A Jihad for Love (2007)

Regie: Parvez Sharma | 81 minuten | documentaire

Parvez Sharma’s documentaire ‘A Jihad For Love’ is een moedige film die een licht ontvlambaar onderwerp aan de kaak stelt en homoseksuele islamieten over de hele wereld een gezicht geeft. De vele persoonlijke verhalen in de film – uit Egypte, Iran, Parijs, Turkije, Zuid-Afrika – zijn aangrijpend en verbazingwekkend. Een toenemende droefheid wordt zich meester van de toeschouwer tijdens het kijken van de film vanwege de manier waarop de hoofdpersonen in de film in het gunstigste geval buitengesloten en in het ergste geval met de dood bedreigd worden door hun land van herkomst of hun geloofsgenoten. Toch houden deze mensen vast aan hun geloof en putten ze hier troost uit. Het is immers slechts een orthodoxe interpretatie van de Koran die verantwoordelijk is voor de negatieve houding jegens homoseksuelen binnen de Islam. Of toch niet? En is het wel zo logisch dat homoseksuele islamieten zozeer vasthouden aan hun geloof?

Het zijn de twee meest prangende vragen die zich aandienen bij het kijken naar ‘A Jihad For Love’, waarbij “jihad” overigens niet vertaald moet worden met “heilige oorlog”, zoals in het Westen doorgaans gebeurt, maar met “(innerlijke) strijd”. Het zijn echter vragen waar in Sharma’s documentaire te weinig mee wordt gedaan. De gevoelens van de hoofdpersonen met betrekking tot hun leven als paria’s staan centraal, wat op zichzelf voor een voldoende boeiend geheel zorgt, maar deze verhalen zijn allemaal, met alle respect, weinig controversieel. Het is shockerend om expliciet vele persoonlijke en tragische verhalen te horen, maar het is niet verrassend dat er homoseksuele islamieten bestaan, noch dat ze zich zwaar bedroefd voelen wanneer ze niet geaccepteerd worden door hun gemeenschap of geloofsgenoten.

Wellicht is het niet het onmiddellijke doel van Sharma om naar oplossingen of redenen te zoeken, maar een dergelijke exploratie van het thema is nu juist wat voor een verandering van het collectieve bewustzijn zou kunnen zorgen. Dat dit een vreselijke situatie is voor homoseksuele islamieten staat vast, maar hoe nu verder? Wanneer ervan uit kan worden gegaan dat de homoseksuelen niet ineens hun geloof afzweren, is het dan niet zaak om hen en de (orthodoxe) imams dichter bij elkaar te krijgen? Om een respectvolle dialoog aan te gaan? Een paar keer in de film worden hier ook daadwerkelijk pogingen toe ondernomen, en het is op deze momenten dat de kijker rechtop gaat zitten en op het puntje van zijn stoel wordt gedwongen. Dit zijn intellectueel stimulerende momenten, die tegelijkertijd prikkelen, frustreren, en emotioneren. Ze prikkelen vanwege de (poging) tot inhoudelijke discussie over de al dan niet aanwezige redenen en argumenten binnen de Koran voor het afkeuren van homoseksualiteit. Ze emotioneren omdat de homoseksuele vragensteller steeds maar weer tegen een muur van non-acceptatie aanloopt en te horen krijgt dat het geloof waar hij zich mee verbonden voelt hem voorschrijft naar een psycholoog te gaan om zijn ziekte te laten behandelen, of maar te trouwen met een vrouw, zoals het hoort. Na dit slechte nieuws zie en hoor je de teleurstelling en het verdriet bij de betrokkenen. De schijnbare onwil bij imams om naar acceptatie binnen de Koran/ het islamitische geloof te zoeken is meteen ook het frustrerende. Zal er ooit wel een meer progressieve lezing van de Koran gangbaar worden?

Waar ligt eigenlijk de waarheid? Wat staat er nu expliciet in de Koran over homoseksualiteit op zichzelf? De interessantste gesprekken in dit verband zijn die tussen homoseksuele imam Mushin Hendricks – die op de radio allerlei gruwelijke verwensingen naar zijn hoofd geslingerd kreeg na het opbiechten van zijn seksuele voorkeur – een imam, en enkele islamieten in een praatgroep. De imam stelt bijvoorbeeld dat Allah vond dat de homoseksuele daden die in Gomorrha plaats vonden reden waren om de betrokkenen te vernietigen, terwijl Hendricks hier tegenin gaat door te zeggen dat het verwerpelijke er juist in zat dat er verkrachtingen gepleegd waren en niet in het feit dat het hierbij om homoseksuele handelingen ging. Het zijn interessante discussies die de grenzen aftasten tussen interpretatie en selectief kiezen van delen van de Koran. Een aardige observatie van Hendricks aan het einde van de film is dat hem vroeger niet vaak is geleerd dat Allah een God is van Liefde, maar dat je vooral Allah moest vrezen. Verschillende verzen die door een imam in een moskee in Turkije ten gehore worden gebracht, maken duidelijk dat Allah inderdaad veelal Liefde predikt. Volgens deze filosofie zou homoseksualiteit nooit een zonde mogen zijn, aangezien het gaat om (het consumeren) van Liefde tussen twee mensen. Mensen, die nota bene door God/Allah zelf op deze wijze zijn gemaakt. Homoseksuelen hebben, evenmin als heteroseksuelen, hun seksuele oriëntatie namelijk niet vrijwillig uitgekozen.

Toch blijft het vaak verrassend dat de homoseksuelen in de film zo sterk blijven vasthouden aan het geloof dat voor lijkt te schrijven dat hun levensstijl verwerpelijk is. Deze vraag komt heel sporadisch bovendrijven, maar wordt helaas niet echt onderzocht. Misschien dat er teveel personen zijn om te volgen, waardoor de onafhankelijke verhalen niet uitgebreid genoeg aan de orde kunnen komen. De reikwijdte van de film heeft echter wel zo zijn voordelen vanwege de vergelijking die gedaan kan worden tussen de implementatie van de Koran in verschillende landen. Zo is het bijvoorbeeld opvallend dat in Turkije en India er niet of nauwelijks sancties of criminele wetten bestaan tegen het uitvoeren van homoseksuele handelingen. Dit zou kunnen impliceren dat de Koran homoseksualiteit niet expliciet afwijst en het toch deels een culturele kwestie is. Ook interessant is het om te zien dat in het sufisme – In Pakistan bijvoorbeeld – zelfs grondleggende imams geëerd worden die uitgesproken homoseksueel waren, en waarover door de lofbetuigers geenszins moeilijk wordt gedaan. Het zijn boeiende, stimulerende momenten die in ‘A Jihad for Love’ voorkomen, en die samen met de gesprekken met imams en Mushins praatgroep voor een noodzakelijke intellectuele context zorgen. Een context die misschien wat explicieter en veelvuldiger opgezocht had kunnen worden, maar ‘A Jihad For Love’ is bovenal een werk dat getuigt van liefde en compassie voor (het lot van) de hoofdpersonen. En de noodzakelijke discussie zal na het zien van deze film onvermijdelijk vanzelf volgen.

Bart Rietvink