La veuve couderc (1971)
Regie: Pierre Granier-Deferre | 90 minuten | drama, romantiek | Acteurs: Alain Delon, Simone Signoret, Ottavia Piccolo, Jean Tissier, Monique Chaumette, Boby Lapointe, Jean-Pierre Castaldi, Pierre Collet, Robert Favart, André Rouyer, François Valorbe
De legendarische Franse actrice Simone Signoret werd als Henriette Charlotte Simone Kaminker in 1921 geboren in Duitsland. Al op jonge leeftijd trok haar joodse familie richting Parijs. Toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak ging haar vader naar Groot-Brittannië, waar hij zich aasloot bij generaal Charles de Gaulle. Simone ging aan het werk als actrice om het gezin te onderhouden. Om haar afkomst te verdoezelen nam ze de meisjesnaam van haar moeder, Signoret, aan. Haar faam had ze aanvankelijk te danken aan haar rollen als jonge sirene of prostituee, onder meer in Max Ophüls’ befaamde liefdesdrama ‘La Ronde’ (1950). Haar acteerprestatie als verleidelijke oudere vrouw in Jack Claytons ‘Room at the Top’ (1959) bezorgde haar een Academy Award voor beste actrice. Op latere leeftijd maakten filmmakers, onder wie Jean-Pierre Melville voor ‘L’armée des ombres’ (1969), gebruik van haar onverzettelijke uitstraling. Ze speelde toen vaak personages die dicht bij haarzelf stonden; Signorets overtuigend linkse standpunten belemmerden vaak haar carrière.
Toen ze ouder werd, gaf Signoret weinig meer om de glitter en glamour van Hollywood; ze besteedde nauwelijks meer aandacht aan haar uiterlijk. Ze werd oud zoals gewone mensen dat worden, zei ze er zelf over. In de relatief onbekende film ‘La veuve Couderc (de weduwe Couderc’, 1971) maakte regisseur Pierre Granier-Deferre dankbaar gebruik van de aftakelende schoonheid van de actrice. Signoret speelt Yvette Couderc, een slonzige weduwe die leeft op het Franse platteland. Het is 1934. Europa staat aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog en de spanningen zijn reeds merkbaar. Yvette kent een zwaar leven. Op jonge leeftijd kwam te werken op de boerderij, waar ze door zowel de heer des huizes als diens zoon misbruikt werd. Omdat ze verder toch weinig keuze had, is ze met de jongste getrouwd. Nu hij er niet meer is, leeft ze in alle eenzaamheid op de boerderij. De oude Couderc (Jean Tissier) komt regelmatig langs, om haar te helpen op de boerderij. Als dank gaat ze met de oude viezerik naar bed. Het is koren op de molen van haar schoonzus Françoise (Monique Chaumette), die aast op de boerderij die ze tegen grof geld wil verkopen.
Yvettes gezapige en eenzame leventje wordt drastisch overhoop gegooid met de komst van de knappe jonge Jean Lavigne (Alain Delon), die op de vlucht blijkt voor de politie. Hij zit in Yvettes boerderij een mooie (tijdelijke) schuilplaats en is niet te beroerd zijn handen uit de mouwen te steken, tegen een geringe vergoeding. Tussen de twee bloeit een onwaarschijnlijke doch realistische romance op, tot grote onvrede van de dorpelingen. Ze duldden die vreemdeling niet (een metafoor voor de broeierige samenleving in de aanloop naar de Tweede Wereldoorlog en het opkomende fascisme) en spreken kwaad over Yvette die zomaar met die crimineel aanpapt. De zaken worden nog eens bemoeilijkt door de vroegrijpe tienerdochter van Françoise, Félicie (Ottavia Piccolo), die haar zinnen gezet lijkt te hebben op de interessante nieuweling Jean. Yvette ziet hun geflirt met lede ogen aan en raakt langzaam maar zeker meer gefrustreerd. Is ze tot alles bereid om haar Jean te beschermen?
Aan de basis van ‘La veuve Couderc’ ligt de gelijknamige roman van Georges Simenon, die als uitgangspunt de op het oog onmogelijke relatie tussen een jonge vent uit de grote stad en een oudere boerin neemt. Hij is een opportunist, die zijn leven aan het vergooien is met zijn criminele uitspattingen. Zij heeft haar hele leven hard gewerkt en talloze vernederingen ondergaan, met een eenzaam en verguist leven tot gevolg. De beledigingen van de dorpelingen laat ze van zich afglijden, ze weet inmiddels niet beter. Haar hele leven heeft ze altijd op dezelfde plek gewoond, met dezelfde mensen om haar heen. Nooit eens avontuur of spanning. Echte liefde heeft ze nooit gevoeld. Geen wonder dat ze opfleurt wanneer de knappe jonge Jean haar pad kruist. Logisch ook dat ze zich sterk voelt als hij haar de liefde geeft waar ze zo naar snakt. Dat de dorpelingen hem als een indringer zien, sterkt haar alleen maar in haar gevoel. Voor Jean betekent hun samenzijn beduidend minder dan voor haar; zodra de Lolita-achtige Félicie opduikt en zich gewillig aan hem geeft, is hij Yvette al bijna weer vergeten.
De tragiek van het personage Yvette wordt magnifiek neergezet door Simone Signoret. Van de buitenkant mag deze door het boerenleven en haar liefdeloze persoonlijke geschiedenis gehard zijn en een olifantenhuid hebben, van binnen is ze kwetsbaar. Dat kleine beetje liefde dat ze van Jean krijgt is al genoeg om haar vlam opnieuw te doen aanwakkeren. Signoret bezat de gave om in één personage onverschilligheid en menselijke warmte in zich te doen verenigen. Deze rol is het levende bewijs daarvan. De chemie die ze met de veertien jaar jongere Delon heeft is intens. Zijn rol is veel minder uitdagend dan die van haar maar een rasacteur als Delon weet zelfs van de meest vlakke rollen nog iets bijzonders te maken. De bijrolacteurs doen er in feite weinig toe; alles draait om dit illustere tweetal. Pierre Granier-Deferre trakteert ons op prachtige, zij het grauwe sfeerbeelden van het Franse platteland. De cinematografie en muziek is simpel doch effectief en dat geldt tevens voor de regie.
‘La veuve Couderc’ heeft iets poëtisch. Wellicht gaat de film voor sommigen te traag. Het tempo past echter uitstekend bij het verhaal. Dit is een allegorie van het Franse platteland tijdens de roerige jaren dertig, gezien door de ogen van een breekbare oudere vrouw op zoek naar liefde en genegenheid. Vooral Simone Signoret doet van zich spreken in een geweldige rol. De film mag dan triest en bleek zijn en nauwelijks vrolijk stemmen, een en ander sluit wel naadloos op elkaar aan. Het resultaat is een grimmig maar oerdegelijk intiem drama dat overtuigt en stof tot nadenken biedt.
Patricia Smagge