East is East (1999)

Regie: Damien O’Donnell | 96 minuten | drama, komedie | Acteurs: Om Puri, Linda Bassett, Jordan Routledge, Archie Panjabi, Emil Marwa, Chris Bisson, Jimi Mistry, Raji James, Ian Aspinall, Lesley Nicol, Emma Rydal

De afgelopen jaren is de genre van de multiculturele drama / komedie behoorlijk uitgediept, in verschillende Europese landen. Helaas behaalden sommige films zoals ‘Shouf Shouf Habibi’ niet het gehoopte succes, in dit geval door te veel slappe humor en te weinig serieus geloofwaardig drama. Maar in ditzelfde genre is een aantal films te vinden die wel heel goed gelukt zijn, een film als ‘Jalla Jalla’ is daar een voorbeeld van. Ook ‘East Is East’, gebaseerd op het autobiografische toneelstuk van Ayub Khan-Din, is zeer goed uit de verf gekomen.

De film speelt in het plaatsje Salford in Engeland, in de vroege jaren zeventig, waar de Pakistaanse familie Khan in een blanke arbeidersbuurt woont. George Kahn, de vader van zeven kinderen, zit erg in de knoop met zichzelf en zijn familie. Hij had ooit een vrouw in Pakistan (Ms. Kahn nummer 1, zoals hij haar liefkozend noemt), maar is later hertrouwd met de oer-Britse Ella. Zijn kinderen hebben zich alle zeven behoorlijk afgekeerd van zijn ideaalbeelden wat betreft het leven, en, met uitzondering van een van zijn zoons, wil niemand iets te maken hebben met de Islam, waar George juist veel waarde aan hecht.

Vader Kahn lijkt op zich gelukkig met het vrije leven wat het gezin in Engeland heeft, maar tegenover de imam en zijn Pakistaanse vrienden wil George zich groot houden en laten zien dat hij wel degelijk gerespecteerd wordt door zijn kinderen. De kinderen op hun beurt doen tegen hun vader net of ze zich aan zijn regels houden, maar wapperen de lucht van gebakken bacon snel weg zodra hij thuis komt. Maar als George besluit twee van zijn zoons uit te huwelijken aan de monsterlijk lelijke dochters van een vriend, is hij te ver gegaan en pikken zijn kinderen het niet langer.

Hoewel de ‘negatieve’ aspecten van de strenge, islamitische ideeën van de Pakistaanse George Kahn duidelijk naar voren komen in deze film, wordt zeker niet de hele Pakistaanse cultuur naar beneden gehaald. Dingen als prachtige kleding, mooie muziek en levendige films worden ook getoond, en de film laat ook zien wat trots en een sterke familieband voor rol innemen bij de Pakistanen (niet alle natuurlijk, dat wordt ook duidelijk gemaakt). Ook de andere, Engelse kant wordt van twee kanten belicht. Het vrije leven dat de kinderen zo aantrekt aan de ene kant, maar het onbeschaafde, waar George zich tegen af zet, aan de andere kant. Dit laatste wordt vooral belichaamd door de komische buurvrouw Annie, die elke dag wel even komt buurten, asociaal rokend en grove grappen makend, ook op het moment dat de familie van de twee lelijke dochters net op bezoek is.

Het goede van de film is ook dat ieder personage wel iets van sympathie oproept waardoor het moeilijk is om kant te kiezen (wat ook niet de bedoeling is in deze film, waardoor het leuk en integer blijft). De rollen van de kinderen worden stuk voor stuk goed gespeeld, waardoor de rollen grappig en geloofwaardig worden. Om Puri, die George speelt, is een erg bekende acteur in Engeland, en zet hier ook weer een prachtige rol neer. Vooral het accent van George is vreselijk grappig, waarbij hij als strenge Pakistaan veel van zijn geloofwaardigheid verliest door in iedere zin de woorden ‘bloody’ en ‘bastard’ minstens een keer te gebruiken. Ook de actrice die moeder Ella speelt, acteert sterk. Ella neemt alle grillen van haar man met een korreltje zout, en kent hem goed genoeg om er doorheen te prikken. Als ze met hem is, neemt ze het altijd op voor de kinderen, maar als de kinderen kwaad spreken over George, wil ze er niks van weten en kiest ze zijn kant. Dat is eigenlijk ook wat je als kijker doet. Je wordt van de ene naar de andere kant geslingerd, waarbij iedereen zijn uiterste best lijkt te doen om je naar zijn kant te halen.

Wat deze film alleen nog maar beter maakt, en wat ook zo typisch is voor de populaire Britse cinema, is dat de hele film in het midden blijft van luchtige, droge komedie aan de ene, en serieus ontroerend drama aan de andere kant.

Ruby Sanders

Waardering: 4

Bioscooprelease: 18 mei 2000