Pound of Flesh (2010)

Regie: Tamar Simon Hoffs | 96 minuten | drama, thriller, misdaad | Acteurs: Malcolm McDowell, Ashley Wren Collins, Timothy Bottoms, Whitney Able, Lilly McDowell, Taryn Southern, Angus Macfadyen, Robert Harvey, Eric Chaikin, Elizabeth Rodriguez, Jeff D’Agostino, Shahar Sorek, Emily Roche, Nichole Joor, Dee Wallace, Sean McCarthy, Marni Rosenthal, Bellamy Young, Samantha Pallett, Lou Mulford, Braxton Davis, Sylvie Rae Elgart Glassman, Jon Morgan Woodward

Als er één spreekwoord op ‘Pound of Flesh’ van toepassing is, dan is het wel “Al draagt een aap een gouden ring, het is en blijft een lelijk ding.” De gouden ring in kwestie is William Shakespeare en zijn oeuvre dat een (kleine) rol speelt en waar lustig uit geciteerd word. De aap is uiteraard de hele film, die werkelijk niet om aan te zien is.

Het ‘Pound of Flesh’ uit de titel is afkomstig uit Shakespeare’s “The Merchant of Venice”. De woekeraar Shylock rekent in het toneelstuk “een pond vlees” als onderpand bij een lening afgesloten door de handelaar Antonio. Wanneer deze de lening niet terug zou kunnen betalen, wordt er een pond vlees uit zijn lichaam gesneden. Literatuurdocent Noah Melville (Malcolm McDowell) vertelt zijn studentes erover, die allemaal jong en atletisch zijn en er aantrekkelijk uitzien. Dat is geen toeval, want Noah koppelt hen als “Ken” aan rijke, oudere heren in ruil voor hoge cijfers en studiebeurzen. Kortom, een zeer lucratief callgirl systeem waar, zoals Noah zegt, iedereen beter van wordt. Er komt een kink in de kabel dat één van de meisjes wordt gevonden met een schotwond in haar gezicht van een jachtgeweer. Een onprettige manier om dood te gaan, maar zoals de kijker in de openingsscène al heeft kunnen zien, was het meer een ongeluk dan moord. Maar uiteraard denkt de politie, in de personen van agente Rebecca (Elizabeth Rodriguez) en de verlopen rechercheur Patrick (Angus Macfadyen) wel dat het meisje vermoord is. Wat volgt is z’n anderhalf uur durende ellende voor de kijker met beroerd acteerwerk, een slecht verhaal dat met grote desinteresse is gefilmd en gemonteerd. Dat is anderhalf uur die je nooit meer terugkrijgt en waarin je wel duizend andere dingen had kunnen doen.

Als Malcolm McDowell je sympathiekste personage is – en hij is eigenlijk gewoon een pooier – dan heeft je film een groot geloofwaardigheidsprobleem. McDowell heeft zijn carrière, die ooit zo veelbelovend begon met ‘If…’ en ‘A Clockwork Orange’, inmiddels vaarwel gekust, in die zin dat hij nauwelijks nog op mainstream Hollywood hoeft te rekenen. Werk heeft hij in elk geval genoeg, meestal in een schurkenrol of eentje waarin zijn loyaliteiten op zijn minst dubieus te noemen zijn. Met zijn licht uitpuilende, bleekblauwe ogen heeft McDowell altijd iets sinisters over zich, wellicht ook geholpen door controversiële films als ‘Caligula’ (1979). Stemmen inspreken voor cartoons en videogames, hij draait er zijn hand niet voor om en hij perst er jaarlijks minstens vijf films van het kaliber ‘Pound of Flesh’ uit. Goed, hij hoeft hier eens niet als verknipte schurk te verschijnen, maar als docent in een keurig vlinderdasje met een niet zo keurige hobby.

Zijn grote tegenstrever is Macfadyen, die om slecht uitgewerkte redenen achter McDowells Melville aanzit en het daarbij niet zo nauw neemt met de regels. Ook Macfadyen heeft zijn beste jaren achter zich liggen en sjouwt een hoop overtollige kilo’s mee die hij niet speciaal voor deze film eraan gegeten heeft. Hij schuifelt ongeconcentreerd door het beeld en roept alleen maar irritatie op. Hetzelfde geldt voor Rodriguez, die niets te doen heeft en nauwelijks zin lijkt te hebben om haar teksten uit te spreken. Zij hebben duidelijk niet afgekeken bij de meester zelf, want McDowell probeert – onder meer met zijn voice-over – nog iets te maken van wat op alle vlakken een broddelwerkje is. Zonde van je tijd om naar deze film te kijken.

Hans Geurts