Scum (1979)

Regie: Alan Clarke | 98 minuten | actie, drama | Acteurs: Ray Winstone, Mick Ford, Julian Firth, John Blundell, Phil Daniels, John Fowler, Ray Burdis, Patrick Murray, Herbert Norville, George Winter, Alrick Riley, Peter Francis, Philip DaCosta, Alan Igbon, Andrew Paul, Sean Chapman, Ozzie Stevens, Ricky Wales, Peter Howell, John Judd, Jo Kendall, John Grillo, Philip Jackson, P.H. Moriarty, Nigel Humphreys, James Donnelly, Joe Fordham, Ray Jewers, Ian Liston, Charles Rayford, John Rogan

Als een locomotief dendert ‘Scum’ in dik anderhalf uur aan je voorbij. De film is een aaneenschakeling van gewelddadige, raciale en emotionele uitbarstingen in een internaat voor minderjarige criminelen. De eerste versie van ‘Scum’ uit 1977 was bedoeld voor de televisie, maar kwam niet door de censuur. ‘Scum’ uit 1979 werd gemaakt voor de bioscoop, maar het is een wonder hoe de tweede poging wel door de beoordelingscommissie kwam. Regisseur Alan Clarke, overleden in 1990, levert een meesterwerk.

In het internaat geldt het recht van de sterkste. Wie sterk is overleeft, wie zwak is verliest. Alles in ‘Scum’ draait om macht. Het machtsmisbruik van directie en bewakers en de machtsstrijd tussen gedetineerden onderling. Bovendien staan zwart en blank regelmatig tegenover elkaar, zoals blijkt wanneer een gymnastiekles uitdraait op een veldslag tussen bleekscheten en roetmoppen. Regisseur Clarke laat haarfijn zien hoe “het systeem”, wat dat ook moge zijn, kleurlingen behandeld. In een voor de film typerende scène krijgt de verlegen, zwarte Angel eerst een pak rammel van een drietal blanke medegevangenen, waarna hij racistische, neokoloniale verwensingen van de hoofdbewaker over zich heen krijgt.

Centrale figuur in het uiterst boeiende geheel is de rossige Carlin (Ray Winstone), of beter gezegd: “4737-Carlin”, want in het internaat ben je niet meer dan een nummer. Een tot dan toe volslagen onbekende Winstone kreeg de hoofdrol in ‘Scum’ en, het moet gezegd, hij speelt geweldig. Winstone is een geboren leider, die mentaal sterker is dan het detentiesysteem en met geweld zijn plek opeist. Hij incasseert, maar slaat daarna keihard terug, zoals blijkt uit een briljant, doorlopend shot. Een getergde Winstone rekent met een in een sok verstopte biljartbal af met zijn belagers, maakt hen duidelijk dat hij de echte leider is en wint, bovendien, de gunst van zijn collega-gedetineerden.

Niet iedereen verweert zich zoals Winstone. Sterker, een aantal jongens gaat ten onder. Wranger is dat de directie en bewakers de misstanden niet aanpakt, maar aanmoedigt of oogluikend toestaat. Wanneer een stel knapen de naïeve Davis in een tuinhuisje in ‘Spetters’-stijl verkracht, kijkt een bewaker op afstand mee. Hij grijpt niet in en geeft de arme Davis naderhand zelfs de schuld. Het cynisme van de machthebbers in de jeugdgevangenis keert voortdurend terug in het verhaal.

Een opvallende, enigszins gekke, noot in een gitzwart geheel vormt Archer (Mick Ford). Ford speelt, net als Winstone, de rol van zijn leven. Hij is een intelligente knaap, die doorheeft hoe het detentiesysteem werkt. Daarnaast is hij een sociaal aanspreekpunt, die brieven voorleest aan medegevangenen en opkomt voor anderen. Ford is echter ook vervelend voor de machthebbers, waarvoor hij langer gevangen zit dan noodzakelijk. Ford buigt niet voor het regime en gaat, mede hierdoor, prima om met de harde Winstone.

‘Scum’ verrast. Je blijft constant op het puntje van je stoel door de stroom aan intensiteit. De absentie van muziek is geen gemis en versterkt juist de kille taferelen. De mensen met macht intimideren de jongeren, die steeds woedender en machtelozer worden. De karakters hebben een plat Britse tongval. Verwacht echter geen Britse humor, maar Britse rauwheid.

Robbert Bitter

Waardering: 4.5

Bioscooprelease: 2 mei 1980