Captain America: The First Avenger (2011)
Regie: Joe Johnston | 117 minuten | actie, thriller, avontuur, science fiction | Acteurs: Chris Evans, Hugo Weaving, Tommy Lee Jones, Stanley Tucci, Hayley Atwell, Natalie Dormer, Sebastian Stan, Richard Armitage, Dominic Cooper, Neal McDonough, Toby Jones, JJ Feild, Anatole Taubman, Kenneth Choi, Sarah Linda, Christian Black, Martin Sherman
Enerverende spektakelfilm die heerlijk entertainment biedt en zich kan meten met de beste stripverfilmingen. ‘Captain America’ bruist van begin tot eind van de actie, met goed uitgewerkte personages en puik acteerwerk van de hele cast, titelheld Chris Evans voorop.
‘Captain America: The First Avenger’ is in veel opzichten een ouderwetse film, maar juist op de goede manier. Niet ouderwets als in oubollig, maar ouderwets als in: ouderwets vermaak, ouderwets als puur Hollywood entertainment, ouderwets in: waarom worden zulke film eigenlijk niet meer gemaakt? De film doet denken aan klassiekers uit dezelfde periode waarin de film zich afspeelt: de jaren 40 van de vorige eeuw. De sfeer die de film ijzersterk oproept, is die de strijd tussen goed en kwaad, toen goed en kwaad nog duidelijk omlijnd waren. De geallieerden zijn de “good guys” en de nazi’s de slechteriken. Waar de strijd gaat tussen vrijheid enerzijds en dictatuur en onderdrukking anderzijds. Gezien de meeste recente stripverfilmingen, die een realistischer en duisterder toon hebben, passend bij het huidige tijdsgewricht, is het een gewaagde zet van de makers, regisseur Johnston voorop, om de film met die duidelijke morele scheidslijnen neer te zetten en een knappe toer dat het ze gelukt is.
De meeste filmische superhelden van vandaag de dag bevolken een universum waarin de helden bol staan van de tekortkomingen, waarin een grote dosis cynisme aanwezig is en de morele kaders niet altijd even duidelijk te schetsen zijn. Interessant aspect is dat zulke tekortkomingen en karakterzwaktes ook in de oorspronkelijke kleurrijke pagina’s uit de “Golden Age” en “Silver Age” van de strips voorkomen. Denk aan de demonen waar Bruce Wayne mee worstelt in de Batman films van Christopher Nolan, de sympathieke benadering van Magneto en de stommiteiten van Charles Xavier in ‘X-Men: First Class’ of zelfs maar aan de complexe persoonlijkheid van Tony Stark in de heel wat lichtvoetiger Iron Man films. Als er één stripfiguur is, waar Marvels Captain America mee te vergelijken is, is het wellicht DC Comics’ Superman. Alle twee mannen die ingeboren goedheid hebben, die alles overhebben om de mensheid te redden. Maar waar Clark Kent/Superman feitelijk een buitenaards wezen is, gaat achter de naam Captain America de persoon Steve Rogers schuil, die een heel andere start in het leven had.
In het begin van de film is Rogers namelijk nog een kleine, magere jongeman (verbluffende digitale effecten geven Evans ook het bijbehorende uiterlijk) met tal van lichamelijke kwalen, die na het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog dolgraag zijn steentje wil bijdragen. Helaas voor hem wordt hij keer op keer afgekeurd vanwege zijn zwakke gezondheid. Zijn beste vriend James “Bucky” Barnes (Sebastian Stan), die wel in dienst zit, ziet het allemaal met lede ogen aan. Dan hoort de uit nazi-Duitsland gevluchte wetenschapper Dr. Abraham Erskine (een verrukkelijke Stanley Tucci) toevallig hun gesprek over Steves verlangen om in het leger te gaan – en hij biedt Rogers letterlijk de kans van zijn leven. Door middel van een serum dat Erskine in Duitsland heeft ontwikkeld en de straling van zogeheten – en heerlijk klinkende – “Vita-Rays” wordt Rogers in één klap groter, sterker en sterker. Na die indrukwekkend in beeld gebrachte transformatie, kan Captain America zijn eerste heldendaad verrichten, wanneer een nazi-spion en saboteur een aanslag pleegt op het laboratorium. Met behulp van de Britse agent Peggy Carter (Hayley Atwell) en de flamboyante Howard Stark (Dominic Cooper) gaat hij achter de verantwoordelijke nazi’s aan. De saboteur bleek te behoren tot Hydra, de occulte wetenschap organisatie van nazi-Duitsland, onder leiding van Johann Schmidt (Hugo Weaving). Schmidt heeft in Noorwegen een blauw opgloeiende kubus gevonden, dat een bijzonder krachtig wapen blijkt. Hij denkt dat het afkomstig de Noorse goden, maar degenen die ‘Thor’ hebben gezien, zullen het zeker herkennen. Uiteraard is het van het grootste belang dat de nazi’s er geen gebruik van gaan maken, maar al snel lijkt dat Schmidts plannen niet ophouden bij Hitlers Derde Rijk.
