(Untitled) (2009)
Regie: Jonathan Parker | 96 minuten | drama, muziek, komedie | Acteurs: Adam Goldberg, Marley Shelton, Eion Bailey, Lucy Punch, Vinnie Jones, Zak Orth, Ptolemy Slocum, Michael Panes, Svetlana Efremova, Marceline Hugot, Janet Carroll, Ben Hammer, David Beach, David Cale, Dean Wareham
Het is een immer terugkerende vraag, die zeker in tijden van overheidsbezuinigingen luid klinkt: wat is (goede) kunst nou eigenlijk? Zijn dat de grote, controversiële publiekstrekkers waar iedereen een mening over heeft of juist de eigenzinnige experimenten die in kleinschalige galerieën zijn weggedrukt? Is het wel mogelijk om te weten welke kunst de tand des tijds gaat doorstaan? Misschien kliedert de uiteindelijk invloedrijkste kunstenaar van deze tijd nu nog wel anoniem aan in een zolderkamer.
Om te zeggen dat ‘(Untitled)’ deze vragen niet uit de weg gaat is een understatement; ze vormen de essentie van de film. De film wordt wel bevolkt door enkele hoofd- en secundaire karakters, een aantal overzichtelijke plotlijnen en verrassend hoge grapdichtheid, maar deze staan allemaal in dienst van de bovengenoemde vragen. Zo zijn de belangrijkste karakters meer symbolen dan driedimensionale mensen: protagonist Adrian Jacobs (Adam Goldberg, met onuitwisbare frons) is een norse componist van moeilijke, atonale piepknormuziek waar niemand naar luistert; zijn broer Josh (Eion Bailey) een zouteloze schilder die zijn werk voor veel geld aan ziekenhuizen en middelmatige hotels slijt; en galeriehoudster Madeleine (Marley Shelton), met een passie voor moeilijke kunst maar ook de druk om ook eens iets te verkopen. En dan loopt er natuurlijk ook nog een parodie rond van de Britse kunstenaar annex PR-machine Damien Hirst, in de vorm van Ray Barko (in een verrassende rol van ruwe bolster Vinnie Jones).
De setting in de artistiekere regionen van Manhattan, de liefdesperikelen van de hoofdrolspelers en de talloze spitsvondige dialogen zullen kijkers die Woody Allen het liefst in ‘The Big Apple’ films zien maken wel bekoren. Gelukkig blijft deze overeenkomst tot de oppervlakte beperkt en weet regisseur en coscenarist Jonathan Parker een eigen thematische koers te varen. Waar films van Allen vaak op zoekt gaat naar puur menselijke thema’s, zoals de liefde en de dood, richt ‘(Untitled)’ zich met zijn focus op de kunsten op iets maatschappelijkers. Het is knap hoe Parker enerzijds een persiflage biedt op de kunstwereld, waar de lijn tussen ongein en meesterwerken soms flinterdun lijkt en altijd het spook van de commercie loert om de overhand te kunnen krijgen, maar aan de andere kant veel sympathie heeft voor de passie voor en het geloof in kunst dat veel karakters in de film toch drijft.
Het interessantste voorbeeld hiervan is als Madeleine Adrian meeneemt om het werk van een onbekende artiest te gaan bekijken, die simpele voorwerpen op de muur plakt en het via een naambordje tot kunst verklaart. Is deze schuchtere zonderling een pure en sprankelende artiest, zoals Madeleine beweert, of gewoon een gemakzuchtige oplichter, naar Adrians protesten? En heeft Adrian wel recht van spreken? Zijn innovatieve klanken zijn feitelijk ook gewoon iemand die tegen een emmer schopt. ‘(Untitled)’ laat het aan de kijker om al dan niet een kant te kiezen. Wel wordt duidelijk dan los van de artistieke waarde van de kunstenaar hij kansloos is tegen types als Barko: hij heeft niet het ego en de oneliners om louter financieel denkende verzamelaars echt te kunnen overtuigen.
‘(Untitled)’ waagt zich aan een thema dat wollig uit had kunnen pakken, maar het zo wordt fris en grappig gebracht dat het geen moment topzwaar voelt. In een van de leukste running gags heeft de zeer luidruchtige kleding van Madeleine een hoofdrol; Jacques Tati zou trots zijn op dit soort hogeschoolslapstick. Het geheim schuilt er wellicht in dat Parker de beheersing over de plot tot het einde bewaart en zo de kijker meekrijgt in de moeilijke onderliggende vragen.
‘(Untitled)’ biedt zowel rabiate kunstsubsidiehaters als vaste bezoekers van vooruitstrevende galerieën iets om van te genieten en in mee te gaan. Het is een prestatie dat een onderwerp dat zoveel gekibbel veroorzaakt toch nog fris en zelfs amusant verfilmd kan worden, en ondanks het polariserende onderwerp zo moeilijk te weerstaan is.
David van Marlen
Waardering: 4
Bioscooprelease: 2 juni 2011