An American Werewolf in Paris (1997)

Regie: Anthony Waller | 105 minuten | horror, thriller, komedie | Acteurs: Tom Everett Scott, Julie Delpy, Vince Vieluf, Phil Buckman, Julie Bowen, Pierre Cosso, Thierry Lhermitte, Tom Novembre, Maria Machado, Ben Salem Bouabdallah, Serge Basso, Jochen Schneider, Alan Mckenna, Hervé Sogne, Edgar Kohn, Jean-Claude Deret, Isabelle Constantini, David F. Friedman, Christina Magnan, Chris Bearne, Pierre Bodry, Pieter Riemens, Emile Cappachione, Serge Hugel, John Waller, Nicholas Waller, Anthony

‘An American Werewolf in…Paris‘? Jawel, want niet alleen in Londen blijken er zich weerwolven te hebben opgehouden. Deze film is in meer of mindere mate een vervolg op ‘An American Werewolf in London’ uit 1981. En voor de kenners van de laatstgenoemde film zullen de overeenkomsten tussen de beide films al snel opvallen. Een paar Amerikaanse jongeren zijn op vakantie, een van hen belandt in het ziekenhuis en krijgt een verhouding met een verpleegster, Andy’s dode vriend komt als geestverschijning op de proppen om hem te waarschuwen dat hijzelf ook een weerwolf is geworden, er worden de nodige slachtoffers gemaakt wiens geestverschijningen komen ook opdagen, en zo zijn er nog wel een paar overeenkomsten aan te wijzen. En wel in een dusdanige mate dat deze vervolgfilm eerder als een soort remake dan als een vervolg beschouwd kan worden.

En gezien de titel van deze ‘An American Werewolf in Paris’ en de overeenkomsten met de film uit 1981 kunnen vergelijkingen dan ook niet uitblijven. Ook valt al snel, evenals dat in ‘London’ het geval is, de insteek op waarmee deze ‘Paris’ gemaakt is. Overduidelijk een mix van horror en humor, maar wel een waarin er duidelijk aan humor de voorrang wordt gegeven. Zeker in het eerste deel van de film komt dat duidelijk naar voren. Maar even duidelijk wordt dat deze ‘Paris’ kwalitatief minder dan ‘London’ is. Her en der is er wel wat geslaagde humor aanwezig, maar te vaak niet bijster effectief. De scènes die zich met Andy’s vrienden afspelen op hun zoektocht naar Serafine? Andy die op een condoom kauwt om Serafine te laten geloven dat het kauwgum is? Het komt te vaak te flauw en te melig over om echt grappig te zijn. Op andere momenten en in een later stadium komen er wel wat meer en grappiger momenten voorbij, maar de (zwarte) humor die in ‘London’ zo geslaagd aanwezig is, blijft hier grotendeels achterwege.

Ook met betrekking tot de in deze film aanwezige horror zijn er, te beginnen bij de transformatiescènes die in ‘London’ zo indrukwekkend aanwezig zijn, wel de nodige kwalitatieve verschillen aan te wijzen. Ook nu zijn er zowel qua transformaties van mens naar wolf, qua weerwolfverschijningen en bloederige toestanden wel wat leuke effecten aanwezig, maar wel waarin een CGI-gehalte te vaak en te duidelijk aanwezig is. Dat hoeft op zich niet zo’n probleem te zijn, maar op indrukwekkende scènes zoals die in ‘London’ aanwezig zijn hoeft niet gerekend te worden. En alsof de makers van deze film dat ook begrepen hebben wordt het een en ander gecompenseerd met een ruime hoeveelheid actietaferelen. In Parijs blijkt een hele sekte van weerwolven te huizen die hun bloeddorst op liefst zoveel mogelijk Parijzenaars botvieren. Tegen wat Amerikaans bloed hebben ze ook geen bezwaar en dus maken Andy en zijn vrienden tal van benauwde momenten mee, ook wanneer Andy zelf een weerwolf is geworden en hij wat bijtgrage neigingen ontwikkelt. Het resulteert in de nodige sfeervolle actietaferelen op donkere kerkhoven en in duistere ondergrondse gangen en spelonken. In een vlot tempo passeren de nodige schrikmomenten, achtervolgingen, confrontaties van diverse aard en tal van gemaakte slachtoffers de revue. Wat dit betreft komen de actieliefhebbers aan hun trekken, en voor wie niet al te zwaar aan het CGI-gehalte tilt is het daarbij ook leuk dat de weerwolven uitgebreid in beeld komen. Nadeel is wel dat de subtiele spanningsopbouw, zoals die in ‘London’ zo effectief aanwezig is door de weerwolf amper in beeld te brengen, hier ontbreekt of in mindere mate aanwezig is.

Maar hoewel er in deze film actie genoeg is, komt het toch niet zo aansprekend over als het geval had kunnen zijn. Naast de al te humoristische inslag is maar al te duidelijk dat Andy en Serafine nergens echt in gevaar komen, ook al vallen er dan wel slachtoffers onder Andy’s vrienden. Verder komen diverse optredende situaties nogal bizar en onwaarschijnlijk over. De manier waarop Andy Serafine van de dood redt bij haar zelfmoordpoging? De sekte skinhead-weerwolven die in spelonken feesten organiseert om daar massaal de feestgangers af te slachten? De daaraan verbonden overige verhaallijnen en actie- en horrorgeoriënteerde taferelen komen nogal eens onwaarschijnlijk over. Ook de subplot aangaande het weerwolf-serum is vrij overbodig en lijkt nogal kunstmatig in het leven geroepen om een happy end mogelijk te maken. Jammer genoeg gaat ook dit wel ten koste van de mate waarin het een en ander overtuigend overkomt.

Wel is het nodige aardige acteerwerk aanwezig, hoewel gezien de opzet van deze film, er in de diverse optredens wel de nodige beperkingen aanwezig zijn. Het meest opvallend zijn de twee hoofdrolspelers Tom Everett Scott en Julie Delpy als Andy en Serafine. Ze kwijten zich goed van hun taak, hoewel ook nu geldt dat het acteergehalte niet echt vergelijkbaar is met dat van de acteurs in ‘London‘. Verder een relatief kort, maar geslaagd optreden van Julie Bowen als de Amerikaanse Amy Finch met wie Andy een tussentijds kort romantisch intermezzo heeft. De rest van de cast is niet bijster opvallend, ook omdat het her en der al dan niet grappig gedrag en dito opmerkingen herhaaldelijk afbreuk doet aan de geloofwaardigheid van de diverse personages.

Al met al maakt dat ‘An American Werewolf In Paris‘ een film die op diverse punten genoeg entertainment biedt, maar in termen als een vervolg of als een remake van ‘An American Werewolf in London‘ te weinig overtuigend overkomt. En ook de vraag doet oproepen waarom er voor deze titel is gekozen. Waarschijnlijk om, met ‘An American Werewolf in London’ in gedachten, extra kijkers te trekken, maar het gevolg is wel dat vergelijkingen met ‘London’ onvermijdelijk zijn. Vergelijkingen die op geen enkel terrein in het voordeel van deze ‘Paris’ uitvallen, hoewel gezegd moet worden dat deze film zichzelf ook duidelijk minder serieus neemt dan zijn voorganger. De kenners die op een herhaling of evenaring van ‘An American Werewolf in London’ hopen hoeven voor deze vervolgfilm dan ook geen moeite te doen. Voor de overige kijkers levert deze vervolgfilm wel het nodige redelijk geslaagd entertainment op, maar daar blijft het ook wel bij.

Frans Buitendijk