Diaboliquement vôtre – Diabolically Yours (1967)

Regie: Julien Duvivier | 93 minuten | thriller, misdaad | Acteurs: Alain Delon, Senta Berger, Peter Mosbacher, Claude Piéplu, Albert Augier, Renate Birgo, Georges Montant, Sergio Fantoni, Albert Daumergue, Marcel Gassouk, Guy Stranger

Filmmakers als Ingmar Bergman en Jean Renoir zijn veel verschuldigd aan Julien Duvivier (1896 – 1967). Hoewel zijn naam nauwelijks bekend in de oren zal klinken, is hij een belangrijke regisseur geweest in de Franse filmgeschiedenis. Duvivier begon zijn carrière als acteur, maar belandde al snel achter de schermen. In 1919 regisseerde hij met ‘Haceldama ou le prix du sang’ zijn eerste film. Hoewel hij aanvankelijk weinig succesvol was, zette hij toch door. In de jaren dertig betaalde zich dat uit, mede dankzij de geslaagde samenwerking met de legendarische Franse acteur Jean Gabin, met wie hij onder meer de gangsterfilm ‘Pepe le Moko’ (1937) maakte. Tijdens de oorlogsjaren trok hij naar Hollywood waar hij uitpakte met ‘Tales of Manhattan’ (1942). Na de oorlog ging hij terug naar Frankrijk waar het hem moeite kostte weer voet aan de grond te krijgen. De films uit zijn latere carrière zijn dan ook niet allemaal even sterk. Hij had zijn laatste film, de thriller ‘Diaboliquement vôtre’ (1967) nog maar net afgerond toen hij op 71-jarige leeftijd om het leven kwam bij een auto-ongeluk.

In ‘Diaboliquement vôtre’ toont Duvivier voor de laatste keer zijn onmiskenbare talent. Alain Delon speelt een man die dronken achter het stuur is gestapt en met een noodvaart over de Zuid-Franse wegen scheurt. Tijdens de begincredits laat Duvivier ons zelf ervaren hoe deze man zich gevoeld moet hebben. Deze dollemansrit kan niet anders dan in een heftige crash eindigen. Wanneer de film daadwerkelijk van start gaat, zien we de man in het ziekenhuis ontwaken. Hij heeft drie weken in coma gelegen en heeft geen idee wie hij is, waar hij is en hoe hij daar terecht is gekomen. Een knappe jonge vrouw genaamd Christiane Campo (Senta Berger) wordt aan hem voorgesteld als zijn vrouw – ze noemt hem Georges – maar hij herkent haar totaal niet. Omdat er niets anders opzit, gaat hij toch met haar mee naar een gigantisch landhuis om te herstellen en aan te sterken. Hij herkent absoluut niet van het huis en de omgeving, maar omdat hij Christiane wel ziet zitten en hij te zwak is om ervandoor te gaan blijft hij. Langzaam maar zeker beginnen hem vreemde dingen op te vallen. Als Christiane zijn vrouw is, waarom wil ze dan niet met hem vrijen? Ook ontsnapt hij een paar keer ternauwernood aan een wisse dood. Zijn verwarrende dromen bieden hem niet veel uitkomst en maken de situatie er alleen maar ingewikkelder op.

Geheugenverlies, hoeveel films zijn er al niet verschenen met dat thema? Hoewel het thema nauwelijks origineel te noemen is, weet Duvivier van ‘Diaboliquement vôtre’ toch een boeiend schouwspel te maken. Hoewel het verhaal vrij voorspelbaar verloopt, blijft de spanning van het mysterie kaarsrecht overeind. Dat is vooral te danken aan het sterke scenario, naar het boek “Manie de la persécution” van Louis C. Thomas, dat bol staat van de onderhuidse spanning. Naast de beeldschone maar enigmatische Christiane krijgt ‘Georges’ te maken met een onbetrouwbare huisvriend (Sergio Fantoni) en een mysterieuze Chinese butler (Peter Mosbacher). Je voelt al direct aan dat zij onze held niet te vriend zullen zijn en dat maakt deze film wellicht voorspelbaar. Het venijn zit hem echter in de staart. Net als je denkt te weten hoe de vork in de steel zit, trakteert deze film je op een onaangekondigde verrassing. En of je die laatste plotwending nu geloofwaardig vindt of niet, deze originele uitsmijter geeft ‘Diaboliquement vôtre’ wél kleur.

Over kleur gesproken, deze mysterieuze thriller ziet er beeldschoon uit dankzij de schitterende fotografie van Henri Decaë, die we onder meer kennen van ‘Plein soleil’ (1960), waarin we eveneens Alain Delon zagen schitteren. Het prachtige château, de zonnige en groene omgeving en het weelderige interieur zijn overweldigend in beeld gebracht. Daar komt nog bij dat Duvivier met Delon en Berger twee bijzonder knappe hoofdrolspelers heeft, die er dankzij Decaë nog aantrekkelijker uitzien dan ze normaal al doen. Het is zonde dat Delon weinig meer te doen krijgt dan in zijn bed liggen om te herstellen. Desondanks zet hij ‘Georges’ neer als een verwarde, gefrustreerde man die zich overgeeft aan de mysterieuze krachten om hem heen maar dat eigenlijk niet wil. Berger, Fantoni en Mosbacher hebben minder uitdagende rollen maar zetten hun ongrijpbare personages prima neer. De muziek van François de Roubaix maakt het plaatje verder af. Met ‘Diaboliquement vôtre’ toont Duvivier, die een van de grondleggers was van de Franse film noir, aan dat hij het kunstje nog niet verleerd was. Hoewel je sommige plotwendingen mijlenver van tevoren al kunt zien aankomen, weet hij met een tegendraads slotakkoord toch te verrassen.

Dankzij de prachtige cinematografie, het prima acteerwerk en het boeiende script is dit een waardige zwanenzang voor een van de belangrijkste, maar ook een van de minst bekende Franse topregisseurs van de twintigste eeuw.

Patricia Smagge