Dubbelspel – Double Play (2017)

Recensie Dubbelspel CinemagazineRegie: Ernest R. Dickerson | 130 minuten | drama | Acteurs: Lennie James, Bronson Pinchot, Colin Salmon, Louis Gossett Jr., Melanie Liburd, La La Anthony, Isaach De Bankolé, Barbara Eve Harris, Saycon Sengbloh, Alexander Karim, Mustafa Shakir, Dani Dare, Heather Jocelyn Blair

Lees je wel eens een boek? Grote kans dat je ‘Dubbelspel’ van Frank Martinus Arion in de kast hebt staan. In 2006 werd Arions bekendste boek, dat hij al in 1973 schreef, tijdens de eerste editie van Nederland Leest cadeau gedaan aan leden van de bibliotheek. Zo’n 750.000 exemplaren werden uitgedeeld. Arion (1936-2015) geldt als een van de belangrijkste Antilliaanse schrijvers, en ‘Dubbelspel’ als zijn belangrijkste (fictieve) werk. Het was de eerste roman die geschreven was vanuit een geheel zwart perspectief. Arion was een groot promotor van het papiaments en was onder meer betrokken bij de oprichting van de eerste papiamentstalige middelbare school. Desondanks schreef hij zijn meeste werk in het Nederlands, wellicht met de achterliggende gedachte een zo groot mogelijk publiek te bereiken. Dat is in elk geval ook de reden dat de verfilming van ‘Dubbelspel’ in het Engels gesproken is: om zo veel mogelijk mensen te laten kennismaken met Curaçao, zijn cultuur, zijn inwoners en natuurlijk met het verhaal, dat een regelrechte Antilliaanse klassieker is. In het boek komen vier mannen wekelijks samen voor een middagje dominospelen. Alle vier gaan ze zo op hun eigen manier om met de hordes die ze in het door kolonialisme en sociale onrust getekende Curaçao van zo’n vijftig jaar geleden op hun pad vinden. Met een titel als ‘Dubbelspel’ kun je er donder op zeggen dat de gemoederen hoog oplopen.

‘Dubbelspel’ (2017) werd verfilmd door Ernest Dickerson, die als cinematograaf aan de zijde van Spike Lee ‘Do the Right Thing’ (1989) en ‘Malcolm X’ (1992) maakte en als regisseur onder meer afleveringen van hitseries als “The Wire”, “Treme” en “The Walking Dead” op zijn cv heeft staan. Dickerson komt al sinds halverwege de jaren tachtig op Curaçao en heeft zijn hart verloren aan het eiland. Desondanks kan hij als een buitenstaander zijn blik werpen op de cultuur. Dickerson beschouwt het eiland zelf bovendien als een volwaardig personage en maakt ruim baan voor de veelkleurigheid en karakteristieke architectuur. Scenarioschrijvers Alaric Smeets en Evan Jones voegden aan Arions kern een verhaallijn toe die zich afspeelt in het heden. Ostrik (Colin Salmon), de zoon van één van de vier dominospelers, komt na jaren weer terug op het eiland. Hij is een succesvol arts in Europa, getrouwd met een Nederlandse vrouw en heeft zo zijn redenen om het land van zijn geboorte weer eens op te zoeken. Deze ‘vreemdeling’ moet de kijker, die benaderd wordt als onwetend waar het Curaçao betreft, het verhaal in trekken. Zo’n toegevoegd personage is een handigheidje die er duidelijk op gericht is om het internationale filmpubliek op weg te helpen; voor welingelichte Nederlandse kijkers is de introductie (‘Curaçao als trotse smeltkroes, als levende paradox’) in feite onnodig.

Het duurt niet lang of we duiken het verleden in, waar we kennismaken met de vier dominospelers. Ostriks vader is Boeboe Fiel (Alexander Karim), een zachtmoedige lapzwans die zijn zuurverdiende centen liever uitgeeft aan de hoeren dan aan zijn gezin. Tot grote ergernis van zijn vrouw Nora (Saycon Sengbloh), die steeds wanhopiger probeert de touwtjes aan elkaar te knopen. Als blijkt dat haar zoontje Ostrik (Dani Dare) van school gestuurd wordt zolang hij geen fatsoenlijk schoeisel draagt, besluit ze haar lichaam te verkopen aan Boeboe’s dominomaatje Chamon (Lennie James). Die verdient als huisjesmelker een aardig centje, maar omdat die rijkdom hem als buitenlander duur kan komen te staan, houdt hij de schijn op en doet hij of hij een armoedzaaier is. Manchi Sanantonio (Mustafa Shakir) probeert staande te blijven door zich de levensstijl van de vroegere kolonisator aan te meten. Hij werkt als gerechtsdeurwaarder, woont in het grootste huis van de stad en is getrouwd met de mooiste vrouw van het eiland, de trotse en strijdvaardige Solema (Melanie Liburd). Van haar progressieve standpunten aangaande vrouwenrechten en sociale gelijkheid moet hij niets weten. Solema vindt wél gehoor bij de vierde dominospeler, Ernesto (in het boek Janchi Pau geheten – gespeeld door Isaach De Bankolé), een zwijgzame vier met een sterke hang naar het socialisme.

Het dubbelspel uit de titel is niet alleen het dominospel zelf (wat twee tegen twee gespeeld wordt), maar ook het spel dat de beide vrouwen spelen. Het zijn ook vooral deze vrouwen die onze sympathie weten te winnen. Vrouwen die sterk durven zijn, in een cultuur waar ze weinig meer zijn dan een voetveeg. Die tot het uiterste willen gaan, om te krijgen wat ze willen. Die weten wat ze willen, waar de mannen in hun leven maar wat aanrommelen. Al dan niet bedoeld zetten de vrouwen de mannen tegen elkaar op. Aan de mannen de taak om daar op de juiste manier mee om te gaan. Van alle thema’s in de film (onder meer ook armoede en sociale onderdrukking), komt dit het sterkst naar voren. ‘Dubbelspel’ is warm en stijlvol gefilmd en geeft alle ruimte aan het eiland om te stralen. De oudere Ostrik laat zich door een door Lou Gossett Jr. gespeelde taxichauffeur het eiland rondrijden: in de film lijkt Curaçao heel wat weidser dan de 450 vierkante kilometer die ze in werkelijkheid telt. De soundtrack verhoogt de Antilliaanse sferen, maar is soms wel wat al te veel aanwezig. Dat de makers het heden en het verleden wilden samenvoegen is te begrijpen, maar het pakt niet vlekkeloos uit en voelt soms nogal gekunsteld aan. In sfeer en visualiteit slaat Dickerson met ‘Dubbelspel’ de spijker op z’n kop en de film is aardig geacteerd. Het verhaal grijpt ons echter niet zoals Frank Martinus Arion dat met zijn roman wél deed.

Patricia Smagge

Waardering: 3

Bioscooprelease: 25 mei 2017