101 Dalmatiërs – 101 Dalmatians (1961)

Regie: Clyde Geronimi, Hamilton Luske, Wolfgang Reitherman | 79 minuten | animatie, komedie, familie | Originele stemmencast: Rod Taylor, Betty Lou Gerson, Cate Bauer, Lisa Daniels, Ben Wright, Frederick Worlock, Lisa Davis, Martha Wentworth, J. Pat O’Malley, Tudor Owen, Tom Conway, George Pelling, Thurl Ravenscroft, David Frankham, Ramsay Hill, Queenie Leonard, Marjorie Bennett, Barbara Beaird, Mickey Maga, Sandra Abbott, Mimi Gibson, Barbara Luddy, Paul Frees, Lucille Bliss, Bob Stevens, Max Smith, Sylvia Marriott, Dal McKennon, Rickie Sorensen, Basil Ruysdael, Don Barclay, Jeanne Bruns, Bill Lee, Helene Stanley, Paul Wexler, Mary Wickes | Nederlandse stemmencast: Tuffie Vos, Stan Limburg, Marcel Maas, Beatrijs Sluijter, Gerrie van der Kleij, Rudi Falkenhagen, Paul van Gorcum, Lies de Wind, Hero Muller, Ger Smit, Olaf Wijnants, Kim Roest, Nick Lommerse

‘101 Dalmatiërs’. Door de live action films die in 1996 en 2000 zijn verschenen – met Glenn Close – zou je bijna vergeten dat de eerste filmversie een animatiefilm uit 1961 is, op zijn beurt weer gebaseerd op de gelijknamige roman van Dodie Smith. Het was op verschillende vlakken een breuk met wat ervoor kwam. Het verhaal en de setting waren moderner, de animatiestijl was minder kleurrijk en romantisch, en er waren nauwelijks liedjes in aanwezig, met als uitzondering het memorabele “Cruella De Vil”, terwijl de achtergrondmuziek jazzy in plaats van lyrisch was. En natuurlijk waren er ineens ruim honderd personages die een centrale rol speelden in de film. Zie die maar eens economisch en op meeslepende wijze in het verhaal te integreren. Dit alles is wellicht even wennen, maar al de stijlkeuzes pakken goed uit. En het verhaal is misschien niet zo pakkend als het had kunnen zijn, door al die schattige honden en de amusante schurk Cruella De Vil is ‘One Hundred and One Dalmatians’, naast stilistisch, ook emotioneel gezien een aantrekkelijke Disneyfilm.

Honderdeneen dalmatiërs tegelijk op het scherm: wat een onmogelijk karwei om deze allemaal te animeren; niet alleen rustig bij elkaar zittend, maar ook in actiescènes. En dan hebben we het nog niet eens over de miljoenen zwarte stippen. Destijds was er nog geen Massive computerprogramma waarmee personages verveelvoudigd konden worden maar er toch aan elk individueel figuur een eigen wil gegeven kon worden. De animators van ‘One Hundred and One Dalmatians’ konden gelukkig wel van een andere, destijds revolutionaire, techniek gebruik maken: xerografie, waarmee de originele tekeningen direct op de cel werden gedrukt en makkelijk konden worden gereproduceerd. Het voordeel was dat niet iedere tekening apart overgetrokken hoefde te worden en dat de tekenaars zelf hun originele werk direct op het scherm terugzagen, tot het laatste “imperfecte” schetslijntje aan toe. Ondanks de aanvankelijke bezwaren van Walt Disney zelf dat het niet strak genoeg is, voegt dit juist charme toe aan de animaties, alsof de karakters letterlijk voor de ogen van de kijker ontstaan. Disney was in eerste instantie ook niet enthousiast over de achtergronden van de eigenzinnige schilder Walt Peregoy, die met grove kleurvlakken werkte waar later lijnen in getrokken werden om de objecten weer te geven. Maar in plaats van deze stijl te typeren als saai of gemakzuchtig, zoals sommige filmcritici doen, moet het duidelijk gezien worden als een artistieke keuze. Deze tweedimensionale look heeft toch zeker een interessante abstracte eigenschap.

