Nemmeno il destino (2004)

Regie: Daniele Gaglianone | 110 minuten | drama | Acteurs: Mauro Cordella, Fabrizio Nicastro, Sanna Giuseppe, Lalli, Stefano Cassetti, Gino Lana

Daniele Gaglianone’s ‘Nemmeno il destino’, die een Tiger Award heeft gekregen op het 34e filmfestival van Rotterdam, heeft thematisch gezien iets gemeen met zijn voorganger, Gaglianone’s debuutfilm ‘I nostri anni’, uit 2000. Gianfranco Bettin, de schrijver van de roman waar ‘Nemmeno’ op gebaseerd is, beschrijft Gaglianone’s vorige film namelijk als “een prachtige film die tussen gisteren en vandaag beweegt”. Deze kwalificering zou je ook aan zijn tweede film kunnen geven. Het is een film die getypeerd wordt door wat de Franse (film)filosoof Gilles Deleuze tijdsbeelden en kristalbeelden noemt.

Veel beelden in de film richten zich niet zozeer op een afwikkeling van de acties in de plot, maar op de uitwerking hiervan op de personages en de manier waarop deze omgaan met de situatie waarin ze zich nu eenmaal bevinden. Indien er een belangrijke actie plaatsvindt in de film, zoals in het geval van een tragisch voorval met een brommer, of wanneer een vriend de twee hoofdpersonen vaarwel wuift terwijl hij (met de rug naar hen toe) de bossen inloopt, wordt voornamelijk (of louter) de reactie van (één van) de hoofdpersonen in beeld genomen, en niet de actie zelf. Daarnaast is er niet echt sprake van een verhalende doelmatigheid, waarbij de kijker duidelijk op een lineair pad wordt meegenomen met personages die naar één specifiek punt toewerken. Er vinden namelijk veelvuldige sprongen in de tijd plaats, groot en klein, en zowel naar de toekomst als het verleden. Zo zien we op een gegeven moment de drie vrienden zwemmen in een meertje wanneer we plotseling dialoog horen die bij de volgende scène hoort, wanneer ze aan de kant op een boomstronk zitten te praten. Even later zien we het beeld wat hierbij hoort. Net wanneer alles weer structureel en temporeel kloppend lijkt te zijn, blikken we weer terug (of weer naar het heden) naar het gezwem in het meertje. Er vinden veel van dit soort kleine desoriënterende tijdswisselingen plaats. Maar we zien ook meer traditionele flashbacks, bijvoorbeeld wanneer Adele, de moeder van Allesandro, weemoedige en pijnlijke herinneringen beleeft aan haar leven als jonge vrouw. Ook hier wordt echter weer gebruik gemaakt van een vermenging van tijdslagen door Adele afgewisseld als oude en jonge vrouw te laten zien en soms zelfs beide hoedanigheden in hetzelfde beeld, in interactie met elkaar.

De soms lange takes waarin weinig gebeurt, gecombineerd met de parallelle tijdslagen die ons getoond worden, en de afwisselend wanhopige, en op een betere toekomst hopende hoofdpersonages, zorgen voor een dromerige en melancholieke sfeer. Na een tijdje leer je de film te ervaren zoals de personages hun leven ervaren, gelijktijdig in het heden, verleden, en toekomst. Je voelt bijna niet meer de druk van een plot, van een noodzaak om te weten hoe alles chronologisch in elkaar steekt, en wat er nu weer staat te gebeuren. Bijna. Want, hoewel de stilistische benadering van de regisseur zeker boeiend is, verantwoorden de beelden zelf de gebruikte techniek niet altijd. De geopenbaarde beelden uit de flashbacks en flashforwards worden soms te vaak (thematisch) herhaald of hebben weinig betekenis in zichzelf. Wéér een (visueel of auditief) sprongetje in de tijd van dertig seconden. Wéér die flashback naar die zwempartij in het meertje. Dit overmatig springen in de tijd en schijnbaar compliceren van de plot reduceert de techniek soms tot een gimmick. Wat zonde is, omdat het een krachtig, en emotioneel verhaal is, met solide acteerwerk, mooie muziek, en prachtige fotografie. Kijk wat dit laatste betreft bijvoorbeeld maar naar een shot van de alcoholische vader van Ferdi in een verlaten fabriek. Een erg mooie compositie, waarbij de koude blauwgrijze tinten, de vervallen, lege staat van de fabriek, en de in zijn eentje lopende vader de mentale staat en leefomgeving van de hoofdpersonages goed weergeven.

Hoewel de twee jongeren, Ferdi en Allesandro centraal staan, gaat het ook voor een groot deel over de relatie met hun ouders. In beide gevallen is de ouder-kind verhouding op zijn kop gezet, een heeft het kind in feite de ouderrol op zich genomen. Het verhaal van Alessandro is het meest interessant, of liever het minst stereotiep en meest uitgewerkt van de twee verhalen. Het is erg aandoenlijk, en pijnlijk, om te zien hoe teder zijn moeder is en een perfecte moeder wil zijn, maar te erg met zichzelf in de knoop zit.

De laatste akte van de film is wat lang uitgesponnen, maar weet gelukkig wel op een (milde) hoopvolle noot te eindigen; iets wat de kijker wel verdiend heeft na een film vol verdriet en problemen. Niet dat de film geen humor of luchtigheid bevat. Momenten in de klas, wanneer de drie (of twee) jongens met elkaar aan het geinen zijn, of wanneer ze samen op de brommer zitten, zorgen bijvoorbeeld geregeld voor vermakelijke, opbeurende scènes, en geven een mooi beeld van de vriendschap en trouw van de jongens. Echter, op de achtergrond blijft altijd de trieste, en onafwendbare levenstoestand van de jongens doorspelen, weerspiegeld in de troosteloze omgeving.

Het is een interessante film geworden in zijn aandacht voor verlies (van jezelf en anderen) en verschillende soorten relaties, en door de manier waarop dit is verbeeld. De verschillende cuts en filmische truukjes zijn alleen soms niet nodig en hierdoor storend, waardoor het summiere plot de film parten gaat spelen. Dit maakt dat de film niet altijd weet te boeien. Toch is ‘Nemmeno il destino’ over de gehele linie genomen een effectieve, aangrijpende film die weinigen onberoerd zal laten.

Bart Rietvink

Waardering: 3.5

Bioscooprelease: 26 mei 2005