Mickey Mouse in Living Color Volume 1 (2004)

Regie: Ben Sharpsteen, David Hand, Hamilton Luske, Wilfred Jackson, Pinto Colvig, Erdman Penner, Burt Gillett, Bill Roberts, Dick Huemer | 255 minuten | komedie, animatie, familie, korte film, fantasie, muziek | “Originele stemmencast: Walt Disney, Pinto Colvig, Marcellite Garner, Clarence Nash, Florence Gill, Billy Bletcher”

Mickey Mouse is de wereldberoemde creatie van Walt Disney. Hij gaat vrijwel altijd vergezeld van zijn trouwe, ietwat sullige hond Pluto (Pinto Colvig), van Donald Duck (Clarence Nash) die nu eens zijn vriend is maar hem even zo vaak dwarszit en zijn vriend Goofy (Pinto Colvig). Zijn grote liefde is het dametje Minnie Mouse (Marcellite Garner).

De filmpjes zijn erg leuk om naar te kijken, zeker wat kleur en techniek betreft is alles meer dan in orde. Veel cartoons zijn niet meer dan een aaneenschakeling van kolderieke situaties en voorvallen, zoals ‘The Band Concert’ (1935) waarin Mickey energiek een orkest dirigeert en de deelnemers zo gepassioneerd spelen dat hun hoofddeksels de lucht invliegen en steeds verspringen naar een volgend hoofd. IJsverkoper Donald Duck wil graag meedoen, maar in plaats van de Wilhelm Tell Ouverture speelt hij een heel ander deuntje op zijn fluit. Mickey pakt tot twee keer toe Donalds fluit af en breekt deze in tweeën, maar Donald tovert doodleuk weer een derde tevoorschijn. En natuurlijk heeft hij er nog talloze verborgen in zijn kleren.

Ook in ‘Lonesome Ghosts’ (1937) is er alle ruimte voor grappige verwikkelingen als Mickey, Goofy en Donald gewapend met geweren en vangnetjes als een stel ‘ghostbusters’ op spokenjacht gaan in een verlaten landhuis. Ze worden nota bene door de spoken zelf opgebeld, omdat die zich vervelen en wat leven in de brouwerij willen. In ‘Mickey’s Rival’ (1936) moet hij erg zijn best doen om de gunsten van Minnie voor zich te winnen en daar komt naast veel inventiviteit ook het nodige incasseringsvermogen en een flinke portie lenigheid bij kijken.

Twee erg fraaie afleveringen zijn ‘Boat Builders’ (1938) en ‘Mickey’s Trailer’ (1938). Mickey, Donald en Goofy bouwen met een doe-het-zelf bouwpakket een prachtig, groot schip dat zodra het te water wordt gelaten, weer verandert in het bouwpakket zoals het werd afgeleverd. ‘Mickey’s trailer’ begint met een leuk huisje in een zonnige tuin. Bij nader inzien blijken zowel het huisje als de zonnige achtergrond opgevouwen te kunnen worden tot een caravan die ook nog eens op een gore vuilnisbelt staat.

Deze reeks cartoons uit de beginperiode van de kleurenfilmpjes is een genot om naar te kijken door de precieze en liefdevolle manier waarop de figuren zijn getekend. En je schiet er ook nog eens bij in de lach.

Diana Tjin-A Cheong