Russian Ark – Russkij kovcheg (2002)

Regie: Aleksandr Sokurov | 95 minuten | drama, fantasie | Acteurs: Sergej Dreiden, Maria Kuznetsova, Leonid Mozgovoj, David Giorgiobiani, Alexandr Chaban, Maksim Sergejev

‘Russian Ark’ verdient alleen al bewondering voor de wijze waarop de film gemaakt is. Met één shot, die dus ook opgenomen moet zijn in één 95-minuten durende take. En dat met honderden figuranten in verschillende tijdperken. Het is dan ook niet verwonderlijk dat ‘Russian Ark’ een film is waarin het beeld belangrijker is dan het verhaal. En terecht, want de beelden zeggen genoeg. Alleen al de prachtige locatie, de Hermitage met al haar kunstwerken, is boeiend genoeg om anderhalf uur lang met open mond doorheen te struinen.

Bovendien blijft de film boeiend omdat er voortdurend beweging is. Slechts een enkele keer blijft de camera stilstaan, en word je als kijker even rust gegund. Dan is er even wat meer aandacht voor een kunstwerk, een persoon of een tijdperk. Maar dan gaan we weer, onder leiding van de excentrieke markies die, net als de vreemdeling door wiens ogen je alles bekijkt, geen idee heeft hoe hij hier terechtgekomen is. Hij geeft soms (cynisch) commentaar op de aanwezige kunstwerken of toeschouwers van die kunstwerken, en vooral op de Russische cultuur, die immers de zijne niet is.

Ondertussen vraag je je als kijker af waar je naartoe gaat. Totdat je merkt dat precies diezelfde vraag de twee mannen ook bezighoudt. Ze hebben elkaar gevonden, beiden afkomstig uit een ander tijdperk en beiden verdwaald in een tijdloze wereld die zich beperkt tot de Hermitage, dobberend als een ark over een uitgestrekte oceaan.

Ze hebben elkaar ook nodig, maar lopen elkaar soms in de weg. Bijvoorbeeld als ze een zaal binnenkomen waarin toeristen uit de tegenwoordige tijd naar de schilderkunst kijken. Blijkbaar is dit de tijd van de vreemdeling, want hier ontmoet hij oude vrienden, met wie de markies meteen ruzie begint te maken over hun onwetendheid over kunst en cultuur. Ondertussen verbaast hij zich over de smaakloze kleding van de mensen.

Een ander moment doet de markies, ondanks waarschuwingen van onze vreemdeling, een deur open die leidt naar de verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog. Ongelovig hoort de markies aan dat toen honderdduizenden slachtoffers vielen in Sint Petersburg.

Toch raken ze elkaar kwijt, deze twee verdwaalden. De apotheose van de film is het grote koninklijke bal dat in 1913 in de Hermitage plaatsvond. Een climax van pracht, praal, indrukwekkende uniformen en galajurken. De figuranten die in het begin van de film gevolgd werden toen ze deze wereld binnengingen, giechelende mannen en vrouwen op weg naar het bal, zien we hier met elkaar dansen, applaudisseren voor het orkest, en elkaar het hof maken.

Op een subtiele manier zie je trouwens voortdurend mensen in de film terugkomen, waarvan sommigen ons illustere duo angstvallig in de gaten houden. Toch blijven het allemaal, zelfs de vreemdeling en de markies zelf, figuranten. De vele gezichten blijven vreemd, omdat je hun verhaal niet leert kennen. Ondanks het gebrek aan enige emotionele binding met de personages blijf je als kijker geboeid door alles wat je ziet. De verbazing waarmee de vreemdeling en de markies naar alles kijken, houdt je als kijker ook in de greep. Zelfs als je het idee hebt dat je bepaalde dingen toch mist omdat we nu eenmaal niet allemaal kunstgeschiedenis- of Ruslandkenners zijn.

Het scheiden der wegen van de twee betekent ook het einde van de film. De markies besluit in de balzaal te blijven, verzonken in een afwezig gepeins. De vreemdeling, en wij dus ook, gaan met de meute mee naar beneden. De statige trappen af, op weg naar de deur die ons leidt naar de uitgang van dit Hermitage-universum van 95 minuten…

Daniël Brandsema

Waardering: 3.5

Bioscooprelease: 3 april 2003