170 Hz (2011)

Regie: Joost van Ginkel | 85 minuten | drama | Acteurs: Gaite Jansen, Michael Muller, Eva van Heijningen, Hugo Haenen, Ariane Schluter, Porgy Franssen, Robert de Hoog

Ergens in ‘170 Hz’ smijten Nick (Michael Muller) en Evy (Gaite Janssen), dolverliefd, blikken verf over elkaars naakte lichamen. In een smetteloze slow-motion (rakend aan de trage videokunst van Bill Viola) worden rode lappen verf tot likkebaardende drakentongen. Het is een scène die als een dia uit het verhaal te liften is – zonder dat je iets mist – maar die je als kijkervaring niet zou willen missen. ‘170 Hz’ eist als een pauwenstaart de aandacht van het oog. De ouderlijke huizen van Nick en Evy zijn respectievelijk een villa met rietdak en glas/staalcombinatie die lijkt op een decorstuk uit de serie ‘Thunderbirds’. Nick zelf verblijft in het wrak van een stadsbus die in grenzeloos niemandsland aanschurkt tegen de betonnen pilaren van een viaduct. En dan hun lichamen. Misschien is Michael Mullers pezige, tanige lijf niet standaard op de catwalk; hier intrigeert het. Als een kat speelt het met Gaite Janssens onbedorven rondingen. In de tast en de beweging zit alle taal die zij bezitten, want Nick en Evy zijn doof.

Het verhaal van ‘170 Hz’ is vrij simpel en zeker binnen de filmgeschiedenis klassiek. Nick is de opstandige, jongvolwassen motormuis, volledig van zijn ouders vervreemd. Zijn haar hangt constant voor zijn ogen, als om te bewijzen dat zijn doofheid hem totaal niet in de weg zit. Al kan het evengoed zijn isolatie benadrukken. Evy is de ontluikende maagd, op zoek naar een manier om uit de beschermende notendop te breken die met name haar vader heeft opgetrokken. Ze worden verliefd, haar vader trekt dat niet. Liefde en de generatiekloof: ze gaan ervandoor. Vijf maanden denken ze nodig te hebben om in haar buik een onlosmakelijk verbond te smeden. Vijf maanden die ze doorbrengen in en om een verlaten duikboot. Het is een oord waar, zoals in de hele film, de stilte heerst. En waar de tijd ogenschijnlijk stil staat. Maar zoals die tijd, en wat daarin gebeurt, als een banvloek over vrijwel alle kalverliefdes hangt, geldt dat ook voor ‘170 Hz’. Minuut na minuut blijken Nicks stekelige onvoorspelbaarheid en zelfkwellende aanhankelijkheid minder tekenend voor zijn jeugdigheid, en veelzeggender voor zijn wezen. Het maakt hem er niet aantrekkelijker op, maar, wederom, wel intrigerender. Zeker afgezet tegen Evy’s groeiende emotionele standvastigheid.

‘170 Hz’ is de eerste speelfilm die Joost van Ginkel schreef en regisseerde. Misschien is dat een verklaring voor de soms wat geforceerde manier waarop het verhaal zich ontwikkelt tot, uiteindelijk, een melodrama van grote gebaren (beter: één groot gebaar). Als Evy’s vader (Hugo Haenen) haar in woede een klap geeft, is hij wel erg netjes in het zicht van Nick geposteerd, zodat die het onrecht ongehinderd kan waarnemen. Vaders hebben het hier sowieso gedaan, al begrijp je na afloop nog steeds niet wat nou Nicks probleem is, afgezien van het feit dat pa (Porgy Franssen) kennelijk rijk is en kickt op klassieke Mercedessen. Ook de fantasierijke belichting schiet soms overenthousiast een bocht uit. Als Evy en Nick in het pikkedonker over het water varen, worden zij uitgelicht als engelen. Terwijl er geen lamp te bekennen is.

Maar wie deze krasjes wijt aan onervarenheid, moet ook de schoonheid van de film eraan toeschrijven. ‘170 Hz’ slaagt er op indrukwekkend overtuigende manier in om je onder te dompelen in het perspectief van de dove mens. De film neemt je als een duikboot mee een onbekende wereld in, en met name door de montage; het continue botsen en samensmelten, overvloeien en uitwaaieren van beeld en geluid, licht en donker, verstilling en emotie. Daar herken je de hand van iemand met aangeboren ervaring.

Martijn Laman

Waardering: 3.5

Bioscooprelease: 1 maart 2012
DVD-release: 18 juni 2012