Gonzo: The Life and Work of Dr. Hunter S. Thompson (2008)

Regie: Alex Gibney | 120 minuten | documentaire | Met: Hunter S. Thompson, Sondi Wright, Juan Thompson, Anita Thompson, Johnny Depp, Ralph Steadman, Jann Wenner, Tom Wolfe, Tim Crouse, Laila Nabulsi, Jimmy Carter, George McGovern , Jimmy Buffet, Gary Hart, Hubert H. Humphrey, Robert Kennedy, Timothy Leary, Edmund Muskie, Richard Nixon

In ‘Gonzo: The Life and Work of Dr. Hunter S. Thompson’ weet documentairemaker Alex Gibney, die een Oscar won voor ‘Taxi to the Dark Side’ dat hij in hetzelfde jaar maakte, de perfecte balans te vinden tussen objectiviteit en subjectiviteit. Hij toont zich zeer betrokken bij het boeiende hoofdpersonage van zijn documentaire, maar weet ook de nodige afstand te behouden door de legendarische schrijver/journalist niet op een voetstuk te plaatsen.

Dat balanceren deed Hunter S. Thompson overigens ook: hij leek de verpersoonlijking van de term living on the edge. “The edge . . . there is no honest way to explain it, because the only people who really know where it is are the ones who have gone over,” zo luidt een van zijn vele citaten. Gibney duikt de geschiedenis van Thompson in en stipt diverse hoogte- en dieptepunten aan in zijn leven en de carrière (al zijn die twee nauw met elkaar verbonden bij de Amerikaan). Zo leren we dat hij opgroeide in een eenoudergezin, waarin het geen vetpot was. Hierdoor merkte de jonge Hunter al gauw de verschillen tussen arm en rijk: als bijna afgestudeerde scholier kon hij zijn diploma-uitreiking niet bijwonen omdat hij in de bak zat na een nachtje doorzakken. Zijn rijkere klasgenoten werden op borgtocht vrijgelaten.

Thompson maakte naam door in opdracht van The Nation in 1965 een jaar lang op te trekken met de Hells Angels, en er een serie artikelen over te schrijven. Het liep af met een reusachtige vechtpartij. Het boek waarin de artikelen gebundeld werden, leverde hem wel naamsbekendheid op, maar minder geld en roem dan hij verwacht had. Wel merkte hij dat er een markt was voor de journalistiek over de freakshow die de jaren zestig was. De conventie van democraten in Chicago in 1968 maakte grote indruk op hem. “De Amerikaanse droom was zichzelf aan het doodknuppelen,” aldus Hunter en volgens eerste vrouw Sondi was dit een van de twee keren in de negentien jaar dat ze samen waren, dat Hunter huilde.

Eind jaren zestig werd hij aangenomen door Rolling Stone, dat toen nog in de kinderschoenen stond. Hij haalde nooit zijn deadlines, maar het blad was zo blij met zijn stukken dat ze dat voor lief namen. “After long, heavy and occasionally brutal negotiations Dr. Thompson is back on the payroll. His gibberish will appear regularly and at unpredictable lengths on a wide variety of subjects. We have total confidence in him for good or ill,” horen we in een originele opname van een redactievergadering. Nadat Thompson in Aspen bijna slaagde in zijn doel als sheriff verkozen te worden, schreef hij ‘Fear and Loathing in Las Vegas’, waar uiteraard ruimschoots aandacht aan besteed wordt door Gibney. Daarna hield hij zich begin jaren zeventig bezig met het volgen van George McGovern tijdens de campagne voor zijn nominatie als democratische presidentskandidaat. Zijn hekel aan Hubert Humphrey werd niet onder stoelen of banken gestoken, evenals zijn mening over Richard Nixon (Nixon en zijn “Barbie doll” family zijn ‘America’s answer to the monstrous Mr. Hyde.’) maar vooral Edmund Muskie moest eraan geloven. Thompson verspreidde zelf een gerucht dat deze democratische presidentskandidaat aan ibogaine verslaafd was en de andere media pikte dit op. De Gonzo-journalist werd zo beroemd als een rockster, de fans lagen aan zijn voeten en de journalist verloor zichzelf in zijn roem. Was hij eerder al niet vies van verdovende middelen, nu snoof en zoop hij helemaal dat het een lieve lust was. In Zaïre, waar hij het legendarische gevecht tussen Muhammed Ali (van wie Thompson beweerde bloedverwant te zijn) en George Foreman moest verslaan, liet hij verstek gaan: de torenhoge rekeningen die bij Rolling Stone op de deurmat vielen, leverden geen artikel op. Het was Thompsons eerste mislukking.

Thompson maakte geen geheim van de manier waarop hij aan zijn eind zou komen. Hij bezat 22 vuurwapens, en met een daarvan beroofde hij zichzelf van het leven op 22 februari 2005. Zijn zoon Juan, in de kamer ernaast, dacht dat hij een boek liet vallen. Gibney laat verschillende meningen zien over deze daad, met een overeenkomst: ze missen hem allemaal vreselijk. “Het was geen moedige daad, zoals velen beweren,” aldus Sondi. “Een evenwichtige Hunter zou een wereld van verschil kunnen maken in dit land.”

Gevuld met zeer unieke filmfragmenten, privé-opnamen, foto’s, de zeer passende voice-over van Johnny Depp en openhartige interviews met mensen die Hunter S. Thompson zeer na stonden (zijn twee echtgenotes, Sondi en Anita, zijn zoon Juan, Ralph Steadman, de cartoonist met wie hij jarenlang samenwerkte), Douglas Brinkley (schrijver van zijn biografie), maar ook bekende koppen uit de Amerikaanse cultuur en politiek (Tom Wolfe, Jann Wenner van Rolling Stone, Tim Crouse, Laila Nabulsi (producente van ‘Fear and Loathing…’) Jimmy Carter, George McGovern) is ‘Gonzo: The Life and Work of Dr. Hunter S. Thompson’ een must see voor geïnteresseerden in het in 2005 overleden icoon, of liever eigenlijk: voor iedereen die geïnteresseerd is in belangrijke mensen uit de twintigste eeuw. Ken je Thompson alleen van ‘Fear & Loathing in Las Vegas’? Dan wordt het hoog tijd voor een kennismaking met deze kleurrijke figuur.

Monica Meijer