Monsieur Leguignon, lampiste (1952)

Regie: Maurice Labro | 105 minuten | drama, komedie | Acteurs: Yves Deniaud, Jane Marken, Bernard La Jarrige, Christiane Barry, Jacques Emmanuel, Pierre Magnier, Albert Duvaleix, Marcel Josz, Robert Lussac, Claude Boissol, Jean Brunel, Georges Tourreil, Jean Carmet, Louis de Funès, Paul Mercey, Georges Baconnet, Jacqueline Johel, Jacques Micaelli, Nicole Marée, Michel Rob, Jacques Gencel, Pierre Havet, Alain Chanu, Christian Argentin, Roland Armontel, Pierre Larquey

Amusante komedie over de pech die Diogène Leguignon (Yves Deniaud) allemaal overkomt als hij zijn huis wordt uitgezet vanwege een wegverlenging. Deels heeft hij het ongeluk dat hij door allerlei omstandigheden waar hijzelf niets aan kan doen, telkens voor de rechtbank moet verschijnen. Maar hij bewijst zichzelf ook niet altijd een dienst voor zijn grote mond en manieren. Deniaud maakt er een sprankelende voorstelling van met zijn expressieve gezicht en komische one-liners wanneer hij door “het gezag” wordt ondervraagd, of dat nu een rechter is, de politie of een chagrijnige buurman die op hem neerkijkt.

Van de hierboven genoemde schat ondervindt Leguignon aanvankelijk maar weinig plezier. Hoewel deze zich onder zijn vloer bevond, achtergelaten door de vorige eigenaar, een oude antiquair zonder familie, blijkt dat de kinderen in de buurt de schat nog eerder vonden. Een proces later en hij krijgt verschillende boetes en moest de schat afstaan aan de wijkbewoners, die hem niet kunnen luchten of zien. Uiteindelijk werken ze allemaal samen om een nieuw woonblok te bouwen om zo aan hun krotten te ontkomen. Leguignon heeft connecties met een oude generaal (Pierre Magnier) onder wie hij in de Eerste Wereldoorlog heeft gediend en die nu president van een kredietmaatschappij is. Dit bedrijf kan het ontbrekende geld aanvullen voor de bouw van het woonblok. De doortrapte Pabroc (Jacques Emmanuel) en diens handlanger (Pierre Havet) lokken de goedgelovige Leguignon echter in de val en het geïnvesteerde geld verdwijnt als sneeuw voor de zon. Deze en nog veel meer gebeurtenissen ontwikkelen zich in een aangenaam tempo tot een aardig – maar wel wat voorspelbaar – verhaal.

Leguignon laat de roem zich soms dan wel tot zijn hoofd stijgen, maar zijn eenvoudige komaf verloochent hij nooit, zelfs niet als hij directeur van de kredietmaatschappij wordt. Zo wil hij geen kwaad woord horen over zijn geliefde SCNF en werkt hij keihard, ondanks de getuigenis van zijn chef bij de spoorwegen dat Leguignon voor een ambtenaar veel te hard werkte. Leguignons sympathie voor de berooide meneer Petitot (Pierre Larquey) zal hem uit een cruciaal moment uit de brand helpen. Deniaud heeft een mooi samenspel met Jane Marken, die zijn vrouw speelt. Met liefdevolle berispingen leidt zij het huishouden en verdraagt ze met engelengeduld zijn strapatsen en grillige gedrag.

Vier jaar later zou er nog een vervolg worden gemaakt: ‘Leguignon guérisseur’, wederom met Deniaud en Marken onder regie van Labro, maar zonder de overige castleden.

In een kleine bijrol duikt tenslotte Louise de Funès op, die later de beroemdste Franse komiek zou worden, maar hier zonder naamsvermelding blijft. Hij staat op de titelrol als “een inwoner van de wijk”. Wel heeft hij een aantal regels tekst en is hij boekhouder van beroep, zodat hem gevraagd wordt om van alles uit te rekenen. ‘Monsieur Leguignon, lampiste’ is op dvd uitgebracht als onderdeel van de “Louis de Funès collectie” en wordt merkwaardig genoeg aangeprezen als diens debuut. En dat terwijl op dezelfde hoes staat dat De Funès’ filmcarrière begon in 1946 en hij al tientallen film op zijn cv had staan.

Hans Geurts