Hazard (2005)

Regie: Sion Sono | 103 minuten | actie, drama, komedie, romantiek | Acteurs: Jô Odagiri, Jai West, Motoki Fukami, Hiroyuki Ikeuchi, Rin Kurana, Saya Hagiwara, Richard Brundage, Garth Burton, Rachel Germaine, Carson Grant, Kenjiro Ishimaru

Regisseur Sion Sono heeft het talent om een kijker te prikkelen. Om hem te intrigeren, uit te dagen en te shockeren. Hij kan zo voor bijzondere kijkervaringen zorgen, getuige het uit 2005 afkomstige ‘Strange Circus’. Echter, het in hetzelfde jaar uitgebrachte ‘Hazard’ laat slecht sporadisch een glimp zien van een interessante film; van de film of het soort film dat ‘Hazard’ had kunnen zijn. In zijn huidige vorm is het helaas een chaotische, luide en zogenaamd “hippe” film die erg veel moeite heeft om de dramatiek in de kern van het verhaal succesvol naar voren te brengen. De regisseur verliest zichzelf in een soort Tarantino-sensibiliteit die vermoeiend overkomt en de film weerhoudt van zijn uniekheid en ware potentie.

De ontwikkeling van Shin is waar het om zou moeten gaan, maar zijn verhaal wordt jammer genoeg ondergesneeuwd door het verhaal over de gang waar hij in terecht komt in Amerika. Vooral de Amerikaanse Japanner Lee, de leider van de gang, eist veel van de scènes voor zichzelf op met zijn irritante geschreeuw, debiele gedrag, en lege credo’s over onderdrukking en vrijheid. Op zich is de reis van Shin interessant, al wordt er weinig over zijn beweegredenen verteld. De voice-mail – een kinderstemmetje – vertelt de kijker dat Shin moe raakt van Japan, en tevens rusteloos. Dat hij daarom, en aangetrokken door het sensationele element van de misdaad, naar Amerika reist. En het is wel degelijk boeiend om te zien hoe hij langzaam zijn onschuld kwijtraakt, Amerikaans leert, en met het “echte leven” in aanraking komt. Maar waarom moet alles in zo’n ADHD-stijl gepresenteerd worden, met veel geschreeuw en inhoudloze scènes?

Pas in het laatste kwartier is er een interessante ontwikkeling zichtbaar en gedragen de personages zich op een spannende manier. Lee laat menselijkheid zien en gedraagt zich nu tenminste geloofwaardig. Hij is niet langer een stripfiguur. En Shin is tegelijkertijd volkomen verloren en voorgoed bevrijd. Hij is volwassen geworden en daarmee gecorrumpeerd. Zijn leven is nu pas goed begonnen, net als de film zelf eigenlijk.

Bart Rietvink