Perfect Days (2023)

Recensie Perfect Days CinemagazineRegie: Wim Wenders | 125 minuten | drama | Acteurs: Kôji Yakusho, Yumi Asô, Tokio Emoto, Sayuri Ishikawa, Tomokazu Miura, Arisa Nakano, Min Tanaka, Aoi Yamada

De zestiger Hirayama (Kōji Yakusho) ontwaakt elke ochtend bij het geluid van de oude straatveger die de bladeren tegenover zijn appartement bijeen harkt. Hij heeft er vervolgens niet veel voor nodig om op gang te komen. Hirayama kleedt zich aan, poetst zijn tanden en pakt wat kleingeld voor een blikje koffie uit de automaat nabij zijn woning. Hij stapt hierna vlug in zijn minibusje en rijdt kriskras door Tokio, vergezeld door de muziek van zijn jarenoude cassettes (hoofdzakelijk rocknummers uit de jaren 60 en 70). Terwijl het leven in de stad gaandeweg op gang komt, probeert hij zo snel en gedreven als mogelijk zijn eerste werkbestemming te bereiken: het dichtstbijzijnde openbare toilet. Hirayama is een trouwe wc-reiniger, en de plekken waar hij zijn werk uitvoert, strekken zich over de gehele metropool uit.

Dit is de opzet van ‘Perfect Days’, de nieuwste film van regisseur Wim Wenders, en zijn beste werk sinds jaren. De Duitse filmmaker heeft sinds lange tijd weer een succesvolle karakterstudie gemaakt, iets wat tot voor kort door velen als onmogelijk werd geacht. Wenders doet het echter niet alleen, hij wordt hier ondersteund door Japans acteerkanon Kōji Yakusho. Geheel terecht won hij in Cannes voor zijn prestatie de prijs voor beste acteur (Prix d’interprétation masculine). Zelden heeft een fictief personage zo reëel gevoeld als wc-reiniger Hirayama. Dat dit karakter niet echt is, maar uit het brein van Wenders komt, is soms ontzettend moeilijk om te beseffen.

Gedurende zijn carrière heeft Wenders altijd al een voorliefde gehad voor hoogst persoonlijke verhalen over mensen met wie we ons makkelijk identificeren. Zijn films roepen vaak een sfeer van nostalgie, contemplatie en bitterzoete melancholie op die nog lang na het kijken blijft nazinderen. Een film van Wenders heeft het vermogen om enerzijds emotioneel stimulerend te zijn, maar anderzijds nooit in complete weemoed weg te zakken. Het goed ontvangen ‘Paris, Texas’ (1984), over een man die aan geheugenverlies leidt en op een goede dag na vier jaar afwezigheid uit de Texaanse woestijn komt lopen, is daar een goed voorbeeld van. Of het dromerige ‘Der Himmel über Berlin’ (1987), over een groep engelen die al eeuwenlang door Berlijn rondzwerven, en het verlangen van één van hen, Damiel (Bruno Ganz), om net zoals de bevolking om hem heen sterfelijk te worden. Wenders meest gespleten film is ‘Until the End of the World’ (1991), een sciencefiction-epos gefilmd over vier continenten. Wenders zelf beschreef de film destijds als ‘’de ultieme roadmovie’’, maar zowel bij de pers als het publiek kon de regisseur op weinig bijval rekenen. ‘Until the End of the World’ werd een financiële flop, en een reeks aan kleinere, weinig memorabele speelfilms volgden.

