Our Man in Marrakesh (1966)

Regie: Don Sharp | 92 minuten | komedie | Acteurs: Tony Randall, Senta Berger, Terry-Thomas, Herbert Lom, Wilfrid Hyde-White, Grégoire Aslan, John Le Mesurier, Klaus Kinski, Margeret Lee, Emile Stemmler, Helen Sanguinetti, Francisco Sánchez, William Sanguinetti, Hassan Essakali, Keith Peacock

Andrew Jessel (Tony Randall) werkt bij ‘Iranian Oil’. Het is voor het eerst sinds lange tijd dat hij weer vakantie heeft en in de bus van Casablanca naar Marrakesh kletst hij honderduit tegen Kyra Stanovy (Senta Berger) Ze blijken niet alleen in hetzelfde hotel te logeren, maar ook aangrenzende kamers te hebben.

Als Andrew een kastdeur opendoet om zijn kleren op te bergen, valt daar een lijk uit. Voordat hij weet wat hij moet doen, klopt Kyra op zijn kamerdeur. Het blijkt dat de receptionist de sleutels van Kyra en Andrew per ongeluk verwisseld heeft. Andrew wil voorkomen dat Kyra het lijk ziet, maar dat mislukt. Tot zijn verbazing herkent ze in het lijk haar verloofde Philippe (Keith Peacock) die door zijn familie is omgebracht, omdat ze bezwaar hebben tegen zijn aanstaande huwelijk met Kyra.

Intussen wachten Mr. Casimir en zijn rechterhand Jonquil (Klaus Kinski) met smart op het moment dat de koerier die hen de twee miljoen dollar komt brengen voor de omkopingszaak, zich kenbaar zal maken. Door de verschillende passagiers die in de desbetreffende bus zaten subtiele hints te geven proberen ze zijn of haar identiteit te achterhalen en de transactie te voltooien. Dat hierbij af en toe wat misgaat, mag de pret niet drukken en een beetje geweld en corruptie is alleen maar handig.

‘Our Man in Marrakesh’ is een ouderwets leuke boevenkomedie. Voor wie Herbert Lom alleen kent als de hysterische, krankzinnige superieur van inspecteur Clouseau uit de Pink Panther films is zijn rol als gangsterbaas een aangename verrassing. Hij is genadeloos, sluw en buitengewoon doortastend en als Latin lover altijd in voor een vrijpartij met zijn blonde stoeipoes Samia Voss (Margeret Lee). Ook Klaus Kinski is op en top de gangster met een scherp hoedje en een bijpassend streepjespak en natuurlijk kijkt ook hij niet op een slachtoffer meer of minder.

De film is aangenaam luchtig door de aanstekelijke grapjes, de slapstick en de rare verhalen die de verschillende personages ophangen om elkaar en de kijker zand in de ogen te strooien. Dit laatste werkt prima, want tot op het laatste moment blijft onduidelijk wie de koerier is.

Diana Tjin-A Cheong