De vier Mullers (1935)
Regie: Rudolf Meinert | 74 minuten | komedie | Acteurs: Adolf Bouwmeester, Jacques van Bijlevelt, Tilly Bouwmeester, Johan Heesters, Johan Kaart Jr., Cissy van Bennekom, Minny Erfmann, Gusta Chrispijn-Mulder, Wiesje Ghijs, Johan Schmitz, Jan van As
Het Filmmuseum in Amsterdam geeft sinds enkele jaren Nederlandse filmklassiekers uit op DVD. Al vele bekende titels uit de vaderlandse filmgeschiedenis, onder andere ‘Ciske de Rat’ (1955) en ‘De Jantjes’ (1934), zijn hierdoor opnieuw verschenen en voor huidige generaties opnieuw beschikbaar gesteld. ‘De vier Mullers’ is een van de toevoegingen aan deze serie. Extra bijzonder aan de uitgave van deze film is dat het een van de vroege Nederlandse films is waarin Johan Heesters een rol speelt. De in Amersfoort geboren Heesters is ten tijde van de dvd-release 104 jaar oud en treedt nog steeds op in Duitsland waar hij ook woont. In Nederland is hij altijd een omstreden figuur gebleven door zijn rol in de Tweede Wereldoorlog. In de jaren 30 en 40 maakte Heesters carrière in het Duitsland van Adolf Hitler en hij bleef dit ook doen ondanks dat velen van zijn (Joodse) collega’s verbannen werden. Controversieel is de discussie of hij ooit tijdens een bezoek aan concentratiekamp Dachau voor de SS heeft opgetreden. De discussie rond de rol van Heesters laaide onlangs weer op toen hij na een jarenlange afwezigheid weer eens in Nederland optrad. Voordat Heesters carrière maakte in het Duitsland van de late jaren 30 en 40 speelde hij in vele Nederlandse theaterstukken en ook in enkele films. Na een opvallende rol in ‘Bleke Bet’ (1934) speelde hij een jaar later de rol van Otto Muller in ‘De vier Mullers’. In die tijd werden er vaker ‘simultaanproducties’ (meerdere taalversies van dezelfde film) gedraaid om de kosten zo veel mogelijk te beperken en in te spelen op het nieuwe fenomeen geluidsfilm.
Zo is ‘De vier Mullers’ in dezelfde studio, met hetzelfde decor en crew opgenomen als de Duitse film ‘Alles für die Firma’. Beide films zijn dan weer gebaseerd op het toneelstuk ‘Schottenring’ wat ook in Nederland is opgevoerd. Alleen de acteurs verschillen in de Nederlandse en Duitse filmversie. Van het duidelijk aanwezige zangtalent bij Heesters wordt gebruik gemaakt door hem enkele malen een lied te laten zingen. Dit werkt als een aangename onderbreking van het hoofdverhaal. Vooral een scène in een platenzaak waarbij enkele klanten Heesters vocaal ondersteunen is opvallend. Zodoende komt deze film over het algemeen over als een vrolijke muzikale komedie die een luchtig verhaaltje vertelt.
Johan Kaart heeft een opvallende rol als de suffige Jacob Schat, die met zijn optreden duidelijk de komische noot in het verhaal is. Hoewel Kaart, die de meeste bioscoopbezoekers uit die tijd kenden uit de succesfilm ‘De Jantjes’, een duidelijke karikatuur speelt doen de overige acteurs hun best om de rollen een zo serieus mogelijke invulling te geven. Opvallend minpunt is hierbij wel het vreselijke ‘Amerikaanse’ accent dat actrice Minny Erfmann gebruikt om haar rol van de Amerikaanse Daisy Rix gestalte te doen geven. Dit kun je vandaag de dag zeker niet meer serieus nemen. Sowieso loopt een vergelijking tussen Nederlandse films van toen en van nu op vele punten mank. De films van voor de Tweede Wereldoorlog doen vandaag de dag houterig aan. Bovendien is de theatrale manier van acteren een kenmerk waar het hedendaagse publiek niet op zit te wachten. Deze soms zwaar aangezette manier van acteren waarbij nadrukkelijke gezichtsuitdrukkingen en articulatie kenmerkend zijn is ook op bepaalde momenten een manco van deze film.
‘De vier Mullers’ is echter binnen de serie van Nederlandse filmklassiekers een waardevolle toevoeging. Niet alleen omdat Johan Heesters er in meespeelt maar ook omdat het een voorbeeld is van internationale samenwerking binnen het Nederlandse filmbedrijf die typerend was voor meer producties uit de jaren dertig. Vandaag de dag zal hij moeilijk uit te zitten zijn voor een publiek wat andere films gewend is. Het is vooral de strakke regie van Rudolf Meinert en de bij vlagen levendige montage van Putty Krafft die de film vermakelijk houden. En ach, dat liedje van Heesters is stiekem best ‘catchy’.
Joost Hoedemaeckers
Waardering: 2.5
Bioscooprelease: 29 maart 1935