Waar de film qua sfeer nog het meest aan doet denken, is aan ‘Raiders of the Lost Ark’ (niet voor niets wordt er in deze film subtiel naar Spielbergs en Lucas’ klassieker verwezen). Een pure avonturenfilm zoals ze tegenwoordig niet meer gemaakt worden, maar dan niet met de brutale schavuit Indiana Jones in de hoofdrol, maar met de naïeve en licht wereldvreemde Steve Rogers.
De film kent drie fantastische montages, waarin als eerste het verhaal van Johann Schmidt verteld wordt – die een prototype van het serum van Erskine op zichzelf uitprobeerde, met onverwachte bijwerkingen -, vervolgens een briljant uitgevoerd muzikaal intermezzo waarin Captain America op tournee gaat om obligaties te verkopen ter ondersteuning van de oorlogsinspanning en tenslotte een aaneenschakeling van verschillende gevechten van Captain America en zijn team (de “Howling Commando’s” van de strip, al waren ze nooit zo aangeduid) tegen Hydra. Hier kan de ware filmliefhebber zijn hart aan ophalen, vooral aan het middendeel met het aanstekelijke “Star-Spangled Man” deuntje van Oscarwinnaar Alan Menken. Niet iedereen zal het oprecht patriottistische vlagvertoon kunnen waarderen, maar regisseur Johnston en zijn team weten de toon van die tijd zo treffend neer te zetten, dat elke hedendaagse knipoog afbreuk zou doen aan de oprechtheid van de personages. De onbevangenheid en het optimisme, dat Amerika alles aan kan, dat er gevochten wordt voor de goede zaak en dat de “good guys” uiteraard gaan winnen, doet nostalgisch aan en geeft de film juist meer lading. Evans weet ook uitstekend te voorkomen dat zijn personage saai wordt, omdat het zo’n goedzak is en brengt veel nuance aan in zijn vertolking van Steve Rogers, dat het zeker niet overdreven is om te zeggen dat hij geknipt is voor de rol. De casting is overigens over de hele linie perfect. Evans heeft een aantal zeer amusante scènes en veel chemie met Atwell, wiens stoere Peggy Carter in een door mannen gedomineerde wereld ook absoluut haar mannetje staat. Weaving mat het accent van Werner Herzog en Klaus Maria Brandauer aan voor zijn Johann Schmidt, die een vervaarlijke opponent vormt voor Captain America. Sterke bijrollen zijn er voor Tucci als het morele anker van de film, Tommy Lee Jones krijgt de meeste lachers op zijn hand als de no-nonsense kolonel Philips en Toby Jones is op zijn beurt zeer op dreef als Schmidt’s hulpje Armin Zola.
Kent de film dan geen zwakke momenten? Nou, om te beginnen is de film veel te kort. Het tempo ligt hoog, er valt geen overbodige scène aan te wijzen en de makers laten zelfs geen enkel dood moment vallen, maar één of twee extra rustpauzes om de personages nog beter te leren kennen, zouden welkom zijn geweest. Het verhaal is interessant genoeg om langer stil te staan bij cruciale momenten. De gevechtsmontage, die goed uitgevoerd ook, geeft te weinig het gevoel wat de inzet van al dat oorlogsgeweld nu precies is – en de Howling Commando’s zijn te weinig in beeld. Deze kleine minpuntjes vallen echter in het niet met het onvervalste plezier dat de film uitstraalt en die het binnen het genre tot grote hoogte doet stijgen.
Zoals hierboven al even aangestipt, maakt ‘Captain America: The First Avenger’ deel uit van het zogeheten “Marvel Cinematic Universe”, een reeks films waar verschillende van de superhelden uit de strips van Marvel de hoofdrol in spelen. Na ‘The Incredible Hulk’, ‘Iron Man’, ‘Iron Man 2’ en ‘Thor’, is dit dus de vijfde film uit de serie – hoewel ze strikt genomen ook los van elkaar gezien kunnen worden – en vormt ‘Captain America’ de laatste opmaat tot ‘The Avengers’ (2012), waarin onder andere de Hulk, Iron Man, Thor en Captain America allemaal acte de présence geven. En de “Cap”, zoals het alter ego van Steve Rogers liefkozend genoemd wordt, is een welkome aanvulling op de reeds bestaande reeks films en hoort – met ‘Iron Man’ – tot de beste van de Marvel Studios films tot nu toe. Het zal in elk geval een interessante dynamiek geven wanneer de rechtschapen mentaliteit van Captain America in aanraking komt met de flierefluitende en narcistische Tony Stark, de arrogante Thor en het groene monster dat in Bruce Banner verstopt zit. Tenslotte was Captain America in de strips de aanvoerder van ‘The Avengers’…
Hans Geurts
Waardering: 4.5
Bioscooprelease: 28 juli 2011
DVD- en blu-ray-release: 4 januari 2012