xXx2 : The Next Level – xXx: State of the Union (2005)

Regie: Lee Tamahori | 101 minuten | actie, thriller, avontuur, misdaad | Acteurs: Ice Cube, Willem Dafoe, Samuel L. Jackson, Xzibit, Robert Alonzo, Nona M. Gaye, Matt Gerald, Thom Gossom Jr., Sunny Mabrey, Sarah Mack, Michael Roof, Scott Speedman, Peter Strauss

Lee Tamahori maakt het wel erg bont. Na de James Bond-franchise met ‘Die Another Day’ (2002) te hebben “gemoderniseerd”, lijkt hij dat zelfs te willen doen met de reeds voor de eenentwintigste eeuw aangepaste Bond-wannabe ‘xXx’. De eerste ‘xXx’ was al dom en over-the-top genoeg, zou je zeggen, maar nee, het kan schijnbaar altijd “beter”. De oorspronkelijke titel van de nieuwe “triple x”-film luidt ‘xXx: State of the Union’, wat slaat op de speech die de president houdt in de film en waar het “plot”, als je hier al van kan spreken, zich op richt. De internationale titel, “the Next Level”, doet denken aan een videogame en dat is precies wat de film is geworden, compleet met slap verhaal en beroerde computereffecten. Dit laatste is vooral in de achtervolgingssequentie aan het eind van de film erg evident en storend.

Als het Ice Cube personage kom je in dit computerspel onder andere terecht in een helikopter, een tank, een speedboat, een aantal “gepimpte” auto’s en een hogesnelheidstrein, waarvan het merendeel met soortgelijke voertuigen een duel aangaat en op een gegeven moment wordt opgeblazen. Want dat is de voorwaarde: elke vijf minuten moet er iets exploderen. Nu klinkt dit misschien niet eens zo onaantrekkelijk. Wat is er immers tegen een lekkere, hersenloze actiefilm op z’n tijd? Toegegeven, er zitten best nog wel wat leuke actiescènes in de film; maar over het algemeen is het een geval van toekijken met wat voor belachelijks de filmmakers nu weer op de proppen komen. Wat te denken, bijvoorbeeld, van de scène waarin Ice Cube in zijn supersnelle auto een hogesnelheidstrein weet bij te houden en binnenstapt met behulp van zijn cruise control? Na eerst half over de kop te zijn gegaan komt hij precies goed op het spoor terecht, rijdt vervolgens zijn banden eraf en gaat op zijn velgen verder. Nu geeft dit soort scènes de film ook wel weer een soort campy aantrekkingskracht, maar het is uiteindelijk niet genoeg. Er wordt namelijk nauwelijks spanning of betrokkenheid gecreëerd vanwege deze logica tartende actiescènes, het stupide script en de ééndimensionale personages.

De film begint redelijk pakkend. Je zit nog geen minuut te kijken of er wordt een lijk aangetroffen, waarna de geheime NSA-afdeling van Gibbons en co. wordt aangevallen door een groep terroristen, met over-the-top actie en leuke gadgets. Gibbons rekruteert vervolgens een nieuwe xXx-agent, eentje met nog meer “attitude” dan de vorige (Xander Cage). Hij komt uit bij Darius Stone, die eerst even uit de gevangenis moet zien te breken. Gibbons kan Xander Cage overigens niet meer gebruiken omdat, zo wordt ons verteld, hij is vermoord op Bora Bora (kennelijk ben je als xXx-agent alleen maar onsterfelijk en onmenselijk sterk gedurende de lengte van de film waarin je voorkomt). Deze hele opening, inclusief Stone’s uitbraak, is, hoewel erg ongeloofwaardig, best vermakelijk. Ook heb je nu nog de hoop dat het een avontuurlijk verhaal kan worden. Deze hoop is echter tevergeefs: het blijkt een afgezaagd verhaaltje te zijn over een groep die de president wil afzetten. Een groep waar je bijna achter zou gaan staan, als je de houterige vertolking (door Peter Strauss) van de presidentenrol ziet.

Het komt de film niet ten goede dat de rol van de gadget-sidekick (gespeeld door Michael Roof) is uitgebreid. Praktisch iedere keer dat hij in beeld verschijnt of zijn mond opendoet en dat is schrikbarend veel, resulteert het in een tenenkrommend moment. Ice Cube is niet slecht in de hoofdrol, maar een groot bereik heeft hij niet: hij lijkt slechts één gezichtsuitdrukking te hebben, bestaande uit een intimiderende, kwade frons. Ook weet hij niet goed in zijn eentje de film te dragen, wat noodzakelijk is wanneer Jackson, wiens uitgebreide rol wél wenselijk is, halverwege de film wegvalt. Toch weet “Cube” nog wel wat scènes van humor te voorzien. De botte manier waarop hij een dienblad in iemands gezicht drukt als hij undercover is op een deftig feest, zorgt ongetwijfeld voor een glimlach op het gezicht van de kijker; en zijn reactie wanneer hij zijn nieuwe naam te horen krijgt, is waarschijnlijk gelijk aan de reactie van het algemene filmpubliek toen ze voor het eerst geconfronteerd werd met de titel van de eerste film: “What kind of a name is xXx? Sounds like a pornstar!”. Willem Dafoe doet niet veel bijzonders in zijn schurkenrol (die qua politieke ideëen overigens verdacht veel wegheeft van Bush. Hij heet zelfs George) en Scott Speedman is ook niet bepaald memorabel als de aanvankelijk terughoudende NSA-agent Kyle Steele. De dialoog is daarbij vaak beroerd, met veel slappe one-liners die door onze helden (en schurken) uitgespuwd worden.

Verder moet de film het stellen zonder exotische locaties of avontuurlijke missies. Wat dat betreft was de eerste ‘xXx’ wat interessanter. Ditzelfde geldt voor de vrouwelijke sidekicks. Vooral de ex-vriendin van Cube is “verhaaltechnisch” gezien een overbodige toevoeging. De décolletés van de dames komen goed in beeld, maar dat is dan ook het enige dat ze te bieden hebben. Er kan nog wel worden genoten van (ritjes met) wat leuke “getunede” auto’s, geleverd door Mr. “Pimp My Ride” himself, Xzibit, maar dat was het wel zo’n beetje.

Uiteindelijk is ‘xXx2: the Next Level’ een (veel) te ongeloofwaardige en ongeïnspireerde actiefilm geworden om consistent te kunnen boeien. Vooral na de eerste twintig, dertig minuten wordt de film steeds geestdodender. Hoewel het kijken soms toch nog de moeite waard wordt door het hoge pulpgehalte en de cheesy macho attitude van onze vriend IJsblok, kan de film door geen enkel weldenkend mens goed genoemd worden.

Bart Rietvink

Waardering: 2

Bioscooprelease: 28 april 2005