Arch Angels – Warau daitenshi (Michael) (2006)
Regie: Issei Oda | 90 minuten | actie, drama, avontuur | Acteurs: Juri Ueno, Megumi Seki, Airi Taira, Yusuke Iseya
Het “verhaal” van ‘Arch Angels’ klinkt wellicht hilarisch, spectaculair, en visueel gezien als een feest, maar het eindresultaat roept eerder woorden op als saai en doelloos. Verfilmingen van mangastrips zorgen blijkbaar niet altijd voor wilde fantasie-explosies of fascinerende cinema. Vooral tegenwoordig moet je als filmmaker wat meer bieden dan wat giechelende meiden die op de Pokémon-toer gaan in hun bizarre, maar verrassend oninteressante, strijd tegen een Italiaanse boosdoenster. Op zijn minst had er een verhaal geconstrueerd kunnen worden dat de juiste verwachtingen schept in de hoofden van de kijker. Nu wordt er gewoon van tijd tot tijd een (nieuw) verhaalelement behandeld die door de terloopse introductie de kijker vrij onverschillig achterlaat.
De film begint met een vage afwisseling tussen real life omgevingen en acteurs en volledig geanimeerde scènes, maar de introductie van een handgetekende, geanimeerde negenkoppige draak draagt nog wel wat milde Python-esque humor in zich. De met de computer gegenereerde omgevingen doen echter weinig harten sneller kloppen. Evenmin als de houterig geanimeerde zwarte hond, die af en toe door het beeld wandelt. Het beest doet eerder knullig aan en leidt af. Echter, veel is er niet om van af te leiden. Het whodunnit-karakter van de film wordt wazig uitgewerkt en bijkomende dramatiek in het leven van Fumio (Ueno) is slechts voor een deel interessant. Het is weliswaar aardig om Fumio’s behoefte aan een oudere zus vertegenwoordigd te zien in de vriendin van haar broer, maar het verhaalelement lijkt los te staan van de andere gebeurtenissen in de film.
Deze gebeurtenissen betreffen de ontdekking van de speciale krachten van (en door) de drie schoolmeisjes, en hun strijd tegen de Kwade Italiaanse. De ontdekking van de krachten, waarbij er vaak een soort wervelwind effect wordt gebruikt, is nog wel redelijk vermakelijk, maar wanneer de krachten gebruikt moeten gaan worden, blijkt de lol er snel af te zijn. We krijgen een over-de-top maar nochtans saaie confrontatie op een boot voorgeschoteld. Cgi-fratsen alom, maar spetteren doet het niet. De gevechten zelf zijn doorgaans tam en de kapriolen slechts bij vlagen amusant. Leuk is het wanneer de schurk haar oog eruit haalt en als bom op de meiden afgooit, maar als kijker heb je al te vaak op je horloge gekeken om nu nog opgewonden te worden.
Bart Rietvink