Wild Ocean (2008)

Regie: Luke Cresswell, Steve McNicholas | 40 minuten | documentaire | Voice-over: John Kani

In de hele wereld is de leefomgeving van vissen aan verandering onderhevig: door de opwarming van de aarde stijgt ook de temperatuur van onze zeeën en oceanen. Daardoor veranderen ook de gewoonten van de daar levende dieren. In het geval van sardientjes bijvoorbeeld: deze weigeren gewoonweg te zwemmen in water dat warmer is dan 19 graden Celcius. Maar uiteraard heeft ook de mens een (flinke) hand in het lot van de oceaanbewoners: door de toenemende visvangst blijft er voor de roofdieren bovenaan de voedselketen te weinig over om te overleven. Dat het ook anders kan bewijst de 3D IMAX-documentaire ‘Wild Ocean’: een film die een positief gevoel uitdraagt. Als meer landen het goede voorbeeld volgen van Zuid-Afrika en Nieuw-Zeeland, waar delen van de kustlijn beschermd zijn, zou het leven in de oceaan zich langzamerhand kunnen herstellen.

‘Wild Ocean’ toont de pracht van de natuur in haar volle glorie en verzuimt daarbij – terecht dit keer – de andere kant te laten zien. Beelden van vervuilde wateren hebben we immers allemaal op het netvlies staan; ‘Wild Ocean’ is een dappere poging in het ‘positief opvoeden’ van makers Luke Cresswell en Steve McNicholas (bekend van de Britse percussiegroep Stomp). Aan de Oostkust van Zuid-Afrika, bij Transkei en KwaZulu-Natal, ligt de Wild Coast: een prachtig ruig natuurgebied waar de oceaan – volgens ‘Wild Ocean’ – er nog uit ziet zoals deze duizenden jaren geleden uit zou moeten hebben gezien. Elke winter (de maanden juni en juli) trekken biljoenen sardientjes vanuit de Kaap naar KwaZulu-Natal en Mozambique. Vanuit de lucht gezien lijken deze scholen vissen wel op olievlekken. Dit unieke fenomeen, bekend als de sardine run, komt nergens anders ter wereld voor en het is goed nieuws voor dolfijnen, haaien, Jan-van-Genten, robben en andere dieren; zij wachten vol spanning op de komst van deze lekkere hapjes. Maar ook de locale bevolking leeft van deze sardine run. Van kleine kinderen met plastic emmertjes tot bejaarde dametjes die hun rokken gebruiken bij het vissen: eenieder is tijdens deze maanden besmet met de sardientjeskoorts. De spanning wordt goed opgevoerd in de film: dankzij de passende score van de regisseurs zit je op het puntje van je stoel als het daadwerkelijk tot een confrontatie tussen prooi en roofdier komt.

De film is opgenomen in meer dan twee jaar tijd. De Wild Coast is dankbaar onderwerp voor een documentaire; het landschap is adembenemend, zo wordt door verschillende luchtopnamen getoond, maar het zijn de onderwaterscènes die het meest bijblijven. Het is alsof de sardines een ballet opvoeren, zo sierlijk en goed op elkaar afgestemd voeren zij hun bewegingen uit. Om dolfijnen te zien zwemmen en communiceren is altijd een feest, maar met deze prachtige beelden zal elke faunaliefhebber content zijn. Dat er daarnaast ook nog mooie opnamen van haaien en bultrugwalvissen zijn gemaakt is een extra pluspunt. Overigens zijn de scènes waarin de Jan-van-Genten naar de sardientjes duiken, al even spectaculair: de vogels raken met een vaart van 50 kilometer per uur het water en zijn ook onder water een lust voor het oog.

Nadeel van de documentaire zou kunnen zijn dat de scènes, hoe mooi ook, niet voor de continue herhaling vatbaar zijn. Ondanks de korte speelduur van veertig minuten wordt het geduld van de zich snel vervelende kijker wellicht op de proef gesteld, omdat zij het op een gegeven moment wel geloven, dat voortdurende gejaag op die sardines en die steeds terugkerende luchtopnamen van het natuurschoon. Desondanks is ‘Wild Ocean’ een aanrader voor liefhebbers van natuurdocumentaires en in het bijzonder geïnteresseerden in het leven in de oceanen.

Monica Meijer