Clay (2008)
Regie: Ron Bonk | 116 minuten | drama, horror, thriller | Acteurs: Peggy Bonesteel, Margaret Derbyshire, Emma, Kosiara, Tom Minion, J.C. Peterman, Wes Reid, Jennie Russo, Gerrit Vanderwerff
Het is altijd te prijzen als een regisseur zijn horrorfilm van diepere lagen wil voorzien. Ook ‘Clay’ van Ron Bonk wil meer zijn dan een platte slasher. Missie geslaagd?
‘Clay’ draait om het gelijknamige titelpersonage. Deze Clay (Reid) is een gewetenloze moordenaar die doodt om zijn lege leven wat meer kleur te geven. Het afslachten van mensen schenkt hem niet zoveel plezier als hij zou willen, maar het houdt hem van de straat. Clays vader wil niets van hem weten en is niet beroerd om zijn zoon duidelijk te maken wat voor loser hij is. De kritiek schijnt Clay weinig te deren, want hij blijft zijn vader braaf opzoeken. Ook vereert hij zijn verwekker op nogal bizarre wijze. Wat Clay is z’n vrije tijd doet, boeit zijn vader Sam (Tom Minion) niet. De oude man toont veel meer interesse in zijn minderjarige buurmeisje (Emma Koziara). Ondertussen vindt Clay onderdak bij een vrouw die in hem haar verloren zoon ziet.
‘Clay’ is een onvervalste B-film. Daarover is geen discussie mogelijk. Het acteerwerk is brak, de montage is erg slordig afgewerkt en ook het kleurgebruik oogt vaal. Waar het mis gaat is op verhaaltechnisch vlak. ‘Clay’ is een pretentieuze onzinfilm die zichzelf veel te serieus neemt. De complexe persoonlijkheid van het hoofdpersonage moet dramatiek opleveren, maar dat gaat dus mis. Clay is een plat personage. Punt. Reids onbeholpen, gekunstelde acteerwerk is erg irritant. De man worstelt zichtbaar met zijn tekst die uit quasi-literaire volzinnen bestaat die kant noch wal raken. ‘Clay’ wil een Shakespeareaans drama zijn, maar dat is het ècht niet.
Minion is niet onaardig als oerfoute vader, maar de clichématige camerastandpunten en de slecht geschreven dialogen vergallen veel lol. Regisseur Ron Bonk wil te veel, maar kan te weinig. Koziari is niet eens zo slecht als getormenteerd buurmeisje dat in handen dreigt te vallen van haar schimmige buurman. Haar zware accent is echter behoorlijk irritant, want ze kan de ‘R’ niet uitspreken. De cast bedoelt het goed, maar kan weinig doen met het rammelende script.
‘Clay’ wil dolgraag een diepzinnige film zijn. De verstoorde vader-zoonrelatie en de onduidelijke relatie tussen de oude Sam en zijn verliefde buurmeisje moeten voor spanning en dramatiek zorgen, maar de in principe interessante verhaallijnen komen niet uit de verf. De personages zijn flets en ongeloofwaardig. Wat moet een fris meisje met een vieze vent als Sam? En hoe kan de ogenschijnlijk zo intelligente Clay zo ongelooflijk dom zijn? De finale moet schokkend zijn, maar is zo kneuterig in elkaar gezet dat het lachwekkend overkomt. Er is niets intelligents aan ‘Clay’. Dat is geen misdaad natuurlijk, maar de pretentieuze manier waarop deze bloedeloze horrorfilm wordt gepresenteerd irriteert. Ook duurt de film 45 minuten te lang. Het toch al behoorlijk dunne verhaal sleept. Het begin is nog redelijk spannend, maar zodra de psychologische pretenties van Bonk naar voren komen stort de film als een kaartenhuis, excuses als een huis van klei, in.
Frank v.d. Ven