooit. In tegenstelling tot ‘Seven Samurai’ is ‘Twenty-Four’ Eyes in ons land veel meer in de vergetelheid geraakt. Onontkoombaar maar doodzonde, want het is een uniek stukje filmgeschiedenis.

Hisako Oishi (Hideki Takamina) arriveert in de lente van 1928 als schooljuf op het afgelegen eiland Shudoshima. Haar kledingkeuze (geen kimono) en het gebruik van een fiets zorgen al snel voor afkeurende blikken van de eilandbevolking. Bij de kinderen raakt ze al snel geliefd en langzaam maar zeker gaan ook de ouders overstag. Door een grapje dat ongelukkig uitpakt scheurt Hisako een pees. Omdat ze moeilijk ter been is en de school moeilijk bereikbaar, wordt ze overgeplaatst naar de streekschool. Jaren later keert ze weer naar haar oude school terug, inmiddels is de crisis uitgebroken en Japan begint zijn militaire campagne tegen China. Juffrouw Hisako heeft altijd de gewoonte om alle onderwerpen vrijuit met haar klas te bespreken, zo ook het kapitalisme en communisme. Dit wordt niet door het schoolbestuur gewaardeerd en Hisako wordt met steeds meer argwaan bekeken door immer aanwezige ogen. Deze film moet bekeken worden in de tijdgeest waarin hij is gemaakt. Voor Japanners duurde de oorlog veel langer dan voor ons. Begin jaren dertig begon de veroveringstocht al op het Aziatische vasteland. De Amerikaanse overheersing van Japan was in 1952 ten einde, snel hierna verschijnen films met een duidelijk statement tegen het eigen regime indertijd.

Het is opvallend dat oorlogsfilms vanuit Japans oogpunt nooit goed zijn doorgedrongen tot onze contreien. Wellicht is hier met ‘Letters from Iwo Jima’ een keerpunt in gekomen. Laten we het hopen, want Japan heeft een rijke traditie aan pacifistische anti-oorlogsfilms. In ‘Twenty-Four Eyes’ worden niet de gruwelijkheden van de oorlog getoond, maar de invloed hiervan op de arme bevolking van het afgelegen eiland Shudoshima. De crisis die de oorlog met zich meebrengt heeft grote gevolgen voor de mensen van het eiland, ze raken hun geld kwijt, moeten in dienst en hebben geen enkele hoop op een betere toekomst. Regisseur Keisuke Kinoshita toont deze problematiek vanuit het oogpunt van een juf en haar leerlingen.

Ambities gaan verloren en talent wordt verspild. Deze aanpak zorgt ervoor dat de oorlog nog zinlozer en waanzinniger lijkt.  Het eerste deel van de film heeft met een lachende juf en vooral veel zingende kinderen een zeer vrolijke uitstraling. Een complete transformatie volgt het tweede en derde deel wanneer de tragische gevolgen van de oorlog de aandacht krijgt. Hisako krijgt te maken met leerlingen die vanwege de financiële crisis niet verder kunnen studeren en de jongens uit haar klas willen allemaal het leger in. Zelf verliest ze ook haar geloof in het lesgeven, wat heeft het nog voor zin als de kinderen alleen nog willen sterven in naam van de natie? Hisako Oishi krijgt dreun op dreun te verwerken, haar man sneuvelt in de strijd en haar zoon en dochter noemen haar een lafaard. Dit wordt allemaal op een sublieme manier gepresenteerd en ook actrice Hideki Takamina weet in haar spel te overtuigen.

‘Twenty-Four Eyes’ weet te ontroeren maar wordt nooit sentimenteel. Dit komt vooral in uitdrukking tot het levensverhaal van leerling ‘Matsue’. Wanneer zowel haar moeder als pasgeboren zusje overlijdt, gaat ze op het vasteland als serveerster aan de slag. Tijdens een schoolreisje komt Hisako haar toevallig tegen, maar Matsue krijgt van haar bazin niet veel gelegenheid om met haar te praten. Wanneer Hisako met haar klas richting Shudoshima vertrekt, slaat Matsue de vertrekkende veerboot gade. Terwijl ze voornamelijk met haar rug naar de camera toestaat, voel je de tranen in haar ogen branden. Een unieke scène die tot in het diepst van de ziel ontroert. Cinematografisch zit de film uitstekend in elkaar, al in deze vroege jaren van de cinema laten de Japanners zien de techniek zeer goed onder de knie te hebben. Met prachtige cameraposities en de durf om scènes voor een langere manier te tonen sleept de film je mee zijn verhaal en weet niet zelden te imponeren en ontroeren. Misschien dat het acteerwerk soms iets te theatraal overkomt, maar dit was in deze periode gewoon de manier waarop geacteerd diende te worden.

‘Twenty-Four Eyes’ geeft een mooi inzicht in hoe de Japanners zelf over de oorlog dachten. Laat je door Keisuke Kinoshita meenemen op een zeer meeslepende reis door een van de meest turbulente periodes van Japan.

Meinte van Egmond