‘Perfect Days’, een film over het vinden van vreugde in het leven van alledag, is een welkome terugkeer naar Wenders oorspronkelijke kracht als verhalenverteller. Voor de opnames reisde hij voor de tweede maal in zijn carrière af naar Japan. Eerder maakte hij daar al de documentaire ‘Tokyo-Ga’ (1984), over het werk van Yasujirō Ozu, één van de grootste Japanse filmmakers aller tijden. Alsof zijn eerbied voor de legendarische regisseur niet evident genoeg was, is er nu ‘Perfect Days’, misschien wel dé meest treffende representatie van Ozu’s gedachtegoed sinds de eeuwwisseling. Waar Ozu een intiem inkijkje bood in de levens en onderlinge relaties van Japanners in de naoorlogse jaren, doet Wenders dat anno 2023, met het oog op de pre-COVID jaren. De keuze van Ozu om zich in zijn films op één familie of vriendengroep te concentreren, wordt door Wenders bovendien omgezet naar de focus op slechts één individu in het bijzonder. In ‘Perfect Days’ focussen we ons geconcentreerd op het karakter van Hirayama, een van de meest intieme en warmhartige karakters in jaren, en een van de geneugten van de film is simpelweg om tijd met hem door te brengen.

Hoewel hij uitstekend was in een aantal andere rollen (hij was de tragische hoofdpersoon in Shinji Aoyama’s buitengewone ‘Eureka’, 2000, en de getroebleerde vader in ‘The World of Kanako’, 2014), is Kōji Yakusho nog nooit zo goed geweest als in ‘Perfect Days’. Hij heeft door de gehele film iets kalms over zich heen, een vermogen om steevast zielsrust te communiceren. Dat doet hij niet met woorden, maar juist met zijn houding en gezichtsuitdrukkingen. Hirayama is een zwijgzame man, hij verkiest om zijn leven praktisch non-verbaal door te brengen. Toch is Hirayama geen verschoppeling. Hij geniet volop van het leven; soms door zijn werk als wc-reiniger, en soms louter door het nemen van een warm bad of het luisteren naar zijn favoriete muziek. De rol vereist van Yakusho dat hij als acteur een delicate lijn beloopt; hij mag als Hirayama niet te gek of eigenzinnig lijken, anders gaat de geloofwaardigheid van het verhaal verloren. En toch moeten we ons als kijker met hem kunnen blijven identificeren. In dat laatste slaagt Yakusho met verve. We begrijpen zijn karakter, en wanneer hij tegen strubbelingen oploopt, voelen we zijn pijn.

In de tweede helft van de film ontdekken we een aantal dingen over Hirayama die tot dan toe onder de oppervlakte verstopt lagen. We leren niet alles over hem, maar wel genoeg om te weten dat hij vroeger een heel ander bestaan leidde. Sinds deze omwenteling bestaat zijn leven uit een aantal vaste patronen. Regelmaat is Hirayama’s sleutel tot geluk. Wanneer zijn dagprogramma wordt verstoord door onvoorziene omstandigheden, vervalt hij tot kribbigheid. Ook deze gevoelens zijn echter vrij ingetogen. De mensen in zijn omgeving waarderen Hirayama precies voor deze terughoudendheid, maar maken hier in zekere opzichten ook misbruik van. Het is geen kwestie van argeloosheid aan Hirayama’s kant. Hij weet maar al te goed dat er mensen zijn die minder welwillend zijn dan hij. Hirayama kan domweg geen nee zeggen.

‘Perfect Days’ is een film van verbazingwekkende schoonheid en verdriet. De film zet aan het denken; we kunnen aan het eind misschien net zoals Hirayama het gevoel hebben dat we een paar lessen hebben geleerd. Tegelijkertijd is het ook een film om heerlijk bij weg te dromen. Tokio heeft er zelden zo mooi uitgezien. Wenders toont ons zowel de basale als de rustige plekken. Massa’s beton worden afgewisseld met groene verstopplekjes. Terwijl Hirayama zich door de stad verplaatst, is er plaats voor plezier, geduld, liefde, beklemming, verbijstering en heel veel muziek. Net zoals Wenders beste werk heeft de film het vermogen om nog geruime tijd door je hoofd te blijven sluimeren. Na het kijken van de film zal het bezoeken van een openbaar toilet voor lange tijd niet meer hetzelfde zijn.

Len Karstens

Waardering: 4.5

Bioscooprelease: 14 december 2023