The Accountant (2016)

Recensie The Accountant CinemagazineRegie: Gavin O’Connor | 128 minuten | actie, misdaad, drama, thriller | Acteurs: Ben Affleck, Anna Kendrick, J.K. Simmons, Jon Bernthal, Jeffrey Tambor, Cynthia Addai-Robinson, John Lithgow, Jean Smart, Andy Umberger, Alison Wright, Jason Davis, Robert C. Treveiler, Mary Kraft, Seth Lee, Jake Presley, Izzy Fenech, Ron Prather, Susan Williams

Er is een nieuwe superheld opgestaan: The Accountant. Als geen ander kan hij ongemerkt zijn tegenstanders besluipen of ze met chirurgische precisie van grote afstand uitschakelen met zijn scherpschuttersgeweer. De bron van zijn superkrachten? Geen spinnenbeet of gammastralen, hij is ‘gewoon’ autistisch. Ok, ok, zo bot en simpel wordt het allemaal niet gepresenteerd – onze superheld is ook gewoon helemaal murw gedrild door zijn liefhebbende militaristische vader – maar het is een van de verbanden die je zou kunnen leggen in de tamelijk merkwaardige, maar evengoed vermakelijke actiethriller ‘The Accountant’.

Eigenlijk besteedt ‘The Accountant’ nog verrassend veel en op begripvolle wijze aandacht aan autisme. Er wordt daadwerkelijk gepoogd de vinger op de zere plek te leggen. Het is belangrijk te waken voor het te makkelijk opplakken van labels en te proberen het perspectief van de omgeving te beïnvloeden. Zo is het niet zozeer het probleem dat een autistisch kind niet (goed) kan communiceren, maar gaat het erom dat de omgeving moet leren beter, of op een andere manier, te luisteren. Verder is er niet één vorm van autisme, waarbij een gestandaardiseerde aanpak voldoende is. Het gaat om maatwerk en voor een deel om de acceptatie dat niet iedereen hetzelfde soort leven zal kunnen leiden. Maar dit hoeft niet te betekenen dat het ene type leven minder waardevol is dan het andere.

Deze ‘informatie’ bereikt de kijker vooral in het begin van de film, wanneer de jonge Christian Wolff (Affleck) wordt gediagnosticeerd bij een instituut of tehuis voor kinderen met dit soort problemen. Al vrij snel is het echter gedaan met de subtiliteit als we zien hoe de rigide vader om gaat met het advies om bepaalde prikkels waar zijn zoon gevoelig voor is – zoals veel licht of geluid – juist op te zoeken en te vergroten in plaats van te vermeiden. Zijn visie: als mijn kind hier niet tegen kan, heeft hij er juist meer van nodig, niet minder. Want de maatschappij zit nu eenmaal vol prikkels en zal hem niet met fluwelen handschoentjes behandelen. Best een interessante – al zij het radicale – theorie, maar vaderlief slaat hier wat in door. Zo hij laat hem – samen met zijn broertje – tot bloedens toe trainen door een leraar in de Filippijnse vechtsport Pencak Silat, terwijl hij zelf toekijkt. Zodat hij gehard zal zijn voor zijn latere leven; of de confrontatie met de grote eindbaas van de film natuurlijk.

Dit laatste lijkt de echte reden te zijn. Kennelijk zagen de filmmakers zelf ook wel in dat het een beetje cru en ongeloofwaardig is om te suggereren dat Wolff enkel en alleen door zijn autisme een perfect gefocuste en emotieloze killer zou kunnen zijn. Dus krijgt de film dit Rocky/Van Damme-achtige achtergrondverhaaltje erbij, dat op zijn beurt het geheel weer een hoog b-filmgehalte geeft en weer meer van zijn focus verliest.

