Rapunzel – Tangled (2010)

Regie: Nathan Greno, Byron Howard | 90 minuten | animatie, komedie, familie, musical | Originele stemmencast: Mandy Moore, Zachary Levi, Donna Murphy, Ewan McGregor, Steve Martin, Ron Perlman, Jeffrey Tambor, Brad Garrett, M.C. Gainey, Paul F. Tompkins | Nederlandse stemmencast: Levi van Kempen, Kim-Lian van der Meij, Karin Bloemen

‘Rapunzel, Rapunzel, hang je vlecht eens uit het raam’. In het sprookjesbos van de Efteling is de toren waarin prinses Rapunzel werd opgesloten, al jaren een veelbezochte attractie. Het sprookje van Rapunzel (ook wel Raponsje genoemd), werd aan het begin van de negentiende eeuw geschreven door de gebroeders Grimm. Het verhaal is in Nederland en België lang niet zo populair als in Engelstalige landen, maar spreekt toch behoorlijk tot de verbeelding. Het sprookje over volwassen worden is in de loop der tijd wel enigszins gekuist, zodat het zonder problemen als kinderverhaal kon dienen (in het oorspronkelijke verhaal raakte de prinses zwanger na de bezoeken van de prins…). Disney komt met een eigentijdse versie van het sprookje op de proppen. Het is de vijftigste speelfilm van de animatiestudio en voor het eerst sinds lange tijd vormt een bestaand sprookje weer eens het uitgangspunt van een avondvullende speelfilm. Disney grijpt terug naar het verleden en dat blijkt een schot in de roos, want ‘Rapunzel’ (2010) is een heerlijke familiefilm vol spanning, avontuur en een vleugje romantiek.

Rapunzel (met de stem van Mandy Moore) is de dochter van de koning en de koningin, maar daar heeft ze zelf geen weet van. Toen ze nog maar net geboren was, werd ze namelijk uit haar wiegje gestolen door Mother Gothel (Donna Murphy), een heks die haar graag voor zichzelf houdt. Zij weet namelijk dat Rapunzels goudblonde haar magische krachten bezit. Krachten die haar sterk en jong kunnen houden. Ze sluit het prinsesje op in een hoge toren en doet zich voor als haar moeder. Rapunzel groeit op zonder ooit iets van de buitenwereld te zien, want haar moeder verbiedt haar de toren te verlaten. En dus droomt ze weg van de lampionnen die elk jaar op haar verjaardag worden opgelaten. Haar grote wens is om dat lichtspektakel ooit nog eens van dichtbij te bewonderen. Flynn Rider (Zachary Levi) is een knappe maar beruchte bandiet, die op de vlucht is voor het leger van de koning. Per toeval ontdekt hij Rapunzels toren, die hij ziet als de ideale schuilplaats. Aanvankelijk moet Rapunzel niets van die indringer hebben, tot ze inziet dat hij voor haar de sleutel naar de buitenwereld kan zijn. Het avontuur lonkt en Flynn lijkt het perfecte gezelschap voor een spannende ontdekkingstocht!

‘Rapunzel’ mag dan grotendeels met hulp van CGI-technieken gemaakt zijn, en eigentijdser ogen dan voorganger ‘The Princess and the Frog’ (2009), de film ademt de sfeer van de handgetekende animaties waarmee Disney zichzelf ooit op de kaart zette. De grootste gelijkenis is er met ‘The Little Mermaid’ (1989), waarin het eveneens draait om een eigenwijs meisje dat haar vertrouwde omgeving verlaat om het avontuur op te zoeken. Maar meer nog dan in die film is er in ‘Rapunzel’ ruimte gemaakt voor humor. Regisseurs Nathan Greno en Byron Howard hebben belangrijke rollen weggelegd voor twee hilarische sidekicks; de kameleon Pascal en het paard Maximus. Praten doen deze dieren (gelukkig) niet, communiceren des te meer. De trouwe Pascal, Rapunzels huisdier en vertrouweling, verschiet sneller van humeur dan van kleur. Raspaard Maximus is in dienst van de koning en krijgt orders om achter Flynn aan te gaan. Wanneer hij de rest van de garde kwijtraakt, besluit hij zijn tocht te vervolgen. Er moet tenslotte recht worden gedaan. Vooral Maximus zorgt voor bijzonder komische toestanden. Hij steelt elke scène. Een ander hoogtepunt is een doldwaas muzikaal feestnummer in een ongure kroeg, waar de meest schimmige types zich ineens van hun verrassendste kant laten zien.

Want muziek, daar zit ‘Rapunzel’ vol mee. En zo hoort het ook in een (klassieke) Disney-film. Alan Menken, een veteraan bij Disney met onder meer de muziek van ‘The Little Mermaid’ en ‘Beauty and the Beast’ (1991) op zijn palmares, is verantwoordelijk voor de sfeervolle en aanstekelijke liedjes. Popsterretje Mandy Moore brengt de liedjes degelijk, maar het is toch echt Donna Murphy die de show steelt met haar schitterende stem. Vooral in ‘Mother Knows Best’ raakt ze de juiste snaar. Moore komt dan weer het beste tot haar recht in de scène waarin Rapunzel voor het eerst buiten de toren is en in aanraking komt met de natuur, ze zingt dan ‘When Will My Life Begin’. Opnieuw een moment waar heel duidelijk wordt teruggegrepen naar de oude Disney-klassiekers. Zachary Levi is vocaal een stuk minder sterk, maar weet wel de juiste dosis charme in zijn stem te leggen, waardoor je Flynn (een verwijzing naar Errol Flynn) in je hart sluit. Hij mag dan een schelm zijn, maar wel een innemende schelm. ‘Rapunzel’ verschijnt in de Nederlandse bioscopen zowel in de oorspronkelijke versie, als in een vertaalde versie (met de stemmen van Kim-Lian van der Meij, Karin Bloemen en Levi van Kempen). Bovendien komt er ook een 3D-versie in omloop. Echt nodig is het overigens niet om de 3D-versie te bekijken, want in 2D is ‘Rapunzel’ net zo effectief.

Disney is ouderwets op dreef, met dank aan topman John Lasseter, die de studio nieuw leven inblies. ‘Rapunzel’ heeft er de vaart goed in, stapelt het ene hilarische moment op het andere, past de muzikale intermezzo’s op de juiste manier in en weet op gezette tijden ook te ontroeren. Wat willen we nog meer? Disneys nieuwste is de ideale film om tijdens de kerstvakantie met het hele gezin naartoe te gaan. Succes verzekerd!

Patricia Smagge

Waardering: 4

Bioscooprelease: 1 december 2010
DVD- en blu-ray-release: 30 maart 2011