Vanishing Point (1971)

Regie: Richard C. Sarafian | 98 minuten | actie, drama | Acteurs: Barry Newman, Cleavon Little, Dean Jagger, Victoria Medlin, Paul Koslo, Robert Donner, Timothy Scott, Gilda Texter, Anthony James, Arthur Malet, Karl Swenson, Severn Darden, Delaney Bramlett, Bonnie Bramlett, Lee Weaver

Een onvervalste jaren 70 cult klassieker, dat is wat ‘Vanishing Point’ is. De film ademt een sfeer van nostalgie en rebellie uit die in hedendaagse films niet meer terug te vinden is. De hoofdpersoon uit deze film is eigenlijk niet Kowalski (die geen voornaam heeft), maar de auto. Een prachtige, witte Dodge Challenger R/T uit 1970. Kowalski heeft een weddenschap afgesloten dat hij in deze muscle-car in vijftien uur tijd van Denver naar San Francisco kan rijden. Vlak nadat hij vertrokken is, neemt hij wat speed tot zich en de rit richting Californië kan beginnen. Onderweg komt hij bizarre figuren tegen zoals een ratelslangenjager, een soort religieuze sekte, homofiele lifters en een naakte meid op een motorfiets. Kowalski houdt het gas goed ingedrukt en het duurt dan ook niet lang totdat hij de eerste agent tegenkomt. Deze wordt zonder al te veel moeite van de weg gedrukt en zo gaat het eigenlijk anderhalf uur lang door. Kowalski die door desolate landschappen scheurt, achtervolgd door politietroepen uit verschillende staten.

De politie mag dan tegen hem zijn, Kowalski heeft wel bondgenoten, waaronder DJ Supersoul, een zwarte, blinde DJ die met behulp van de politiescanner Kowalski als het ware richting de vrijheid probeert te leiden. Tijdens de film komen we via flashbacks meer over Kowalski te weten. Hij heeft in Vietnam gediend, is daar onderscheiden en eervol uit dienst ontslagen. Daarna is hij bij de politie gegaan, maar daar moest hij ontslag nemen nadat hij betrokken was bij het uitlekken van vertrouwelijke informatie. In een andere flashback is te zien hoe hij een jong meisje beschermt die aangerand wordt door een collega van hem. Na zijn tijd bij de politie is hij coureur geworden, eerst op de motor en daarna met de auto. In beide flashbacks hiervan zien we hem zwaar crashen. Ook is nog te zien hoe zijn toenmalige vriendin verdronk tijdens een surfongeluk. Het heeft hem dus niet altijd meegezeten, Kowalski is een verbitterde en norse man en wellicht dat dat verklaart waarom hij als een dolle rijdt. Er is natuurlijk de weddenschap, maar is de inzet (speed ter waarde van een paar dollar) het waard om zijn leven voor op te offeren?

Het gaat Kowalski natuurlijk ook om de eer, maar hij probeert vooral onder het maatschappelijke juk uit te komen. Hij heeft geprobeerd om zich aan te passen aan het normale leven, eerst als soldaat, later als agent, geprobeerd zijn land op een juiste manier te dienen. Dat leven heeft hem echter niets opgeleverd en nu rijdt hij alsof de duivel hem op de hielen zit, als een Laatste der Mohikanen richting zijn ondergang. Geleid wordt hij door de stem van Supersoul die hem “The Last American Hero” noemt en zich verbonden voelt met hem. Het is dan ook geen toeval dat Supersoul zwart en blind is, zich bevindend in een geheel blank woestijnstadje omring door vijandige politieagenten. Zijn blindheid versterkt zijn overtuiging en zijn vermogen om Kowalski’s gedachten te lezen. De microfoon is zijn stem, een stem van iemand wiens ras lang het middelpunt van minachting is geweest. Via Kowalski probeert Supersoul ook zijn eigen ziel te bevrijden.

Het voertuig dat moet helpen die missie te volbrengen is perfect gekozen. Niet alleen omdat het één van de fraaiste muscle-cars ooit gebouwd is, maar ook vanwege de naam; “Challenger”. Kowalski en Supersoul dagen het gezag letterlijk uit, hier zijn we, lijken ze te willen zeggen “Show us what you got!” ‘Vanishing Point’ is ook een “fin de siècle” verhaal, een uniek requiem voor een tijdperk dat definitief achter ons ligt. Een tijd van desolate wegen, scheuren om het scheuren en van zware no-nonsense muscle-cars met de zogenaamde big blocks die honderden paardenkrachten genereerden, toen de auto’s alleen maar groter en zwaarder werden en benzine niks kostte. Een tijd van anarchisme, radicale veranderingen, een leven op de rand in een kleurrijke wereld waarin veel mogelijkheden schenen te zijn. Een wereld gevuld met de meest uiteenlopende aparte figuren, die allemaal op hun eigen manier gestalte gaven aan de American Dream. Helaas, die tijd is voorbij, Amerika is tegenwoordig een land dat voornamelijk geregeerd wordt door angst. Een land dat alles en iedereen probeert onder controle te krijgen en houden. Iemand zoals Kowalski zou doodongelukkig zijn in deze tijd, voor hem is er maar één remedie…”The pedal to the metal!”.

Hendrik Dijkhuis