White God – Fehér Isten (2014)

Regie: Kornél Mundruczó | 119 minuten | drama | Acteurs: Zsófia Psotta, Sándor Zsótér, Lili Horváth, Szabolcs Thuróczy, Lili Monori, Gergely Bánki, Tamás Polgár, Károly Ascher, Erika Bodnár, Body, Bence Csepeli, János Derzsi, Csaba Faix, Edit Frajt

De band tussen een kind en een huisdier is in de regel onverwoestbaar. Ook het Hongaarse ‘White God’ levert daar het bewijs van. Dat levert in dit geval echter een bespottelijke film op die de hooggespannen verwachtingen nauwelijks kan waarmaken.

Want de basisvoorwaarden van ‘White God’ klinken goed. De film vertelt over puber Lili en haar hond Hagen. Wanneer haar moeder voor een congres naar Australië vertrekt, is het meisje genoodzaakt te logeren bij haar vader. Het kleine appartementencomplex waar de gescheiden man in woont, huisvest alleen geen honden. En stiekem wil haar vader er zelf ook niks van weten. Na een ruzie zet haar vader Hagen dan ook uit de auto. Haar hartstocht voor de hond kent echter geen ophouden en ze trekt de straat op om haar geliefde hond terug te vinden.

De liefde is natuurlijk wederzijds en ‘White God’ speelt daar handig op in door ook regelmatig het perspectief van Hagen te kiezen. De hond speelt dus een actieve hoofdrol. Dat heeft de potentie om interessante beelden op te leveren, omdat de communicatie en handelingen van honden doorgaans onderling langs een meer subtiele meetlat kunnen verlopen dan dat bij de mens het geval is. Doordat ze zich niet kunnen uitdrukken in een voor ons bekende taal, moet het verhaal op een andere manier vorm krijgen. De uitdaging is daarbij om de honden, en dan met name Hagen, genoeg eigen persoonlijkheid mee te geven. Zo moeten volwaardige karakters ontstaan die de betrokkenheid van de toeschouwer kunnen aanwakkeren. De verwachtingen stijgen andermaal.

Wanneer filmcritici herhaaldelijk de directe vergelijking met Alfred Hitchcocks ‘The Birds’ trekken, is het vooruitzicht ronduit rooskleurig. Wat betreft dit laatste, valt ‘White God’ meteen en eigenlijk vrij vanzelfsprekend door de mand, doordat de twee films een totaal andere insteek hebben. De vogels in ‘The Birds’ zijn een fysieke manifestatie die voortkomen uit het onbewuste gedeelte van het bewustzijn van één van de hoofdpersonages. De honden in ‘White God’ zijn levensecht, met een (geringe) persoonlijkheid van zichzelf en minder diffuse beweegredenen dan de vogels in Hitchcocks klassieker. De vluchtige camera doet nog wel een mentaal of metafysische subjectiviteit vermoeden, maar is uiteindelijk niet meer dan een stijlmiddel om actie mee te accentueren.

Dat de persoonlijkheid van de honden niet uit de verf wil komen, is spijtig. Het gebrek komt voort uit hun simpele drijfveren. De viervoeters zijn trouw aan hun baasjes, maar als ze door een keur van mensen slecht worden behandeld, veranderen ze allen in valse wezens die enkel nog als doel hebben wraak te nemen. De honden verschillen niet van elkaar, hebben daardoor geen eigenheid en handelen allen vanuit die eenvoudige wraaklust. Meer diversiteit en diepgang hadden de betrokkenheid bij hun boosaardige moordpartijen weten te redden.

Maar de vergeldingsactie is natuurlijk niet de schuld van de honden zelf, maar vooral van de volwassen mensen die hen gemaakt hebben tot wat ze zijn. De ( blanke) mens is het echte beest. Primaire handelingen komen dus voort vanuit de mens, niet vanuit de hond. Behalve Lili is daadwerkelijk iedereen van een discutabel allooi. Het is niet alleen een kinderlijke thematiek, ook is het verhaal van een dergelijke generaliteit dat alle verrassingen de film zijn uitgeslopen. Wat rest is ongefundeerde voorspelbaarheid.

Met de motivaties van Lili is het niet anders. Want waarom ze haar hond boven alles stelt wordt niet precies duidelijk. Alleen ongelimiteerde huisdierenliefde is te makkelijk. Daarvoor wil je als toeschouwer ook weten waar ze Hagen heeft leren kennen. En hoe lang ze elkaar überhaupt al kennen. Dat gebrek aan backstory staat haar goodwill in de weg. Het waarom van dit alles blijft hangen in duisternis.

Wat ‘White God’ nog enigszins overeind houdt, is het spel van de honden. Afkomstig van de straat zijn ze uitstekend gedresseerd. Zo behoudt de film toch nog enige authenticiteit. Maar het is niet toereikend. Op de keper beschouwd maakt ‘White God’ de basispremisse niet waar. Uiteindelijk is het een klassieke film zoals die vele malen eerder gemaakt is. Een film die evenwel blijft hangen in geforceerde kinderproblematiek. De finale wraakhorror geeft alles een schizofreen karakter. De analogie met het huidige Hongarije is al even gekunsteld. Uitzonderlijk wordt het echter nergens. Tegenvaller.

Wouter Los

Waardering: 2

Bioscooprelease: 4 december 2014