De setting en het tijdvak van de film zijn modern en er is hier eens niet teruggegrepen op sprookjes en verhalen met prinsen en prinsessen. Het verhaal van ‘One Hundred and One Dalmatians’ speelt zich (meestal) af in de stad en de menselijke hoofdpersonages zijn gewone burgers die met hun honden over straat lopen. Ook de situaties en problematiek zijn herkenbaar. De personages kijken gewoon tv in hun rijtjeshuizen en krijgen te maken met inbraken. Uiteraard is de wens van Cruella De Vil om een bontmantel te maken van Dalmatiërs tamelijk ongewoon en is haar personage larger-than-life maar dat hoort in dit soort films. Cruella is een heerlijke schurk, die met veel bombast en gehuld in een extravagante bontmantel de kamer komt ingelopen, hevig op haar sigaret puffend terwijl er een flinke, gele rookwolk om haar heen hangt. Ze wordt ook op uitmuntende wijze van stem voorzien door Betty Lou Gerson die met veel plezier haar spottende lach en neerbuigende houding vormgeeft.

Dan zijn er natuurlijk de honden zelf. Pongo, de hond van Roger – die hij zijn huisdier noemt is vanaf het begin ontwapenend door zijn enthousiaste blik en uit zijn mond hangende tong. Vooral wanneer hij de voorbijkomende Dalmatiër Perdita en haar bazin in het park achterna gaat om een soort dubbele date te verzorgen, is zijn gedrag erg aanstekelijk. Hij probeert met Roger nonchalant langs het bankje te lopen waar Anita met Perdita zit om opgemerkt te worden door zijn liefdesobject(en). En dit lukt: zowel Anita als Perdita volgen Roger en Pongo voorzichtig met hun ogen om vervolgens snel weer voor zich uit te kijken wanneer ze de voorbijgangers terugkijken. Klassiek verliefd gedrag. En de leuke animatie zorgt voor medeleven van de kijker. Pongo’s opgewekte blikken, Perdita’s zoentje/likje wanneer Pongo zich zorgen maakt om de puppy’s en de hangende oogleden, en het langzaam naar beneden zakken van het pootje van Pongo tot op de knie van Roger wanneer deze probeert een vermoedelijk doodgeboren pup te reanimeren… het is allemaal erg subtiel en mooi geanimeerd.  Verder zijn de scènes met de vijftien puppies erg schattig. Erg amusant is het wanneer ze met zijn allen naar hun favoriete avonturenserie kijken met herder Thunderbolt in de hoofdrol en de kleine hondjes volledig meeleven met het hoofdpersonage – dan weer wegduikend achter een stoel of driftig naar het scherm blaffend wanneer de schurk in beeld is.  En natuurlijk is het hondenalarm – “de schemerblaf” – erg leuk gevonden. De honden uit de hele stad (en verder), en zelfs enkele boerderijdieren, worden ingezet om de ontvoerde puppies terug te vinden, net zoals in ‘Minoes’ met de poezen gebeurde. In deze sequentie zijn ook enkele honden uit andere Disneyfilms terug te vinden, waaronder de Lady en de Vagebond.

Niet alles aan de film weet echter even goed te boeien. De menselijke “helden” zijn weinig interessant als personages, al is de scène waarin Cruella voor het eerst binnenkomt bij Roger en Anita en Roger vanuit zijn zolderkamer Cruella aan het irriteren is met zijn gestamp en geblaas op zijn trompet erg amusant. Ook is het verhaal wel erg summier en kent het weinig verrassingen. De hondjes worden ontvoerd en moeten worden gered en dat gebeurt allemaal op tamelijk rechtlijnige wijze. Dit hoeft geen probleem te zijn als je echt in spanning zou zitten als kijker, maar dit is nooit echt het geval. De dreiging van de handlangers van Cruella wordt niet tastbaar gemaakt en de hondjes zijn zelden echt in gevaar. Gelukkig zorgt Cruella zelf er nog wel voor dat de kijker rechtop gaat zitten, omdat je door haar manische gedrag echt gelooft dat ze tot gruweldaden in staat is. Maar ook zij kan niet voldoende spanning opwekken.

Gelukkig is de algehele toon van de film, inclusief de vlotte jazzy muziek van George Bruns, aantrekkelijk en zijn de hondjes grappig en aandoenlijk – wie kan immers de zielige pup Lucky weerstaan die in zijn tocht in de sneeuw tegen zijn vader opmerkt dat hij helemaal bevroren is: zijn neus, zijn staart, zijn teentjes… allemaal “froze”. ‘One Hundred and One Dalmatians’ is geen klassieker als ‘Sneeuwwitje’ of ‘Pinocchio’ geworden, maar het is wel degelijk een geslaagde animatiefilm. Er is een gedurfde nieuwe richting ingeslagen door Disney wat betreft de verhaalcontext en de stijl van de film en er is weer een tijdloze schurk toegevoegd aan het rijtje van memorabele Disney-slechteriken in de vorm van de sarcastische, flamboyante Cruella De Vil.

Bart Rietvink

‘101 Dalmatiërs’ verschijnt woensdag 12 september 2012 op DVD en blu-ray.