Rebelse stad (2015)

Regie: Willy Lindwer  | 100 minuten | documentaire

De jaren zestig van de twintigste eeuw vormden waarschijnlijk de woeligste periode in de Nederlandse naoorlogse geschiedenis. Met name veel politiek bewuste en door het anarchisme geïnspireerde jongeren zetten zich massaal af tegen het gezag, de verregaande vercommercialisering van de samenleving, het gangbare politieke systeem en de in hun ogen verstikkende kleinburgerlijkheid die zo kenmerkend was voor de naoorlogse Nederlandse samenleving. De Amsterdamse beweging Provo wierp zich in het midden van de jaren zestig op als het belangrijkste gezicht van de Nederlandse protestgeneratie. De beweging was een ludieke revival van grotendeels geweldloos anarchisme en werd vooral zichtbaar door het bekritiseren en uitdagen van de gevestigde politiek en heersende maatschappelijke consensus. Met behulp van meestal simpele provocaties lokte Provo vaak buitensporig harde acties van de politie uit, waardoor werd aangetoond dat de autoriteiten democratische grondrechten zoals de vrijheid van meningsuiting en het recht op vreedzaam protest lang niet altijd respecteerden en daarmee dus hun eigen legitimiteit ondergroeven. Het ‘provotariaat’ (een woordspeling op het revolutionaire proletariaat van Marx en Engels), een bonte mengelmoes van straatjeugd (de nozems) en meer artistiek georiënteerde bohemiens, werd beschouwd als een revolutionaire kracht in een periode waarin het oude proletariaat (arbeiders) door de materiële verworvenheden van de consumptiemaatschappij alle opstandige potentie had verloren.

Inhoudelijk stelde Provo vooral (toen) nieuwe, maatschappelijke vraagstukken aan de orde zoals vrije liefde, ecologie, aandacht voor het milieu, kunstzinnige vernieuwing, emancipatie, de afbraak van autoriteit en een verregaande democratisering van de samenleving. De opkomst van de beweging ging ook gepaard met de publicatie van het maandblad PROVO. Ondanks het weinig gewelddadige en overwegend luchtige karakter van de beweging en haar publicaties, werd Provo door diverse maatschappelijke geledingen beschouwd als een serieus gevaar voor de staatsveiligheid. Met name rechtse media zoals De Telegraaf trokken fel van leer tegen het ‘langharige en werkschuwe tuig’ dat maar beter in werkkampen kon worden opgesloten. Later bleek zelfs dat Provokopstuk Roel van Duijn naar eigen zeggen jarenlang op de voet werd gevolgd door de Nederlandse geheime diensten en voor de regering veel weg had van een extremistische vrijheidsdenker met terroristisch potentieel. Hoewel Provo zich in 1967 zelf ophief en dus geen lang leven beschoren was, slaagde de beweging er zonder twijfel in om de autoriteiten op te schudden en nieuwe thema’s op de politieke agenda te zetten.

In de film ‘Rebelse stad’ van filmmaker Willy Lindwer, een man die de gloriejaren van Provo in Amsterdam van dichtbij meemaakte en zijdelings betrokken was bij manifestaties en acties van de kleurrijke protestbeweging, komen de revolutionaire jaren zestig in ons kikkerlandje weer even tot leven. De talloze originele opnamen in zwart-wit geven de tijdgeest uitstekend weer en scheppen een vaak prachtig en authentiek portret van een even roerige als romantische tijd. De archiefbeelden worden afgewisseld door meer recente, openhartige en soms diepgravende interviews met revolutionaire kopstukken uit die tijd zoals Roel van Duijn (het belangrijkste gezicht en de huisfilosoof van Provo), Luud Schimmelpennink, Cor Jaring (de fotografische chroniqueur van het woelige Provotijdperk) en de inmiddels overleden antirookmagiër (zo genoemd vanwege zijn artistiek opvallende, theatrale en ludieke acties tegen sigarettenreclame) Robert Jasper Grootveld. Erg bijzonder is de ontmoeting tussen Roel van Duijn en Bernhard de Vries, twee leidende figuren uit de Provobeweging die niet helemaal op goede voet met elkaar staan. Het begint met een ongemakkelijke stilte die uiteindelijk uitmondt in een vurige discussie tussen de voormalige rivalen. De polemiek staat ook symbool voor het eeuwige dilemma waarmee anarchistische bewegingen in de praktijk kampen: als antiautoritaire stroming bij uitstek wijst het anarchisme in theorie krachtig leiderschap principieel af, maar binnen een beweging die streeft naar politieke en maatschappelijke hervormingen zijn er in de praktijk toch altijd mensen die zich opwerpen als het gezicht en de aanvoerder van het gezelschap, zeker als een beweging zoals Provo op een gegeven moment ook de arena van de formele politiek betreedt.

De documentaire gaat zowel in op de inhoudelijke, meer theoretische grondbeginselen die aan de wieg stonden van Provo als op de daadwerkelijke acties die de beweging ondernam om het eigen gedachtegoed uit te dragen en zo de Nederlandse samenleving grondig te hervormen. ‘Rebelse stad’ slaagt er meestal uitstekend in om de gulden middenweg te vinden tussen een op feiten gestoelde, historisch goed onderbouwde documentaire enerzijds en een nostalgisch en warm eerbetoon aan het Provotijdperk anderzijds. Met een speelduur van iets meer dan twee uur is de film iets aan de lange kant, wat soms leidt tot lang uitgesponnen passages die ook korter hadden gekund. ‘Rebelse stad’ maakt wel uitstekend duidelijk hoe de korte bloeiperiode van Provo deels bepalend is geweest voor de smoel van het moderne Amsterdam (nog steeds in veel opzichten een eigengereide en dwarse stad) en Nederland. Van een stijf land, waar nauwelijks iemand van de gebaande paden durfde af te wijken, ontwikkelde Nederland zich tot een natie die zich aan god noch gebod stoorde.

‘Rebelse stad’ is een fraaie historische documentaire en een mooi overzicht van een uiterst progressieve periode in de Nederlandse geschiedenis, een tijdvak dat gekenmerkt werd door een hoge mate van maatschappelijk engagement en optimistisch vooruitgangsgeloof.

Frank Heinen

Waardering: 4

Bioscooprelease: 5 februari 2015
DVD-release: 7 mei 2015