Lansky (2021)

Recensie Lansky CinemagazineRegie: Eytan Rockaway | 119 minuten | biografie, misdaad | Acteurs: Harvey Keitel, Sam Worthington, John Magaro, Minka Kelly, David James Elliott, Danny A. Abeckaser, David Cade, AnnaSophia Robb, Shane McRae, Jackie Cruz, Steve Alderfer, Stacey Hinnen, Dylan Flashner, Robert Walker Branchaud, Jay Giannone, Dodge Prince, Vincent Minutella, Claudio Bellante

“When you lose your money, you lose nothing. When you lose your health, you lose something. When you lose your character, you lose everything.” Pijnlijk genoeg slaat deze levensspreuk van de boekhouder van de onderwereld, Meyer Lansky, op wat de film zelf mist: persoonlijkheid. ‘Lansky’ is verre van een misdadig goede film, eerder een misdaad tegen maffiaklassiekers. Je vraagt je af waar het de verkeerde afslag heeft genomen. De productie heeft immers acteerkanon Harvey Keitel weten te strikken voor de hoofdrol.

Keitel heeft talloze gangsters op iconische wijze gespeeld en zelfs twee mannen vertolkt – Mickey Cohn in ‘Bugsy’ (Barry Levinson, 1991) en Benjamin Bugsy Siegel in ‘Virginia Hill’ (Joel Schumacher, 1974) – die bevriend waren met de echte Lanksy. Dus, als er één acteur weet hoe dit varkentje te wassen, dan is het Keitel wel. Helaas deelt ook deze rasacteur mee in de malaise. Het clichématige script helpt niet en daarbovenop bakken Keitels medespelers er maar bar weinig van. Sam Worthington als journalist David Stone, die Lansky interviewt voor een boek, speelt als een houten klaas en John Magaro, de jonge Lansky, stuntelt opzichtig door het bordkartonnen decor heen. Toch kietelt Keitel nog de aandacht van de kijker en blijkt hij het beste special effect in ‘Lansky’.

“I have no knowledge of the subject”, antwoordt Lansky wanneer Stone vraagt over zijn vermeende connecties met de Amerikaanse onderwereld. Dit antwoord slaat ook op de regisseur, want Eytan Rockaway rockt allesbehalve. De film schuurt gevaarlijk dicht aan tegen een pastiche van alle Amerikaanse gangsterfilms sinds mensenheugenis. De stukken die Rockaway cool vindt uit ‘The Godfather’-trilogie (Francis Ford Coppola, 1972-1990), ‘Goodfellas’ (Martin Scorsese, 1992) en ‘Casino’ (Martin Scorsese, 1994), heeft hij schaamteloos geïmiteerd en op een stapel gegooid. Wat overblijft is vooral het haantjesgedrag en het excessief geweld uit deze canonieke films. Kopiëren van de groten der aarde kan altijd, maar doe het dan niet halfbakken.

Met een ongewoon laag budget van vijf miljoen dollar voor zo’n ambitieuze film is ‘Lansky’ geen B-territorium maar minstens een letter lager geworden. Dan nog rijst de vraag: hoe krijg je het voor elkaar om een duffe film te maken over de boekhouder van de maffia? Lansky was onder andere de oprichter van The National Crime Syndicate. Alleen al dit feitje zou een explosief filmscenario kunnen opleveren. Dat je vervolgens met een gezapig allegaartje, in de basis een Wikipedia-opsomming, aan komt zetten, is eigenlijk een prestatie op zich. Het meest jammerlijke is nog dat de ‘Lansky’ niet onbedoeld komisch is geworden. Behalve dan de kussenscène met Worthington, maar dan moet je al twee derde van de film hebben getrotseerd.

Roy van Landschoot

Waardering: 1.5

DVD- en blu-ray-release: 1 december 2021