Enron: The Smartest Guys in the Room (2005)

Regie: Alex Gibney | 109 minuten | documentaire | Met: John Beard, Jim Chanos, Carol Coale, Peter Coyote, Gray Davis, Joseph Dunn, Max Eberts, Peter Elkind, Andrew Fastow, David Freeman, Philip Hilder, Ab Kaseweter, Ken Lay, Bill Lerach, Loretta Lynch, Amanda Martin-Brock, Bethany McLean, Mike Muckleroy, Reverend James Nutter, John Olson, Lou L. Pai, Lou Lung Pai, Kevin Phillips, Nancy Rapoport, Harvey Rosenfield, Jeff Skilling, Mimi Swartz, Sherron Watkins, Colin Whitehead, Charles Wickman, Michael Lugenbuehl

De meest bekende uitspraak van de top van het Amerikaanse energiebedrijf Enron was altijd: “Ask why”. Die vraag zullen de tienduizenden werknemers en gepensioneerden van dit bedrijf zich nu ook stellen. Hun geld is geheel verdwenen. Hoe kunnen de op zich briljante geesten en verantwoordelijke leiders van een grote onderneming de boel uiteindelijk zo doelbewust frauderen dat zoveel onschuldige slachtoffers ontstonden?Alle ‘spelers’ in het spel komen aan de beurt en worden tegen het licht gehouden. Ken Lay, de hoogste baas van Enron, Jeffrey Skilling, Andy Fastow en vele anderen.

Interessant is de link die wordt gelegd naar de nauwe relatie die Ken Lay had met de Bush familie en dan in het bijzonder met Bush senior. Lay had zich op vroege leeftijd al voorgenomen om vroeg rijk te zijn en daar alles voor te doen. De documentaire ontrafelt hoe zeer hij daarbij is ontspoord (en dat hij daar niet alleen in stond).

Wat zich uiteindelijk afspeelt is een zeer geraffineerd en uiterst koelbloedig spel met de energievoorziening in bijvoorbeeld Californië. Een spel van trots, arrogantie, intolerantie en hebzucht. Enron liet als energieleverancier op sluwe wijze energiecentrales soms minder stroom leveren om vervolgens via andere centrales de van levensbelang zijnde energie te kunnen leveren tegen veel hogere prijzen. Dit keiharde pokerspel leidde uiteindelijk tot een grote energiecrisis die de toenmalige gouverneur Gray Davis de kop kostte, Arnold Schwarzenegger werd via een speciale tussenverkiezing zijn opvolger.
De hoge bedrijfswinsten leidden vanzelfsprekend tot grote koersstijgingen van het Enron-aandeel. De winst verzilverde de top van het bedrijf snel door verkoop van hun enorme optiepakketten. Van welke Nederlandse ex/politicus kennen we ook al weer de term ´exuberante zelfverrijking´?

Toen het kaartenhuis uiteindelijk instortte sleurde Enron het oudste en zeer prestigieuze accountantsbedrijf Arthur Anderson in zijn val mee. Niet alleen Enron ging failliet, maar ook de spaargelden van haar werknemers die veelal in bedrijfsaandelen waren gestopt. De pensioenuitkeringen van gepensioneerden hielden vrijwel in één keer op te bestaan.

Wat in de film een beetje overheerst is dat de grote jongens in het schandaal uitgebreid aan het woord komen en vaak proberen hun bordje schoon te vegen, terwijl de gewone werknemer en gepensioneerde eigenlijk weinig in het verhaal voorkomt.

De daders voelen zich in feite zelf slachtoffer, want zij zijn toch ook door bij het faillissement -een deel van – hun enorme vermogens kwijtgeraakt. De film maakt overigens duidelijk dat er voor hen nog heel wat over is en dat velen tijdig het zinkende schip hebben verlaten en hun enorme winsten veilig konden stellen. De arrogantie waarmee de hoofddaders zich verdedigen en zich zelf als medeslachtoffer betitelen is werkelijk stuitend.

Onthutsend zijn de geluidsopnamen die werden gemaakt van Enron-handelaren die met leiders van energiecentrales de mogelijkheden bespraken wat de effecten van energieonderbrekingen zouden zijn. En passant deelt de film nog een aantal hevige sneren uit naar de financiële pers die steeds oneindig positief het bedrijf in haar artikelen beschouwde en er voortdurend lovende artikelen over schreef toen de aandelenkoersen maar bleven stijgen.

De film past in de reeks van schandaal onthullende documentaires zoals die door Michael Moore de laatste jaren zijn gemaakt, maar is toch meer een koele analyse. Wat in de film een beetje ontbreekt is de brille, de uitstraling en de gulle lach die de documentaires van Moore bezitten. Voor de enigszins in sociale economie en gevolgen daarvan geïnteresseerden is de documentaire een aanrader. Kapitalisme op zijn gulzigst, ethiek op het laagste niveau.

Er waren ook bij Enron mensen die zagen dat het fout ging, maar die werden al voor zij zelfs maar ‘klokkenluider’ konden worden onder grote bedreigingen voor de rest van hun loopbaan waar ook ter wereld koest gehouden. Uiteindelijk kwam hoogmoed toch voor de val. De film is uiterst actueel, de processen tegen de hoofdpersonen lopen op dit moment. De daders hebben alle vertrouwen in een goede afloop, toch heeft er eentje zelfmoord gepleegd.

Rob Veerman

Waardering: 4

Bioscooprelease: 9 maart 2006