Western Arabs (2019)

Recensie Western Arabs CinemagazineRegie: Omar Shargawi | 76 minuten | documentaire | Met: Omar Shargawi, Munir Shargawi, Elin Shargawi, Rune Shargawi, Gorm Kareem Shargawi, Amina Shargawi, Hassan El Sayed

Omar Shargawi is een acteur, schrijver en regisseur. Zijn moeder is Deens. Zijn vader is Palestijns. De in Kopenhagen opgegroeide filmmaker debuteerde met ‘Go with Peace, Jamil’ (2008). Deze speelfilm was onder andere op het IFFR te zien en won daar een Tiger Award. Een kind van twee culturen heeft het niet makkelijk. Nergens word je geaccepteerd. Arabieren zien je niet als volwaardig Arabier en bij de Denen val je buiten de boot omdat je niet Deens genoeg bent. Met ‘Western Arabs’ maakte Shargawi een documentaire over dit gevoel. Hij focust daarbij vooral op de invloed die zijn door de oorlog getraumatiseerde vader Munir op zijn leven heeft.

Munir is aggressief, grofgebekt en vaak geweldadig, ook voor de camera. Ondanks het feit dat hij al decennia in Denemarken woont en daar een gelukkig bestaan heeft opgebouwd – het spreekwoordelijke “huisje, boompje, beestje” is allemaal afgevinkt, is zijn emotionele staat instabiel. Plezierige episodes wisselen de perioden af waarin er geen contact mogelijk lijkt en waarin Munir zich vijandig opstelt, ook of misschien wel juist naar zijn kinderen. Omar heeft het idee dat de invloed van zijn vader vooral negatief is en dat de geschiedenis zich herhaalt – een soort de appel valt niet ver van de boom-effect. Dit uit zich in een openhartige scène waarin de filmmaker zelf toegeeft zijn jongere broer bedreigd te hebben met een schaar, een schaar die hij in eerste instantie juist meegenomen had om diezelfde broer te verdedigen.

Shargawi maakt het de kijker niet makkelijk. ‘Western Arabs’ bestaat uit opnamen die de filmmaker over een periode van meer dan tien jaar heeft geschoten, vanaf de start van zijn carrière, gecombineerd met (behind-the) scènes van films die hij gemaakt heeft en waaraan zijn vader meewerkte. Vaak filmde Shargawi tegen de wil van zijn familie, met name zijn vader, in. Dat deed hij echter bewust, zodat de beelden alleen de echte realiteit toonden. Er is echter weinig duiding. Je wordt als kijker er soms middenin gegooid. Je moet dan zelf maar uitvogelen waar je nu eigenlijk naar kijkt. Daarnaast lijkt de Deen niet te geven om visuele schoonheid. Soms zitten er zelfs fragmenten in die ronduit lelijk zijn, een onflatteuze hoek en compositie waardoor je rechtstreeks iemands neusgaten in kijkt, bijvoorbeeld. Er zijn ook archiefbeelden, waarmee er iets van richting aan de film wordt gegeven: 9/11 en beelden van de oorlog in de Gaza-strook.

Toch raakt ‘Western Arabs’ een snaar. Wanneer de filmmaker aangeeft dat hij Munir vroeg mee te werken aan zijn film, zodat hij door middel van de dialogen die hij zelf schreef zijn vader eindelijk de woorden kon laten uitspreken, waarvan hij hoopte dat hij dit ooit uit zichzelf zou doen, treft je dit in je hart. Shargawi is ook goudeerlijk: scènes die zelfs alleen als het homevideomateriaal zou zijn in de prullenbak zouden belanden, omdat het iemand toont van zijn minst positieve kant, heeft hij gewoon verwerkt in zijn eindprodukt. Dat getuigt van lef. ‘Western Arabs’ is zonder meer een perfect voorbeeld van navelstaarderij. Maar toch slaagt Shargawi erin een universeel verhaal te vertellen over oorlogstrauma’s, vader-kind-relaties en de positie van vluchtelingen in Europa.

Monica Meijer

Waardering: 3

Bioscooprelease: 25 april 2019