Travellers and Magicians (2003)

Regie: Khyentse Norbu | 108 minuten | drama, avontuur | Acteurs: Tsewang Dandup, Sonam Lhamo, Lhakpa Dorji, Deki Yangzom, Sonam Kinga

Regisseur Kbyentse Norbu weet veel van Tibetaans Boeddhisme, zo werd hij zelfs door Bernando Bertolucci geraadpleegd, toen deze de film ‘Little Buddha’ (1993) aan het maken was. In 1999 kwam hij met zijn debuut ‘The Cup’, een film over -jawel!- voetballende boeddhisten. Dit debuut was gelijk de eerste film ooit uit Bhutan, een land tussen China en India, in het Himalaya-gebergte.

Ook ‘Travellers and Magicians’ speelt zich af in Bhutan, wat zich uit in mooie landschappen van al dan niet besneeuwde- bergen, veel bomen, boeddhistische monniken in hun fleurige gewaden en ouderwetse dorpjes, waar een postkantoortje gerund wordt door één man en nog met morse wordt gewerkt. Hoofdpersoon Dondup, een regeringsambtenaar, ziet de charme niet van de rustieke omgeving waarin hij verkeert. Zijn mededorpelingen vindt hij een stelletje debielen met hun rituelen en hij ergert zich dood aan de langzame manier van leven in Bhutan. Dondup heeft gympen en een I love NY t-shirt. Zijn kamer hangt vol posters, hij rookt sigaretten en hij luistert fanatiek naar popmuziek. Dondup vindt het in zijn dorp maar een dooie boel en wil dus weg, naar Amerika, het land van de ongekende mogelijkheden en de mooie meisjes. Wat je als volgt zou verwachten is een film over deze Dondup in Amerika, maar zo makkelijk is het niet om Bhutan te verlaten. Het grootste gedeelte van de film probeert Dondup dan ook weg te komen uit zijn dorp, met tergend langzame liften en irritante mede-reizigers. Dit is echter een film met een moraal, en van wie kan die moraal beter komen dan van een Tibetaanse monnik. Die Tibetaanse monnik is de meest irritante mede-reiziger van Dondup. Deze monnik wil Dondup ervan overtuigen dat hij tevreden moet zijn met wat hij heeft en komt daarom met het verhaal over een boer die twee zonen had. De oudste zoon Tashi mag naar school, terwijl hij alleen maar droomt over meisjes en verre landen en de jongste zoon veel slimmer is. De jongste zoon brouwt een vreemd drankje voor zijn broer en pardoes raakt Tashi in een soort drugsroes, waarin hij verdwaalt en terecht komt bij een oude man en zijn mooie jonge vrouw Deki. Tashi raakt verstrikt in een romance waar hij nauwelijks meer van weg kan (en wil) vluchten. Het verhaal van de monnik loopt parallel met Dondups situatie: hij ontmoet bij het liften ook een mooi jong meisje die zijn wens om naar Amerika te gaan verzwakt. De monnik komt verder met wijsheden als hoop veroorzaakt verdriet en dat waar we gisteren van droomden, vrezen we vandaag.

Het is een redelijk verhaal, dat van ‘Travellers and Magicians’, wat op een rustige manier wordt verteld. Van een reisverhaal zou men echter wat meer rare en spannende situaties verwachten, in ‘Travellers and Magicians’ zit relatief weinig verhaal. De beelden zijn af en toe zeer mooi, zoals in de scène waarin Tashi Deki bespiedt terwijl ze aan het baden is. Maar wat stoort zijn de kleuren, die expres flets zijn gemaakt in het verhaal van Tashi en Deki. De kleuren van Tashis drugsroes zijn bijvoorbeeld totaal over-the-top op een photoshop-achtige manier vervormt, wat er erg goedkoop uitziet. Daarnaast is het moralistische gepraat van de monnik te voor de hand liggend, hij had het kunnen laten bij de vertelling van Tashi en Deki, zonder steeds zo overduidelijk zijn mening aan Dondup op te willen dringen. ‘Travellers and Magicians’ heeft zo zijn momenten, maar is in zijn geheel bezien helaas geen topper.

Emy Koopman

Waardering: 2

Bioscooprelease: 6 januari 2005