Beck: Buried Alive – Beck: Levande begravd (2009)

Regie: Harald Hamrell | 90 minuten | misdaad | Acteurs: Peter Haber, Mikael Persbrandt, Måns Nathanaelson, Stina Rautelin, Rebecka Hemse, Ingvar Hirdwall, Peter Hüttner, Bo Höglund, Frederik Nilsson, Fredrik Hammar, Emil Almén, Josef Säterhagen, Camilla Larsson, Jessica Zandén, Peter Järn

Razend spannende Zweedse misdaadthriller, gebaseerd op personages uit de populaire boekenreeks van Maj Sjöwall en Per Wahlöö, over een reeks moorden die op wel heel lugubere wijze worden uitgevoerd: door de slachtoffers levend te begraven in een met plastic beklede houten kist. Wanneer officier van justitie Annika Runfeldt (Jessica Zandén) in de wasstraat van een benzinestation wordt overvallen en later gestikt in een kist wordt aangetroffen, is Martin Beck (Peter Haber) de aangewezen man om het politieonderzoek te leiden. De opsporing van de dader(s) heeft heel wat voeten in aarde en gaat hen niet in de koude kleren zitten.

Haber is een veteraan in de rol, die hij hier (vooralsnog?) voor het laatst speelt. Tussen 1997 en 2009 vervulde hij namelijk de titelrol in een langlopende reeks tv-films, die hetzij in de – Zweedse – bioscopen, hetzij direct op video/dvd werden uitgebracht. ‘Levande begravd’ is het 26e deel en tot op heden laatste deel uit de serie Martin Beck films. Deze reeks is overigens niet gebaseerd op één van de tien romans, maar enkele personages uit de boeken onderzoeken hier nieuwe misdaden.

Het is wel jammer dat alleen Martin Beck zelf en Gunvald Larsson (Mikael Persbrandt) over zijn gebleven van de originele groep detectives, zoals door Sjöwall en Wahlöö beschreven. Hun collega’s Klingström, Engmark en Bergman zijn zeker geen waardige vervangers van de in de romans zo belangrijke karakters als Kollberg, Melander en Rönn. Niet alleen hun gewoonten en eigenaardigheden worden node gemist, maar vooral ook de onderlinge verhoudingen tussen de politiebeambten en de groepsdynamiek die hieruit ontstond. Overigens was er in de eerste afleveringen in 1997 was er ook een rol voor de onervaren rechercheur Benny Skacke, maar dat personage verdween vrij snel uit beeld. Uiteraard kunnen vrouwelijke rechercheurs vandaag de dag niet uitblijven, wat tussen 1965-75 – toen de boeken werden gepubliceerd – erg ongewoon was. Lena Klingström (Stina Rautelin) heeft echter nauwelijks iets nuttigs te doen, hetgeen ook geldt voor Frederik Nilsson als Engmark. Alleen de rol van Oscar Bergman (Måns Nathanaelson) heeft meer vlees op de botten, omdat hij ook daadwerlijk een rol van betekenis speelt bij het opsporen van de dader.

Op zichzelf beoordeeld is ‘Beck: Buried Alive’ echter een razend spannende thriller met enkele goed getimede schrikeffecten, die in een degelijke horror ook niet zouden misstaan. Regisseur Harald Hamrell, die in totaal tien van de Beck-films zou draaien, heeft duidelijk eerder met dit bijltje gehakt en voert de spanning danig op. Toegegeven, soms is het effectbejag een tikje cliché, met suggestieve shots – die loos alarm blijken – en de miauwende kat als afleidingsmanoeuvre voorop, maar omdat het uitstekend werkt om de kijker op de juiste momenten de stuipen op het lijf te jagen, komt hij er zeker mee weg. Aanvankelijk lijkt de moord op de officier van justitie een wraakactie van de motorbendes die ze onderzocht, maar al gauw blijkt dat de zaak toch anders in elkaar steekt dan het op het eerste oog lijkt. Tot overmaat van ramp wordt Martin Beck zelf een prooi voor de zeer gevaarlijke moordenaar. Daarmee neemt het verhaal een onverwachte en duistere wending. De film is in elk geval niet geschikt voor mensen met claustrofobie, want de slachtoffers worden verlamd door ketamine, maar wel volledig bij bewustzijn levend begraven en dat levert enkele zenuwslopende scènes op.

Zowel Haber als Persbrandt spelen zeer sterk en vormen een goed koppel. Voor degenen die andere delen uit de serie niet kennen, is het soms lastig de personages te plaatsen. Er wordt niemand geïntroduceerd (behalve uiteraard nieuwe figuren) en vaak moet uit de context worden opgemaakt wie een personage is en in welke relatie ze tot de hoofdpersonen staan. Hoe dan ook, de serie eindigt in elk geval met een klapper.

Een aanrader dus en het zoveelste bewijs dat Zweden met de lotgevallen van Martin Beck, Kurt Wallander en het duo Blomkvist/Salander, beschikt over een uitstekende voedingsbodem voor sterke thrillers, zowel op papier als op het witte doek.

Hans Geurts