Roberta (1935)

Regie: William A. Seiter | 102 minuten | komedie, romantiek, musical | Acteurs: Irene Dunne, Fred Astaire, Ginger Rogers, Randolph Scott, Helen Westley, Victor Varconi, Claire Dodd, Luis Alberni, Ferdinand Munier, Torben Meyer, Adrian Rosley, Bodil Rosing, Lucille Ball

Laten we met het goede nieuws beginnen: de dansscènes met Fred Astaire en Ginger Rogers zijn een genot om naar te kijken. Hoewel je eigenlijk ook niet anders verwacht, blijft het mooi om dit befaamde tweetal hun reputatie te zien waarmaken. Al was dit pas de derde keer dat ze samen optraden in een film, ze hebben een duidelijke chemie en plezier met elkaar wanneer ze de dansvloer betreden. Na het amusante “I’ll be Hard to Handle’, een solonummer van Ginger, dat ze met geanimeerde gezichtsuitdrukkingen en een Frans-Pools accent opvoert, licht ze voor het eerst in de film samen met Fred de dansvloer op. Moeiteloos vullen ze elkaar aan en houden ze elkaar bij in een gevarieerd dansnummer. Dan weer slepende bewegingen, en dan weer korte, heftige taps: ze draaien er hun hand niet voor om. En ze doen het lachend en “spelend”.

Ginger Rogers’ personage is op zichzelf ook erg vermakelijk. Als gravin Schwarenka, die eigenlijk Lizzie Gatz blijkt te heten en een jeugdvriendin was van Astaires’ Huck, geeft ze een uitbundige, theatrale performance ten beste, met een lekker dik accent en hautaine houding. Erg grappig is ook de scène waarin hoofdpersoon Randolph Scott haar voor het eerst tegenkomt, terwijl ze net, al voetenstampend, in “discussie” is met Irene Dunne’s Stephanie over haar kleding. Scott komt Dunne redden van Stephanie’s woedeaanval door deze drie keer achtereenvolgens – ze veert steeds weer overeind – op de bank te duwen, die zich achter haar bevindt.

De naam “Randolph Scott” is zojuist gevallen in combinatie met het woord “hoofdpersoon”, en dit gegeven duidt op één van de problemen van ‘Roberta’. Fred en Ginger vormen namelijk niet de hoofdattractie van de film. Voor de kijker natuurlijk wel, als deze verstandig is, maar voor het verhaal niet. Dunne en Scott, destijds de grotere sterren, staan in feite centraal terwijl Fred, als vriend, voor hulp en komische terzijdes zorgt. En om, al dan niet samen met Ginger, de rest van de film op te vullen met dansnummers. En dat terwijl het andersom zou moeten zijn, zowel wat betreft de dansnummers als de verhaallijnen. We worden nu geconfronteerd met een betrekkelijk saai verhaal over een modehuis dat zonder leiding komt te zitten wanneer de directrice, de tante van Scott (Helen Westley), overlijdt. Scott moet nu de zaak overnemen, maar is een boerenpummel zonder enig verstand van mode of haute couture. Hij heeft meer interesse in de bevallige assistente Stephanie (Dunne), maar in deze romance zit nauwelijks pit. Scott is nu niet bepaald gezegend met een overvloed aan charisma, en Dunne kan misschien een aardig deuntje zingen, maar haar vibrerende primadonna-ballades zijn nu niet bepaald opgewekt, en daarnaast bijzonder statisch gefilmd.

Het is een verademing als Ginger en Fred eindelijk weer in beeld komen, en dan vooral als ze samen aan het dansen slaan. Er is dan wel een romantisch verhaaltje gaande tussen deze twee sterren, maar dit is zo dun en spanningsloos, dat het eigenlijk geen naam mag hebben. Nee, het dansen is waar het om te doen is. Helaas gebeurt dit wat te weinig om de film in zijn totaliteit voldoende te laten boeien. Interessant is wel dat er enkele scènes in de film voor komen die als inspiratiebron lijken te hebben gediend voor Gene Kelley en Stanley Donens ‘Singin’ in the Rain’: te weten een scène waarin een taalcoach door de twee vrienden in de maling wordt genomen, en een muzikale modeshow, waarbij iedere jurk van (rijmend) commentaar wordt voorzien door Astaire.

‘Roberta’ is de moeite waard wanneer Fred & Ginger ten tonele verschijnen, maar als geheel is de film te oneven om de aandacht vast te kunnen houden; een film als ‘Top Hat’ (ook met Fred & Ginger) is dan een betere keuze. Al vind je in die film Ginger’s hilarische Schwarenka jammer genoeg niet terug.

Bart Rietvink