Big Stan (2007)

Regie: Rob Schneider | 105 minuten | komedie | Acteurs: Rob Schneider, David Carradine, Jennifer Morrison, Scott Wilson, Richard Kind, Sally Kirkland, M. Emmet Walsh, Henry Gibson, Kevin Gage, Bob Sapp, Brandon T. Jackson, Dan Haggerty, Richard Riehle, Marcia Wallace, Tsuyoshi Abe, Salvator Xuereb, Randy Couture, Jim Cody Williams, Don Frye, Chico Corrales, Brandon Molale, Simon Rhee, Buddy Lewis, Peter Mark Vasquez, Dan Inosanto, Ahman Green, Federico Dordei, Pilar Schneider, Matt Farley, Richard Kwon, Barbara Dodd, Megan Cavanagh, Robert Flores, Faith Womack, David Alan Graf, Bruno Alexander, Brett Wagner, Enrique Teves, Jackson Rathbone

Rob Schneider timmert sinds de jaren negentig van de vorige eeuw behoorlijk aan de weg in Hollywood. Hij begon ooit als komiek en trad op in TV-specials, waarna hij een baan kreeg bij het creatieve team van Saturday Night Live. Daarna is hij via bijrollen in films zoals ‘Home Alone 2′, ‘Demolition Man’, ‘Big Daddy’ en ‘The Waterboy’ (de laatste twee met kameraad Adam Sandler) terecht gekomen bij hoofdrollen in zijn eigen komediefilms. We kennen hem in deze hoedanigheid onder andere uit ‘Deuce Bigalow: Male Gigolo’ en ‘The Hot Chick’. Dat Schneider hierbij overigens niet altijd de juiste keuzes maakt blijkt uit bijvoorbeeld Deuce Bigalow 2: European Gigolo’ (met “onze” Jeroen Krabbé en Hanna Verboom), een absolute afrader ondanks het Amsterdamse decor.

Met ‘Big Stan’ maakt Schneider zijn regiedebuut, maar ook castte hij zichzelf in de hoofdrol. Hij speelt een gladde zakenman die veroordeeld wordt voor fraude en de bak in moet. Big Stan is bang voor het harde gevangenisleven en dan nog het meest voor de verkrachtingen die volgens populaire beeldvorming schering en inslag zijn in de gemiddelde Amerikaanse gevangenis (!). Hij wil er alles aan doen om te voorkomen dat hij iemands bitch wordt. Dit gegeven baant de weg voor een hele reeks aan platvloerse grappen over anale seks, homoseksualiteit, het gevangenisleven en alle mogelijk denkbare combinaties die je hiermee kunt verzinnen. Latino’s, negers en nazi’s vormen hierbij netjes afgebakende groepen die elkaar het liefst vernederen door anale verkrachting onder de douche. Stan vestigt zich al snel als de nieuwe bad-ass door zijn vechttechnieken, en voert een nieuw tolerant regime door onder de gevangenen. De meest gemene boeven verworden onder dit nieuwe “bewind” tot verwijfde bakvissen en in plaats van vechten doen de gevangenen dansjes met elkaar als waren zij spelers in een musical. Allemaal erg curieus en op veel momenten bijzonder flauw uitgevoerd.

De bijrollen van ervaren acteurs David Carradine en Henry Gibson zijn zowel charmant als merkwaardig. De eerste speelt als Stans kungfu leraar een regelrechte parodie op zijn eerdere rollen uit de beroemde TV-serie “Kung Fu” en de ‘Kill Bill’-serie. Gibson speelt een oudere en wijzere gevangene, een clichékarakter dat we in wel meer gevangenisfilms tegenkomen, die bevriend raakt met Stan en hem probeert te helpen. Jammer genoeg weten zij de film niet naar een hoger niveau te trekken.

Alle goede pogingen, want deze zitten er wel degelijk in, ten spijt is ‘Big Stan’ geen regiedebuut om over naar huis te schrijven. De grappen zijn zoals gezegd van een bijzonder platvloers niveau en missen vaak komische nuance. In de film ‘Blues Brothers’ (overigens met Gibson in de rol van nazi-leider!) werden nazi’s toch een stuk leuker neergezet. Schneider is op zichzelf een charmante persoonlijkheid maar schiet hier toch ook te kort. Grootste manco is het scenario dat eigenlijk een verzameling onsmakelijke grappen is in plaats van een gedegen komisch verhaal. Naar eigen zeggen is komedie het genre waarin Schneider zich thuis voelt en waarin hij zal blijven werken. Hopelijk kiest hij in de toekomst dan betere projecten uit.

Joost Hoedemaeckers