Er moeten best veel ballen in de lucht worden gehouden, zo blijkt in de loop (en ook aan het einde) van de film. Naast de besproken elementen, komt er ook nog romantiek bij kijken, het verhaal van de rechercheur die hem op de hielen zit, de smerige zaakjes van een klant van Wolff (wat geen verrassing is, want hij werkt doorgaans voor criminelen) en het sympathieke arme, oudere echtpaar dat Wolff als surrogaatouders beschermt en die helpt met het ‘opleuken’ van hun aangifte. En op zakelijk gebied moet hij natuurlijk ook nog briljant zijn. Hij kan niet ‘zomaar’ autistisch zijn en en een dubbele identiteit hebben; overdag een saaie pennenlikker en ’s avonds een superheld met scherpschuttersgeweer . Nee, hij moet alle kantoormuren vol kunnen kalken met onmogelijke formules – waar is in films een notitieboek of pak printpapier als je dit nodig hebt? – en binnen een seconde moeilijke sommen kunnen oplossen, met 6 cijfers achter de komma.

Het voegt allemaal weinig toe, net als de verrassing aan het einde van de film, wanneer ineens een (melo)dramatisch verhaallijntje zijn intrede doet en het geheel in een soort soap verandert. Het leidt vooral af van de elementen, personages en verhaallijnen die er wél toe doen. Zo is de dualiteit van de superhelden-persona van het centrale personage wel degelijk intrigerend, maar komen we hier eigenlijk weinig over te weten. We zien niet hoe Wolff begonnen is, wat hem hiertoe aangezet heeft, hoe hij bij zijn vorige (misdadige) klanten is gekomen, het contact is (verlopen) met zijn mysterieuze telefonische hulpje. Om maar eens wat te noemen. Ook had zijn romantische ‘object’ (Anna Kendrick) ook meer diepgang verdiend.

Juist omdat ‘The Accountant’ op verschillende vlakken en momenten wel degelijk weet te boeien, is het frustrerend dat we niet meer te zien krijgen of te weten komen. Zo zijn de interacties tussen Affleck en Kendrick charmant; en weet Affleck redelijk goed de balans te houden tussen het tonen van affectie en het vasthouden aan de beperkingen van zijn personage op sociaal vlak. Ook blijft in algemene zin de manier waarop hij door het leven gaat, met zijn neuroses en persoonlijke oplossingen hiervoor – zaken rangschikken, of vasthouden aan tics, extreme regelmaat en ritmes – interessant.

Verder kan het geen toeval zijn dat, vooral in de eerste helft van de film, veel composities lijken op schilderijen: we zien Wolff aan tafel in zijn appartement, gefilmd door de opening van een wand heen, die een perfect kader vormt rond zijn hoofd. Of hij wordt getoond in gesprek met een klant voor een poster in een kantoor staan, waar hij onderdeel vanuit lijkt te maken. Kortom, net als (een deel van) zijn eigen leven en gedrag: strak geordend en precies binnen de lijntjes. Terwijl hij natuurlijk door zijn gevaarlijke, criminele bezighouden juist weer over de lijntjes heen lijkt of dreigt te gaan, en het ook veelbetekenend is dat het schilderij dat hem zelf het meest bezighoudt een wild, duister lijnenspel van Jackson Pollock is. Maar uiteraard nog wel steeds binnen het kader van de lijst. Hoe is het ene met het andere te verenigen?

Wellicht is ‘The Accountant’ niet het soort film om veel ‘diepe’ lezingen op los te laten, maar het lijkt wel te wijzen op het spanningsveld dat de basis vormt – of zou moeten vormen – van de film. De uitwerking van deze tegenstelling tussen het gevaar/de chaos en de veiligheid/orde is in principe wel wat de kracht is van het concept van de film. Want dat is niet geheel onbelangrijk: de actie- en thrillermomenten zijn ook echt effectief. Er ís spanning in de nachtelijke achtervolgingen en de confrontaties zijn bruut en meedogenloos; het ene moment word je opgeschrikt door een welgemikte, langsfluitende kogel uit het scherpschuttersgeweer van de Accountant – die een schurk meteen weet te vloeren – en het volgende moment komt Wolff up close en personal met een effectieve messteek of een pistoolschot in het hoofd, van zeer dichtbij afgevuurd, zoals John Wick dit ook graag doet. Dit soort momenten maken van The Accountant zowaar een opwindende film. Met wat meer focus en geduld had het ook een goede kunnen worden. Misschien heeft Christian Wolff nog tips.

Bart Rietvink

Waardering: 3

Bioscooprelease: 3 november 2016
DVD- en blu-ray-release: 8 maart 2017