Pet Shop of Horrors – Petto shoppu obu horazu (2000)

Regie: Toshio Hirata | 120 minuten | animatie, fantasie, horror | Acteurs: Toshihiko Seki, Masaya Onosaka, Itsuki Yukino, Miho Yamada, Takashi Nagamine, Takehiro Murozono, Nanako Fukashima, Sayuri Yoshida, Miki Itô, Shinpo Chiba, Takshi Nagamine, Mitsuru Miyamoto, Mitsuaki Madono

Wat krijg je als je Japanse animatie vermengt met een flinke dosis ‘Twilight Zone’, een toefje ‘Gremlins’ en dat afblust met scheutje moralistisch drama? De anime-serie ‘Pet Shop of Horrors’!

Deze vierdelige cartoonserie draait rond de dierenzaak van Count D. (Seki). Deze wel erg androgyne man verkoopt echter geen geijkte diertjes zoals guppies en katten, maar unieke, mythische creaturen. De dieren hebben speciale verzorging nodig. Als de nieuwe eigenaar daar niet aan voldoet dan loopt het helemaal uit de hand. De klanten van Count D. komen daar op pijnlijke manier achter. De ambitieuze politieman Leon Alcott (Onosaka) vertrouwt het zaakje niet en gaat op onderzoek uit om de gangen van D. na te gaan. Wat hij aantreft is schokkend.

Deze miniserie bestaat uit vier afzonderlijke episodes die aan elkaar zijn geplakt door de karakteruitdieping van de relatie tussen Count D. en Leon Alcott. Nu moet je je niet al te veel voorstellen bij deze karakteruitdieping, want de afleveringen zijn ook prima te bekijken zonder enige basiskennis over de personages. Bij het begin van elke episode wordt er via een voice over duidelijk gemaakt wie wie is. De vaste kijkers van ‘Pet Shop of Horrors’ zullen telkens iets vertrouwder raken met het steeds terugkerende gekibbel tussen de eigenaar van de dierenzaak en de politieagent dat in elke show weer te zien en te horen is. Dat is een slimme zet van de makers, omdat je zo steeds iets meer over de drijfveren van deze personages te weten komt, zonder overigens nieuwe kijkers van zich te vervreemden door ingewikkelde, diepe lagen in het plot te verwerken.

De hoofdrol wordt in iedere aflevering vervuld door nieuwe personages. Met namen als ‘Daughter’, ‘Delicious’, ‘Despair’ en ‘Dual’ wordt er al een tipje van de sluier opgelicht waarover de betreffende aflevering over gaat. In het kort gezegd kun je stellen dat in elke show een zwakte van het menselijk ras wordt belicht. Elke klant die een schepsel uit Count. D’s dierenwinkel koopt ziet in hun aankoop een verlossing of verlichting van hun bestaan. Zo komt in de eerste episode een echtpaar bij de graaf om een dier te kopen om over het verlies van hun dochter heen te komen. Count D. vertelt hen dat hij een bijzonder konijn voor hen heeft klaarstaan. Wonderbaarlijk genoeg krijgen de ouders geen doodgewoon knaagdier te zien, maar een meisje dat als twee druppels water op hun jong gestorven dochter lijkt. Toch beweert de graaf dat ze toch echt met een konijn te maken hebben. Dolgelukkig kopen de man en vrouw het ‘dier’. Maar voordat ze het mee naar huis mogen nemen moeten de twee een contract tekenen waarin staat hoe het ‘dier’ verzorgd moet worden. Als de overeenkomst niet letterlijk wordt opgevolgd, dan zijn de gevolgen niet te overzien. Uiteindelijk bezwijken de ouders en breken het contract.

Elke aflevering is op bovenstaande wijze opgebouwd. De zwakheid en onverantwoordelijkheid van de mensheid staat centraal. Emoties als schaamte, schuld, egoïsme en machtswellust komen aan bod. Count D. ziet de uit de hand lopende gebeurtenissen als machteloze toeschouwer aan. Je zou hem kunnen vergelijken met een God uit elke willekeurige religie. Als toezichthouder van de mensheid ziet hij hoe gevoelens en verlangens van mensen hen naar de rand van de afgrond toe leiden. Achter alle wilskracht en liefde schuilt de destructieve drang naar zelfvernietiging. Een indrukwekkende boodschap die in elke show duidelijk naar voren komt.

En daar schuilt in feite ook een beetje het probleem van deze serie. Hoe mooi en knap bedacht alle episodes ook zijn, de reeks wordt al snel erg herhalend. Door steevast dezelfde opbouw en thematiek te gebruiken krijg je al snel het idee dat je het al eens eerder hebt gezien. En dat is jammer. Als je bijvoorbeeld de afleveringen ‘Daughter’ en ‘Despair’ naast elkaar zet, dan zullen de vele overeenkomsten tussen de episodes al snel duidelijk worden. Het gaat in beide gevallen om het gemis van een geliefde en de emotionele leegte die dat achterlaat. Wat dan weer een grappig detail is dat het hoofdpersonage uit ‘Despair’ duidelijk gebaseerd is op acteur Mark Hamill uit ‘Star Wars’. Ook deze man is wereldberoemd geworden door zijn rol in een scifi-epos, maar heeft daarna nooit meer vaste grond weten te krijgen in filmland. Ondanks verwoedde pogingen bleef hij vast zitten aan zijn imago uit één enkele filmserie. Dankzij dergelijke details en verwijzingen verzandt ‘Pet Shop of Horrors’ niet in een klakkeloze herhalingsoefening. Daarnaast zijn de horrorscènes verrassend genoeg om je geboeid te houden bij wat je te zien krijgt.

Over de animaties kun je kort zijn: die zijn uitstekend. Alle personages zijn met veel fantasie ontworpen en bewegen over het algemeen vrij realistisch. Af en toe ziet de serie er wat houterig uit, maar die momenten zijn amper noemenswaardig. Het tekenwerk oogt verzorgd en het duistere kleurgebruik zorgt voor een donkere sfeer. Het stemmenwerk is ook goed gekozen, zodat de figuren echt tot leven komen. Vooral de stem van Count D. wordt door Seki sterk vertolkt. Vol uitbundige emoties en wat meer ingetogen woordgebruik, zet hij een leuke weergave neer van dit toch wel vreemde personage. De andere Japanse stemacteurs leveren degelijk spel af dat goed past bij de personen die ze moeten uitbeelden. De soundtrack is sfeervol, maar nooit nadrukkelijk aanwezig. Dat laatste kan niet gezegd worden van het titelnummer. Elke episode wordt vergezeld door een onbegrijpelijk popnummer van een Japanse boyband. Grappig om te zien, maar wel vreemd om zo’n uitbundig nummer te horen bij een griezellige serie als deze.

‘Pet Shop of Horrors’ is een leuke, vermakelijke serie geworden die helaas iets teveel leunt op hetzelfde trucje. Om nog het meeste te kunnen genieten van deze anime is het raadzaam om de serie niet in één keer te bekijken, maar in kleine stukjes. Als je namelijk twee afleveringen per keer bekijkt, zul je aangenaam verrast worden door de opbouw van de verhalen en de thematiek van de reeks. Teveel achter elkaar kijken levert een soort overdosis op, waarbij de herhalende aard van de reeks je tegen kan gaan staan. Fans van mysterie en horror zijn dus gewaarschuwd.

Frank v.d. Ven