Coup de chance (2023)

Recensie Coup de chance CinemagazineRegie: Woody Allen | 97 minuten | komedie, drama | Acteurs: Lou de Laâge, Niels Schneider, Anna Laik, Melvil Poupaud, Yannick Choirat, Guillaume de Tonquédec, William Nadylam, Elsa Zylberstein, Arnaud Viard, Jeanne Bournaud, Anne Loiret, Sara Martins, Alan Risbac, Éric Frey, Samantha Fuller

Als er zoiets bestaat als een prijs voor een perfect sprookjeshuwelijk, dan zou hun Parijse huishouden er zeker voor in aanmerking komen: Fanny (Lou de Laâge) en Jean (Melvil Poupaud) wonen in een prachtig appartement, zijn succesvol in hun beide beroepen, dineren in de meest luxe restaurants en worden geadoreerd door hun omgeving. Veel beter dan dit kan het dus niet worden. Oké, het feit dat Fanny niet precies weet waar Jean de kost mee verdient (iets met het beheren van andermans vermogens?), is niet zo chic. Maar de echte problemen beginnen pas wanneer Fanny op een dag haar oude studiegenoot Alain (Niels Schneider) tegen het lijf loopt.

Fanny valt als een blok voor Alain, wat wordt versterkt door diens bekentenis dat hij gedurende hun studiedagen een diepgewortelde verliefdheid voor haar koesterde. Ze spreken af ​​om samen te gaan lunchen, waarna er al snel een vonk overspringt. Dagelijkse lunches leiden al gauw tot romantische afspraakjes, en Fanny’s huiselijke afwezigheid en late avonden op het werk wekken Jeans argwaan. Door een privédetective in dienst te nemen, worden zijn ergste angsten al snel bevestigd. Zijn voorbeeldige echtgenote dreigt van hem gestolen te worden, en dat is iets wat deze rijke Parijzenaar niet zomaar kan laten gebeuren. Er dienen maatregelen te worden genomen. Goedschiks óf kwaadschiks.

‘Coup de chance’ is in menig opzicht een typische Woody Allen-film. Het verhaal focust zich op een groep welvarende mensen die worden geprezen vanwege hun rijkdom en voorkomen, maar wiens levens in werkelijkheid zo rot als een appel zijn. Het zijn mensen die voortdurend in conflict zijn met zichzelf en hun omgeving. Ze zijn belezen en zouden door sommigen als intelligent kunnen worden omschreven, en toch hebben ze de eigenschap om telkens dezelfde fouten te maken. Aan de ene kant zijn ze charmant, en aan de andere kant zweven ze tegen het neurotische aan. Als je hen zonder kennis van de regisseur observeert, gaat er vast wel ergens een belletje rinkelen. Allen heeft er namelijk nooit een geheim van gemaakt: hij creëert karakters die in zekere mate een weerspiegeling van hemzelf zijn.

Zoals de titel al suggereert, spelen geluk en toeval een grote rol in Allens nieuwste film. Ook dat is niet geheel verrassend. De New Yorkse cineast is zo’n beetje getrouwd met deze twee onderwerpen, en dan vooral wanneer er menselijke moraliteit mee aan te pas komt. Allens obsessie gaat terug naar zijn meesterlijke ‘Crimes and Misdemeanors’ (1989). Hierna heeft hij nog allerlei succesvolle (en minder succesvolle) iteraties gemaakt. ‘Coup de chance’ deelt misschien nog wel de meeste overeenkomsten met de Britse tragedie ‘Match Point’ (2005), Allens beste film sinds de eeuwwisseling en eerste samenwerking met Scarlett Johansson, die voor de regisseur een jarenlange periode van filmische uitstapjes naar Europa markeerde. Liefde, overspel, afgunst en schuld stonden allemaal centraal in die film, en datzelfde geldt voor ‘Coup de chance’.

Echter, zijn nieuwste is op het vlak van sfeer en karakter wel weer een ander soort prent dan ‘Match Point’. Laatstgenoemde is een sardonische, op punten verontrustende film en ‘Coup de chance’ is bij vlagen juist erg grappig, zij het dat de humor vrij luguber is. De cast weet Allens humor verbazingwekkend goed op te vangen (dit is zijn eerste speelfilm in het Frans, iets waar hij als regisseur geen enkele moeite mee lijkt te hebben). Zowel De Laâge als Schneider (in een rol die veertig jaar geleden zonder twijfel door Allen zelf zou zijn vertolkt) verdiepen zich vakkundig in hun personages. Poupaud blijkt ondertussen een veelzijdig acteur te zijn en past uitstekend tussen de schare aan eerdere control-freaks uit Allens koker. Hij is heerlijk kleinzielig in de rol van hebzuchtige echtgenoot die de regie over zijn huwelijk dreigt te verliezen. Ook het vermelden waard is de rol van Valérie Lemercier als Aline, de oudere moeder van Fanny, die tijdelijk bij het echtpaar in huis komt wonen. Soms is zij onuitstaanbaar, en dan weer bijzonder bedachtzaam. Uiteindelijk is zij misschien nog wel de verstandigste persoon van het gezelschap, en de enige die echt doorheeft dat de slinkse Jean niet de man is die hij pretendeert te zijn.

Naarmate de film vordert, ontstaan er een aantal ontwikkelingen die maar beter niet beschreven kunnen worden. Het is niet van een baanbrekend niveau, maar in de context van het verhaal werkt het prima. Dat typeert de film eigenlijk an sich. ‘Coup de chance’ is er op de eerste plaats op uit om ons te amuseren. Maakt dat ‘Coup de chance’ tot een van Allens beste films? Nee, daarvoor ontbreekt de nodige onderhuidse emotie. Maar onderhoudend is de film, vooral dankzij het bekwame acteerspel en de typische Allen-dialogen, zonder twijfel. De film doet in dat opzicht precies wat hij moet doen. Parijs is prachtig vastgelegd (het warme kleurenpalet van cameraman Vittorio Storaro doet wel vaker wonderen), de acteurs zijn op dreef, het script verspilt geen enkele tijd en wanneer de aftiteling verschijnt zijn we blij dat we zowaar een nieuwe Woody Allen-film hebben mogen zien. De 87-jarige regisseur zegt zelf dat dit niet zijn laatste film zal zijn, maar in het onfortuinlijke geval dat hij zijn ongelijk haalt, is dit een zeer degelijke zwanenzang.

Len Karstens

Waardering: 3.5

Bioscooprelease: 30 november 2023